Op geen enkel moment in de geschiedenis was de macht van drugsbaronnen zo groot als in het Colombia van de jaren '80 en '90. De corrumperende macht van de narco's bepaalde het leven van meer dan een generatie Colombianen. In Medellín en omstreken werden deze nieuwe rijken de mágicos genoemd, de duivelskunstenaars.
Zo groeide drugsbaron Pablo Escobar in Colombia uit tot een ware volkslegende. Onder zijn leiding werden de jeugdbendes uit de marginale wijken van Medellín omgevormd tot een leger van huurmoordenaars. Hiermee begon Escobar de drugsoorlog die drie opeenvolgende presidenten aan het wankelen bracht.
Naast Pablo Escobar was er Gonzalo Rodríguez Gacha. Onder de bijnaam De Mexicaan begon hij als eenvoudige pistolero zijn criminele loopbaan in de smaragd-mijnen van Boyacá. Gacha werd de grootste en meest gewelddadige drugsbaron van allemaal.
Carlos Lehder, van Colombiaans-Duitse afkomst, was ongetwijfeld de kleurrijkste drugsbaron. Hij toverde een eiland van de Bahama's om tot een cocaïne-paradijs, van waaruit hij het Amerikaanse vasteland overspoelde met drugs.
De drugshandel ging ook na hun verdwijnen gewoon door, maar geen van de nieuwe capo's wist ooit de naam te krijgen van deze legendes uit het verleden, de werkelijke 'baronnen van de cocaïne'.
Dit boek vertelt het onvoorstelbare verhaal van de generatie topcriminelen die er gedurende twee decennia in slaagden hun wil op te leggen aan een compleet land en ervoor zorgden dat Colombia te boek kwam te staan als het gewelddadigste land ter wereld.
Journalist Nico Verbeek (1961) woont al ruim 20 jaar in Medellín, Colombia. Hij was getuige van de opkomst van de drugskartels. Eerder schreef hij o.a. Eigen Doelpunt over de geschiedenis van het Colombiaanse voetbal in het narco-tijdperk.