Hoe is het om in de gevangenis te zitten? Om maanden- of zelfs jarenlang in eenzaamheid door te brengen? En wat kan de literatuur ons daarover leren? Het uur der waarheid is een zoektocht naar de essentie van drie beroemde 19deen 20ste-eeuwse gevangenisgetuigenissen, van Silvio Pellico, Oscar Wilde en Albrecht Haushofer. In of vlak na hun gevangenschap schreven zij elk een beroemd geworden autobiografie. Maar staat daar ook de waarheid in over hun gevangeniservaring? Tegenover deze drie schrijvers plaatst Asscher drie schrijvers die de gevangeniservaring als onderwerp kozen voor hun literaire verbeelding: Stendhal, Charles Dickens en Jan Campert. Welke categorie boeken – de getuigenis of de verbeelding – draagt de benauwenis van de gevangeniservaring het sterkst op de lezer over?