Martine Bijl hanteert de pen al jaren: conferences, liedteksten, vertalingen van musicals, columns, sprookjes en kinderboeken. In wat zij schrijft is altijd haar stem te horen: de lichte toon, de ironie, het elegante taalgebruik zonder opsmuk.
Hindergroen bevat verhalen die deels gebaseerd zijn op haar columns. Over haar moeder, het doktersvrouwtje dat niet van haar achterwerk sprak maar van haar bilquadranten; over het vertalen en dan weer moeten ‘backtranslaten’ van musicals; over een ara die een doodsbange vrouw zachtjes in de nek bijt – liefdesbeetjes, volgens haar man; en over haar tuin: zwanen die als kerels haar grindpad op stappen, draaihartigheid, padden en spinselmotten, en over hindergroen. Veel hindergroen tussen de planten, en in het leven in het algemeen.