In een appartement in Oslo wordt een dode man gevonden. Bij het openen van de vrieskist in zijn keuken doet de politie een vreselijke ontdekking: het slachtoffer blijkt een tot dan toe onbekende grafschenner te zijn en hij bewaarde er zijn trofeeën.
Enkele dagen later vraagt een Duitse collega Joona Linna om hulp bij het onderzoek naar een campingmoord bij Rostock. Joona ziet een patroon opdoemen dat weliswaar krankzinnig is, maar dat hij onmogelijk kan negeren. Sommigen zouden van een wonder spreken als iemand terugkeert uit de dood - anderen van een nachtmerrie.