Op de eerste dinsdag van oktober keert Rosa Hartung terug op haar post als minister van Sociale Zaken. Na de dramatische verdwijning van haar twaalfjarige dochter heeft ze een jaar verlof genomen. Linus Berger, een psychisch gestoorde man, heeft de moord op Hartungs dochter bekend, maar kan zich niet meer herinneren waar hij de verschillende lichaamsdelen van het meisje heeft begraven.
Op dezelfde dag dat Hartung terugkeert in het parlement, wordt een jonge, alleenstaande moeder op brute wijze vermoord in haar huis in een buitenwijk van Kopenhagen. Ze is gemarteld en een van haar handen is eraf gehakt.
Wanneer de rechercheurs Thulin en Hess arriveren op de plaats delict treffen ze een kastanjepoppetje aan. Het poppetje blijkt een sinister geheim bij zich te dragen, al wordt dit eerst aangezien voor een bizar toeval. Maar als er nog een vrouw wordt vermoord - en dit keer mist het slachtoffer beide handen - beginnen Thulin en Hess te vermoeden dat er een verband is tussen de zaken.
En het heeft er alle schijn van dat de missie van de moordenaar nog niet voorbij is...