Van Eeghenstraat 100, vijf verdiepingen, zestien kamers, zesentwintig vaste kasten. Kolenhok en prieel in de tuin, grenzend aan het Vondelpark. Van het huis waar Wanda Reisel opgroeide staat elke plint, elke kier, elke deurknop in haar geheugen gegrift. Het werd het domein van haar verbeelding en de kiem van haar schrijverschap. Reisel neemt de lezer mee, dwalend van het ene vertrek naar het andere en aan de hand van haar verhalen ontstaat de plattegrond van een jeugd.