In Tuinfeest trekt, tegen het decor van de geschiedenis van Hongarije en de Hongaarse joden, een stoet van levende maar vooral ook dode verwanten en bekenden, tegenstanders en naamloze passanten aan het geestesoog van de ikfiguur voorbij. Tragische gebeurtenissen worden afgewisseld met vrolijkheid en inkeer, humor en geluk. De doortocht van zijn familie door bezetting, deportatie en terreur is gruwelijk en ontroerend.