Dit is de waargebeurde geschiedenis van Caryn Walker en haar oudere zusje Jennifer. In Zeg me dat het je spijt, pappie vertelt Caryn hoe de beide meisjes lange jaren gruwelijk werden mishandeld en systhematisch misbruikt door hun wrede vader. De psychische gevolgen achtervolgen haar tot op de dag van vandaag.
Ruim dertig jaar nadat de gruwelijkheden begonnen vindt Caryn eindelijk de kracht haar verhaal – en dat van haar overleden zus Jennifer – te vertellen. Ze klaagt haar vader aan. In de rechtbank komt Caryn uiteindelijk oog in oog te staan met de man die haar en Jenny zoveel jaren kwelde. Ze realiseert zich dat zij nu de sterkste is. Zij, als overlevende. Tegen alle verwachtingen in wint Caryn de rechtszaak.
Caryns boek is een rollercoaster van emoties. Ze vertelt niet alleen over de mishandelingen die ze zelf moest ondergaan, maar ook over het afschuwelijke leven van haar oudere zusje. Niemand betuigde nadien enige spijt voor alle lichamelijke en geestelijke kwellingen.
Caryn schreef dit taboedoorbrekende en moedige boek ter nagedachtenis aan Jenny, als een getuigenis voor het door hen beiden zo lang gedragen leed. Door zich in dit boek heel openhartig en kwetsbaar uit te spreken tracht Caryn de nachtmerrie van haar jeugd achter zich te laten. Ze hoopt dat haar boek vrouwen met soortgelijke ervaringen tot steun zal zijn en inspireert om zich, net als zij, uit te spreken.
Een fragment:
‘Ik keek naar ze. Al die jaren heb ik naar ze gekeken, Jenny. Ik zag wat ze jou aandeden. Ik zag hoe intens jij walgde van je eigen lichaam. Ik heb toen gezworen: ooit gaan ze boeten. Ooit Jenny, ooit komt de tijd dat ik ze laat boeten voor alles wat ze jou toen hebben aangedaan.’