Tien vragen aan Literatour-auteur Khalid Boudou
Dit interview is al eerder verschenen voor Literatour 2022
Khalid Boudou werkte als leraar Nederlands en werd in één klap beroemd met Het Schnitzelparadijs. In 2007 bracht hij Pizzamaffia uit, dat werd bekroond met de Debuutprijs van de Jonge Jury. In 2019 verscheen het langverwachte vervolg: Pizzamaffia slaat door.
Foto: © Mark Uyl
Hoe was het om voor 3PAK 2021 te mogen schrijven?
Uiteraard was het een eer om gevraagd te worden. En 3PAK bedient een doelgroep waar ik graag voor schrijf.
Wanneer schrijf je het liefst?
Meestal in de ochtenduren. En als het fundament eenmaal staat, schrijf ik op verschillende momenten van de dag.
Welk genre zou je nog graag willen schrijven?
Een filmscenario.'
Waar schrijf je graag?
Ik ben een chaoot zonder vaste zitplaats. Aan het bureau, op de bank of aan de keukentafel, het maakt me eigenlijk niet zoveel uit. Ik heb weleens een column in de auto geschreven.
Wat zou je nog graag willen bereiken?
Ik loop al een tijdje rond met plannen voor het schrijven van een film en een serie.
'Ik heb weleens een column in de auto geschreven.'
Wat las je zelf graag als tiener?
In mijn jonge tienerjaren las ik echt van alles. Zoals Roald Dahl, Jules Verne en de spannende series van onder anderen Piet Prins en Jan Postma, maar ook veel strips als 'Roodbaard', 'Kuifje' en 'Guust Flater'. In mijn late tienerjaren raakte ik vooral geïnteresseerd in sociaal-realistische romans. Van onder anderen Salinger, Bukowski, Choukri, Mahfouz en Kosinski.
Wat vind jij het leukste aan een schoolbezoek en het ontmoeten van jonge lezers?
Ik koppel mijn verhalen aan het leven van de jongeren, waardoor er vaak interessante gesprekken loskomen over hoe zij naar het leven kijken, wat ze bezighoudt en waar ze tegenaan lopen. Op deze manier word ik op de hoogte gehouden van de jongerencultuur. En er wordt uiteraard ook veel gelachen.
Welke vraag zou jij graag beantwoorden tijdens een schoolbezoek en waarom?
'Welke boeken raad je aan om de quarantaine mee door te komen?' Dat zou namelijk betekenen dat ik ze nieuwsgierig heb kunnen maken. Dat ik over heb kunnen brengen dat verhalen je los kunnen maken van de alledaagse werkelijkheid; eenmaal in de taal getrokken breek je alle muren en kun je overal heen reizen. En dat zonder coronapas.
Wat heeft bij jou goed geholpen als tiener om de liefde voor lezen aan te wakkeren?
Vooral bevlogen docenten. Wij hadden thuis geen boekenkast, dus was ik voor geschikt leesvoer afhankelijk van de enthousiaste leesgidsen op school en in de bibliotheek. Helaas wordt leraren tegenwoordig weinig tijd gegund om op een creatieve en persoonlijke wijze met leesonderwijs bezig te zijn. Het gaat nu te veel over leerplannen en leerdoelen.
Hoe zie jij de toekomst van het boek voor jongeren?
Soms zie ik het somber in. Met name jongens lezen steeds minder. Toch denk ik dat het jongerenboek nog toekomst heeft. Het is laagdrempelig en biedt herkenning. En in een steeds sneller veranderende digitale wereld kan het boek voor jongeren houvast en reflectie bieden.