Kommer en kwel
Van de Amerikaanse schrijfster Julia Phillips is weinig bekend; zij werd met haar debuutroman Disappearing Earth (2019) finalist van de National Book Award. De roman geniet grote populariteit en is al in veel landen uitgekomen. Bij uitgeverij Meulenhoff verscheen 3 september 2020 Verdwijnende aarde, vertaald door Els de Roon Hertoge en Annelies de hertogh (sic).
In het verre oosten van Rusland ligt het schiereiland Kamtsjatka dat, omringd door zeeën, dichter bij Alaska en Japan ligt dan bij Moskou. Op dit schiereiland met zijn dichtbeboste wouden, uitgestrekte toendra’s, werkende vulkanen en ijskoude zeeën verdwijnen op een zomerse dag in augustus, in de stad Petropavlovsk, twee zusjes zonder een spoor achter te laten. Eén vrouw realiseert zich dat zij de zusjes heeft zien instappen in een glanzend gepoetste donkere auto.
In ruim tien hoofdstukken, die de namen dragen van de maanden van het jaar, ontvouwen zich evenveel verhalen, die bijna als zelfstandig beschouwd kunnen worden. Wat de personages in deze verhalen verbindt met de verdwijning van de zusjes is niet zozeer het verdriet om de vermiste meisjes, als wel de angst dát het om een ontvoering gaat en dat het nog eens kan gebeuren. De mannen in de meeste van deze verhalen zien hierin een reden om meer druk uit te oefenen op hun vrouwelijke partners om maar vooral binnenshuis te blijven. Zo wil bijvoorbeeld de jaloerse Roesjan van zijn vriendin, die honderden kilometers verderop in de grote stad studeert, bijna van minuut tot minuut weten wat zij doet en waar zij uithangt.
Geen van de verhalen stemt tot vrolijkheid. De inleidende beschrijving is telkens lang en laat steeds hetzelfde beeld zien: grijze flatgebouwen, slecht onderhouden wegen, corrupte politici, weinig meevoelende rechercheurs, armoede en uitzichtloosheid, met als gevolg dat de meeste personages naar de wodka grijpen en vooral de vrouwen zich verliezen in dagdromerij.
De spanning zit hem veelal in het feit dat de vrouwelijke hoofdpersonages op het punt staan zich te bevrijden van het beklemmende harnas waarin zij zitten. Dat kan een jaloerse vriend of echtgenoot zijn, of een relatie die voortgezet wordt omdat er niets beters is, of een bemoeizuchtige moeder dan wel de grote sociale controle van de omgeving. Als lezer wil je niets liever dan dat zij een positieve wending geven aan hun leven. Maar voordat het zo ver is, begint er een volgende maand met andere personages.
Veel aandacht wordt besteed aan de spanningen die veroorzaakt worden door de grote tegenstellingen tussen de inheemsen en de witten (Russen). De laatsten voelen zich verheven boven de niet-witte inheemse bevolking, die zich niet voldoende heeft aangepast in hun ogen. De inheemsen op hun beurt vertrouwen de Russen voor geen cent.
In de maanden juni/juli van het jaar volgend op de verdwijning is de cirkel (bijna) rond en brengt de schrijfster enkele draadjes (waarom niet alle?) bij elkaar. Het toeval speelt daarbij helaas een al te grote rol. Soms is een open einde te verkiezen boven een geforceerd einde.
De schrijfstijl van deze roman is weinig boeiend. De zinnen zijn zeer eenvoudig en meestal nevengeschikt. Er is weinig gebruik gemaakt van woorden die oorzaak, gevolg of tijd aangeven. De zinnen rijgen zich aaneen:
'Ze [Olja] sloot haar ogen voor de dag, opende ze weer en belde Diana, maar de telefoon bleef overgaan. Ze belde nog eens. Ze belde nog eens. (…) De telefoon ging over in haar oor. Olja hing op. Van al het gehaast was Olja wat oververhit geraakt.'
Bovendien stoort het dat in elkaar opvolgende zinnen de eigennaam herhaald wordt waar dit gemakkelijk en beter vervangen had kunnen worden door het verwijzende ‘hij’ of ‘zij’.
De grote kracht van deze roman schuilt erin dat de schrijfster zich uitstekend heeft kunnen inleven in de uitzichtloze situaties waarin vrouwen en niet-bevoorrechte mensen zich gemanipuleerd zien door hun omgeving. Wanneer Phillips haar schrijfstijl ook nog wat sprankelender weet te maken, zie ik graag haar volgende roman tegemoet.
Reageer op deze recensie