Niets nieuws onder de zon
Bij een reeks is altijd de vraag: wat voegt het volgende boek toe aan de voorgaande delen? Cilla & Rolf Börjlind staan met Springvloed, De derde stem en Zwarte dageraad inmiddels hoog in het rijtje van populaire Scandinavische misdaadauteurs, maar de kunst is de kwaliteit op orde te houden en waar mogelijk aan te scherpen. Met Wiegelied is dat niet gelukt. Het is niet vernieuwend, niet verrassend, niet origineel en de karakterontwikkeling van de hoofdpersonages stagneert.
Dat laatste met uitzondering van Muriel, voor wie een aanzienlijke rol is weggelegd en die we een complete gedragsverandering zien ondergaan. Dacht ze tot nu toe alleen aan zichzelf, nu neemt ze een vluchtelingetje onder haar hoede, het uit Afghanistan afkomstige meisje Folami. Voor Folami zingt ze een wiegelied, de titel van deze thriller. “Slaap maar, lief klein wilgenkind”. Heel schattig, maar omdat dit wiegelied in Nederland onbekend is, ontroert het niet. De ‘Wiki-info’ die erbij verstrekt wordt maakt het er niet beter op, een voetnoot had volstaan voor de geïnteresseerde lezer.
“… Ik had het gewoon ineens in mijn hoofd. Mijn moeder zong het altijd voor me toen ik klein was en ik kan me de tekst niet helemaal herinneren.” […] “Zacharias Topelius,” hoorde Muriel achter zich, “op muziek gezet door Alice Tegnér.” Benseman trok een dun boekje uit een kast. “Asjeblieft,” zei hij terwijl hij het boekje ‘Leverbloempjes, wilgenkinderen en banketbakkers. De leukste kinderliedjes’ van Alice Tegnér met illustraties van Elsa Beskow aan Muriel gaf.
Tom Stilton en Olivia Rönning belanden in Boekarest – dezer dagen een populair oord in thrillerland, ook Tove Alsterdal stuurt in Draai je niet om haar amateurspeurders Eva en Filip naar de hoofdstad van Roemenië - op zoek naar een criminele groepering, die verantwoordelijk zou kunnen zijn voor de dood van een jongen. De jongen is met doorgesneden keel gevonden in een graf in Småland en het vermoedelijke moordwapen leidt naar Roemenië. In Boekarest gaan Tom en Olivia ondergronds, de tunnels in. Hé, waar kennen we dat van? Roslund & Hellström gingen de Börjlinds voor met Het meisje onder de straat (2009). Andere locatie, zelfde onderwerp, met dien verstande dat Roslund & Hellström het leven onder de straten van de stad meer vanuit sociaal perspectief benaderen en dat bij de Börjlinds de insteek de heldhaftigheid van Tom en Olivia is. Roslund & Hellström doen je voelen wat er speelt, zij stralen een en al maatschappelijke betrokkenheid uit; bij Cilla & Rolf Börjlind lijkt het sociale aspect toegevoegd om het op zich magere Wiegelied-verhaal cachet te geven.
Mager, ja. Het wemelt van de toevallige en onlogische zaken en acties. Voorbeelden: Ben je in Boekarest, kom je een vage kennis uit Marseille tegen. Folami’s doortastendheid, in een voor haar vreemd en groot land in haar eentje op zoek naar haar broer Akin. Een opmerkelijk simpele bevrijding en een even opmerkelijke redding. Mobieltje kwijt. Hé, waar kennen we dat van? Juist ja, uit een eerder boek van deze auteurs.
Als Wiegelied uit is en bezonken, rijzen de twijfels pas goed en blijkt het al met al veel onzuiverheden te bevatten. De derde ster heeft het vooral te danken aan het aspect leesplezier, plot en originaliteit zijn onder de maat. De Börjlinds kunnen beter, dat hebben ze al bewezen.
Reageer op deze recensie