Lezersrecensie
Eline van Wieren doorbreekt stereotypes in haar debuut Popcorn Donut Kaassoufflé.
In Popcorn, donut, kaassoufflé (2025) van schrijfster Eline van Wieren volgen we Kato, een ogenschijnlijk gewone jonge vrouw met een baan in de bibliotheek – een paradijs voor iedere boekenliefhebber – een eigen appartement en een gezellige kat. Toch wordt haar leven beheerst door een onstuitbare honger, zelfs als ze al genoeg heeft gegeten. Haar complexe relatie met eten en haar zelfbeeld zorgen voor een constante onzekerheid, gevoed door de druk van maatschappelijke (schoonheids)idealen. In de hoop haar situatie te veranderen, besluit Kato zich in groepstherapie te storten, vastbesloten haar problemen onder ogen te komen.
Al snel ontdekt Kato dat de therapie haar niet verder helpt. De oefeningen die haar worden opgedragen, ervaart ze vaak als onzinnig, en de gewenste vooruitgang blijft uit. De situatie wordt nog gecompliceerder wanneer Kato verliefd wordt op een van de groepsleden, waardoor haar focus op de therapie verder verwatert en haar zoektocht naar zelfacceptatie in een storm van verwarring en ongemak terechtkomt.
Van Wieren belicht de worsteling van Kato met haar lichaam en eetpatroon niet als een simplistisch conflict, maar als een complex samenspel van discipline, twijfel en constante vergelijking met de buitenwereld. Het resultaat is een realistische dynamiek van emoties die van motivatie naar frustratie pendelen. Zo wordt de innerlijke strijd van Kato op een invoelbare en eerlijke manier neergezet.
Een van de centrale thema’s die de roman onderzoekt, is in hoeverre zelfbeeld en identiteit losstaan van fysieke verschijning. Kato herhaalt keer op keer dat ‘dik zijn’ geen afbreuk doet aan iemands waarde, maar pas wanneer ze dit zelf ervaart, kan ze er echt in geloven. Het is makkelijk om bepaalde principes te verkondigen, vooral als het over jezelf gaat, maar pas door ervaring wordt de betekenis hiervan pas echt voelbaar. Van Wieren laat op een treffende manier zien dat zelfacceptatie geen simpel proces is, maar een langzaam en vaak pijnlijk leerproces, gevormd door zowel persoonlijke overtuigingen als maatschappelijke normen.
Een krachtig keerpunt in het verhaal is de confrontatie tussen Kato en haar collega Mirthe. Wanneer Kato denkt dat Mirthe haar veroordeelt vanwege haar eetgedrag, verliest ze haar kalmte en beschuldigt ze Mirthe ervan niet te begrijpen wat het is om altijd maar honger te hebben. Maar Mirthe blijkt haar eigen worstelingen te hebben, wat Kato confronteert met haar eigen vooroordelen. Dit moment markeert niet alleen een keerpunt in Kato’s persoonlijke groei, maar reflecteert ook de bredere thematiek van de roman: de manier waarop we vaak aannames doen over anderen vanuit onze eigen onzekerheden. Van Wieren legt hier subtiel de complexiteit van zelfbeeld en de invloed ervan op onze relaties met anderen bloot.
De schrijfstijl van de roman is eenvoudig en direct, wat perfect aansluit bij de gedachten en gevoelens van Kato. De korte, heldere zinnen reflecteren haar innerlijke monoloog en maken haar twijfels en frustraties toegankelijk. Deze eenvoud zorgt ervoor dat de complexe emoties van Kato op een genuanceerde manier overkomen, zonder dat de diepgang verloren gaat.
Hoewel de roman over het algemeen sterk is, zijn er momenten van herhaling die de leeservaring vertragen. De groepssessies met therapeuten komen regelmatig terug, waarbij de fouten van de therapeuten telkens worden benadrukt. Ook het geworstel van Kato met haar vriendschappen krijgt soms te veel aandacht, waardoor bepaalde conflicten een beetje te lang uitgesponnen aanvoelen.
Toch biedt Popcorn, donut, kaassoufflé een scherpe, maar ook empathische blik op de worsteling met zelfbeeld en eetgedrag. Kato’s zoektocht naar zelfacceptatie is geen rechtlijnig proces, maar een complex en vaak verwarrend pad vol onverwachte wendingen. Van Wieren slaagt erin de dynamiek tussen lichaam en identiteit op een invoelbare manier te verkennen, zonder te vervallen in simplistische antwoorden. Haar directe en heldere schrijfstijl maakt de emoties van Kato begrijpelijk, en nodigt je uit om na te denken over de maatschappelijke verwachtingen waaraan we onszelf vaak onderwerpen en de kracht die nodig is om echt in jezelf te geloven.
Al snel ontdekt Kato dat de therapie haar niet verder helpt. De oefeningen die haar worden opgedragen, ervaart ze vaak als onzinnig, en de gewenste vooruitgang blijft uit. De situatie wordt nog gecompliceerder wanneer Kato verliefd wordt op een van de groepsleden, waardoor haar focus op de therapie verder verwatert en haar zoektocht naar zelfacceptatie in een storm van verwarring en ongemak terechtkomt.
Van Wieren belicht de worsteling van Kato met haar lichaam en eetpatroon niet als een simplistisch conflict, maar als een complex samenspel van discipline, twijfel en constante vergelijking met de buitenwereld. Het resultaat is een realistische dynamiek van emoties die van motivatie naar frustratie pendelen. Zo wordt de innerlijke strijd van Kato op een invoelbare en eerlijke manier neergezet.
Een van de centrale thema’s die de roman onderzoekt, is in hoeverre zelfbeeld en identiteit losstaan van fysieke verschijning. Kato herhaalt keer op keer dat ‘dik zijn’ geen afbreuk doet aan iemands waarde, maar pas wanneer ze dit zelf ervaart, kan ze er echt in geloven. Het is makkelijk om bepaalde principes te verkondigen, vooral als het over jezelf gaat, maar pas door ervaring wordt de betekenis hiervan pas echt voelbaar. Van Wieren laat op een treffende manier zien dat zelfacceptatie geen simpel proces is, maar een langzaam en vaak pijnlijk leerproces, gevormd door zowel persoonlijke overtuigingen als maatschappelijke normen.
Een krachtig keerpunt in het verhaal is de confrontatie tussen Kato en haar collega Mirthe. Wanneer Kato denkt dat Mirthe haar veroordeelt vanwege haar eetgedrag, verliest ze haar kalmte en beschuldigt ze Mirthe ervan niet te begrijpen wat het is om altijd maar honger te hebben. Maar Mirthe blijkt haar eigen worstelingen te hebben, wat Kato confronteert met haar eigen vooroordelen. Dit moment markeert niet alleen een keerpunt in Kato’s persoonlijke groei, maar reflecteert ook de bredere thematiek van de roman: de manier waarop we vaak aannames doen over anderen vanuit onze eigen onzekerheden. Van Wieren legt hier subtiel de complexiteit van zelfbeeld en de invloed ervan op onze relaties met anderen bloot.
De schrijfstijl van de roman is eenvoudig en direct, wat perfect aansluit bij de gedachten en gevoelens van Kato. De korte, heldere zinnen reflecteren haar innerlijke monoloog en maken haar twijfels en frustraties toegankelijk. Deze eenvoud zorgt ervoor dat de complexe emoties van Kato op een genuanceerde manier overkomen, zonder dat de diepgang verloren gaat.
Hoewel de roman over het algemeen sterk is, zijn er momenten van herhaling die de leeservaring vertragen. De groepssessies met therapeuten komen regelmatig terug, waarbij de fouten van de therapeuten telkens worden benadrukt. Ook het geworstel van Kato met haar vriendschappen krijgt soms te veel aandacht, waardoor bepaalde conflicten een beetje te lang uitgesponnen aanvoelen.
Toch biedt Popcorn, donut, kaassoufflé een scherpe, maar ook empathische blik op de worsteling met zelfbeeld en eetgedrag. Kato’s zoektocht naar zelfacceptatie is geen rechtlijnig proces, maar een complex en vaak verwarrend pad vol onverwachte wendingen. Van Wieren slaagt erin de dynamiek tussen lichaam en identiteit op een invoelbare manier te verkennen, zonder te vervallen in simplistische antwoorden. Haar directe en heldere schrijfstijl maakt de emoties van Kato begrijpelijk, en nodigt je uit om na te denken over de maatschappelijke verwachtingen waaraan we onszelf vaak onderwerpen en de kracht die nodig is om echt in jezelf te geloven.
1
Reageer op deze recensie