Ezels die achter een wortel aanhobbelen
Schrijfster Sophie Kurpershoek (1989) is geboren in Saoedi-Arabië en studeerde filosofie in Amsterdam en Londen. Op dit moment volgt ze de opleiding tot filmmaker aan de School of Arts in Gent. Voorafgaand aan de publicatie van haar debuutroman Voorbij waren al die dagen gegaan (2016) schreef Kurpershoek een kort verhaal voor de website Carver, die een podium biedt voor gevestigde en beginnende schrijvers. Kurpershoeks korte verhaal getiteld 'Kopje onder' raakt de thematiek van haar debuutroman: dromen die stuk zijn geslagen door de werkelijkheid, zwaarmoedigheid en het verlangen om ergens anders te zijn.
Hoofdpersoon van Kurpershoeks roman is filmmaker Sophie. Ze wordt gedreven door een verlangen om weg te gaan van alles wat ze kent en van wie ze is. Sophie reist van Tennessee naar Oklahoma om zichzelf heruit te vinden en zoekt naar een speciale plek om inspiratie op te doen voor een nieuwe film. Tijdens haar reis stopt ze in de stad Oklahoma City en past op twee honden in ruil voor een slaapplek. Elke dag gaat Sophie op stap en komt ze mensen, landschappen en situaties tegen die ideaal zijn voor een nieuw filmproject. Ze stuit op allerlei beelden die ze in films van haar favoriete regisseurs heeft gezien en die ze in boeken van haar favoriete auteurs heeft gelezen. Dit geeft haar een gevoel van houvast en herkenning, maar deze beelden versterken ook haar eenzaamheid en het typische levensgevoel van twintigers waarmee Sophie worstelt. De mensen in haar omgeving beantwoorden bijvoorbeeld niet aan haar verwachtingen en de 'American Dream' wordt door Sophie niet waargemaakt omdat haar idealen en dromen niet aan de realiteit voldoen.
Kurpershoeks roman is geen dikke pil en na het lezen van de laatste woorden is het betreurenswaardig dat de roman niet meer bladzijdes heeft. De kwaliteit van de roman komt onder andere naar voren in de manier waarop de schrijfster haar hoofdpersonage heeft neergezet. Sophie is zeer zelfbewust en doet ook aan negatieve zelfreflectie om zichzelf opnieuw te vormen. Dit kan de lezer doen afhaken, maar juist deze confrontatie met lastige filosofische en existentiële kwesties blijft de lezer boeien.
Een belangrijk thema in het boek is tijdsbesef. Sophie verlangt vaak naar iets wat in het verleden is gebeurd, zoals een belangrijk moment in haar puberjaren. Tegelijkertijd verlangt ze naar iets wat nog moet komen, zoals een nieuwe geliefde die Sophie accepteert zoals ze is of naar een betere periode met goede vooruitzichten. Voor Sophie functioneert het verleden als een periode met idealen en dromen en de toekomst als een periode die deze idealen en dromen wel zou laten uitkomen. De (harde) confrontatie met de werkelijkheid herinnert haar aan een passage uit de roman De Titaantjes van Nescio: "Voorbij waren al die dagen gegaan en voorbij zouden nog vele dagen gaan, en al die dagen zouden mijn verwachtingen onvervuld blijven en mijn verlangens onbevredigd."
Het voorbijrazen van de tijd en Sophies gevoelens daarbij zijn door de schrijfster zeer gedetailleerd beschreven. De roman moet het ook hebben van de gesprekken tussen Sophie en haar huisgenoot Kevin, over grote menselijke thema’s als eenzaamheid, decepties, verlangen en liefde. Daarnaast wint de roman aan kwaliteit door de vele verwijzingen naar allerlei bekende films en boeken. Dit zorgt voor herkenning en begrip voor Sophies situatie. De roman smaakt dus naar meer en confronteert de lezer met belangrijke levensvragen, zoals het krampachtig zoeken naar betekenis in het samenzijn met de ander of de confrontatie met het besef om te leven als "ezels die achter de wortel aan hobbelen, in de hoop dat onze dromen vervuld zullen worden."
Reageer op deze recensie