Lezersrecensie
Vervreemdend , afstandelijk en leeg.
Ginevra Lamberti (1985) heeft al meerdere boeken geschreven, die zeer goed ontvangen zijn en in meerdere talen vertaald en waarvoor ze zelfs de Premio Mondello 2020 ontvangen heeft.
Ze is geboren in de grootste afkickkliniek in Europa, San Patrignano in Italië, bekend om zijn commune achtige karakter.
Haar vader was verslaafd aan heroïne en probeerde daarvan af te komen en haar moeder was vooral verslaafd aan haar vader.
Het boek is voornamelijk autobiografisch.
In Iedereen slaapt in de vallei volgen we drie generaties vrouwen, die wonen in een smalle vallei, tussen hoge bergketens, waar de zon nauwelijks schijnt, haar oma , die opgesloten is in de fatsoensregels die in de vallei en voor haar inwoners gelden, daarnaast haar moeder, die de moed heeft de vallei te ontvluchten en dan het leven van de schrijfster zelf.
Het boek begint met het leven van Augusta, die liever een pop had gehad dan een kind, en die vastgeketend is aan een huwelijk met de oudere Tiziano en met wie ze niet echt een goede relatie heeft en met beschrijvingen van andere, soms eigenaardige , inwoners van de vallei, waardoor je een beeld krijgt over het starre en saaie leven in het dorp.
Er heerst veel bijgeloof, waar de mensen veel waarde aan hechten.
De dochter van Augusta, Costanza, verveelt zich in het dorp en ontvlucht als puber uiteindelijk, samen met een vriendin, de vallei.
Maar of ze daar uiteindelijk wat mee opschiet?
Het boek is opgedeeld in vier delen en die delen zijn weer onderverdeeld in hoofdstukken met een naam als titel en vaak ook een jaartal.
Dat jaartal is belangrijk, want het verhaal verspringt regelmatig in tijd en perspectief, waardoor je gedwongen wordt goed je aandacht erbij te houden.
De schrijfstijl is over het algemeen afstandelijk , maar goed, er staan regelmatig mooie zinnen in het boek, zoals bijvoorbeeld: “de kerkklok luidt met drie minuten vertraging te opzichte van de tijd in de rest van de wereld. Als er niet steeds meer mensen voorzien van horloges – eerst in hun borstzakje en later aan hun pols – van buitenaf in de vallei waren gekomen, hadden de bewoners het nooit gemerkt. “
Deze zin laat ook nog eens extra de geisoleerdheid van de vallei zien.
En: Augusta heeft borstkanker gehad, waarbij een borst is verwijderd, maar er vochtophoping is ontstaan.
“Om tot herstel te komen is de ene leeggelopen , terwijl de andere volliep. “
En : "Nu ze door haar voeten de vallei uit is gevoerd wordt de strook asfalt steeds breder."
Maar daarnaast leest het boek niet gemakkelijk en komt het soms wat rommelig over.
Wat vooral opvalt is het gebrek aan emoties, waardoor het boek tijdens het lezen leeg en vervreemdend aanvoelt.
Sympathie en empathie voor de personages voelen is daardoor lastig, het blijft oppervlakkig, het boek raakt nergens. Wat er echt in hen leeft weet je niet.
Waarschijnlijk heeft dat te maken met een hoofdthema: verwaarlozing, de personages groeien niet en nemen hun verantwoordelijkheid niet.
Als dat de bedoeling is geweest van Lamberti is ze daarin goed geslaagd.
De vertaling is van Manon Smits.
Ze is geboren in de grootste afkickkliniek in Europa, San Patrignano in Italië, bekend om zijn commune achtige karakter.
Haar vader was verslaafd aan heroïne en probeerde daarvan af te komen en haar moeder was vooral verslaafd aan haar vader.
Het boek is voornamelijk autobiografisch.
In Iedereen slaapt in de vallei volgen we drie generaties vrouwen, die wonen in een smalle vallei, tussen hoge bergketens, waar de zon nauwelijks schijnt, haar oma , die opgesloten is in de fatsoensregels die in de vallei en voor haar inwoners gelden, daarnaast haar moeder, die de moed heeft de vallei te ontvluchten en dan het leven van de schrijfster zelf.
Het boek begint met het leven van Augusta, die liever een pop had gehad dan een kind, en die vastgeketend is aan een huwelijk met de oudere Tiziano en met wie ze niet echt een goede relatie heeft en met beschrijvingen van andere, soms eigenaardige , inwoners van de vallei, waardoor je een beeld krijgt over het starre en saaie leven in het dorp.
Er heerst veel bijgeloof, waar de mensen veel waarde aan hechten.
De dochter van Augusta, Costanza, verveelt zich in het dorp en ontvlucht als puber uiteindelijk, samen met een vriendin, de vallei.
Maar of ze daar uiteindelijk wat mee opschiet?
Het boek is opgedeeld in vier delen en die delen zijn weer onderverdeeld in hoofdstukken met een naam als titel en vaak ook een jaartal.
Dat jaartal is belangrijk, want het verhaal verspringt regelmatig in tijd en perspectief, waardoor je gedwongen wordt goed je aandacht erbij te houden.
De schrijfstijl is over het algemeen afstandelijk , maar goed, er staan regelmatig mooie zinnen in het boek, zoals bijvoorbeeld: “de kerkklok luidt met drie minuten vertraging te opzichte van de tijd in de rest van de wereld. Als er niet steeds meer mensen voorzien van horloges – eerst in hun borstzakje en later aan hun pols – van buitenaf in de vallei waren gekomen, hadden de bewoners het nooit gemerkt. “
Deze zin laat ook nog eens extra de geisoleerdheid van de vallei zien.
En: Augusta heeft borstkanker gehad, waarbij een borst is verwijderd, maar er vochtophoping is ontstaan.
“Om tot herstel te komen is de ene leeggelopen , terwijl de andere volliep. “
En : "Nu ze door haar voeten de vallei uit is gevoerd wordt de strook asfalt steeds breder."
Maar daarnaast leest het boek niet gemakkelijk en komt het soms wat rommelig over.
Wat vooral opvalt is het gebrek aan emoties, waardoor het boek tijdens het lezen leeg en vervreemdend aanvoelt.
Sympathie en empathie voor de personages voelen is daardoor lastig, het blijft oppervlakkig, het boek raakt nergens. Wat er echt in hen leeft weet je niet.
Waarschijnlijk heeft dat te maken met een hoofdthema: verwaarlozing, de personages groeien niet en nemen hun verantwoordelijkheid niet.
Als dat de bedoeling is geweest van Lamberti is ze daarin goed geslaagd.
De vertaling is van Manon Smits.
1
Reageer op deze recensie