Originele en speelse roman in plaats van thriller
De aanwezigheid van misdaad maakt een verhaal niet automatisch tot een thriller, zelfs niet wanneer dat verhaal is geschreven door een vermaarde en ervaren thrillerauteur als Laura Lippman (1959). Een thriller staat of valt toch met de aanwezigheid van spanning. Maar juist dat is grotendeels afwezig in De vrouw in het meer, Lippmans nieuwste boek. En toch wordt het gepresenteerd als (literaire) thriller. Behalve onterecht is dat echter zonde, omdat dit boek wél door het leven kan gaan als goede historische roman en onder die noemer wellicht een geschikter lezerspubliek zou vinden.
De Amerikaanse Lippman brak in 2007 door als thrillerauteur en heeft sindsdien een omvangrijk oeuvre opgebouwd, prijzen gewonnen en de nodige bestsellerslijsten beklommen. Al meer dan tien van haar boeken verschenen in het Nederlands. De vrouw in het meer is vertaald door Mariëtte van Gelder.
Hoofdpersoon is Maddie (Madeline) Schwartz uit Baltimore, een mooie, rijke, joodse huisvrouw van 37. Het is 1965 wanneer zij, extra ongebruikelijk voor die tijd, haar man en 16-jarige zoon verlaat om een leven voor zichzelf op te bouwen. Ze komt dan in een mindere wijk van Baltimore terecht, waar ze een geheime verhouding krijgt met een jonge, zwarte politieagent. Dankzij haar bemoeienissen met de zaak van een vermist meisje weet ze vervolgens een suf baantje bij een middagkrant te bemachtigen.
Ze wil graag verslaggever worden, maar lijkt daar als bekakte vrouw van haar leeftijd geen kans op te maken. Om zich te bewijzen stort ze zich op de onopgeloste moordzaak van de zwarte serveerster Cleo Sherwood, waar verder niemand om maalt. Ze praat met mensen uit Cleo’s omgeving, roert in potjes drek en brengt de nodige opschudding teweeg. Dan wordt het de grote vraag of Maddies verbeten zoektocht naar de waarheid wel wenselijk is of alleen maar extra schade toebrengt.
Dit onderwerp komt voort uit een schrijfster die weet waar ze het over heeft, aangezien haar vader journalist was. Mede daardoor is ze goed bekend met het krantenbedrijf en lukt het haar prima om de media in een stad als Baltimore in de jaren zestig neer te zetten. Het thema betreffende de vraag of journalisten altijd maar zo genadeloos achter de waarheid aan moeten jagen, zit goed in het verhaal verwerkt. Ondertussen zijn de gebeurtenissen niet zomaar bedacht, maar zijn zowel de verhaallijn rond het vermiste meisje als die van Cleo Sherwood gebaseerd op zaken die daadwerkelijk in de jaren 60 in Baltimore hebben gespeeld.
Het meest opvallende aan het boek is echter de originele manier waarop de auteur met gezichtspunten omgaat. Maddies gedachten worden regelmatig afgewisseld met die van een bijpersonage dat in het voorgaande hoofdstukje voorkwam. Deze personen komen ieder maar één keer aan het woord, maar zorgen toch steeds weer voor frisse afwisseling en extra begrip. Verder is er nog de vermoorde Cleo Sherwood die ook een stem heeft, die het woord niet tot de lezer richt, maar tot Maddie. Al met al is het effect van deze opzet speels en laat het op een leuke manier zien hoe mensen heel verkeerde conclusies over elkaar kunnen trekken.
Een probleem is wellicht dat de diva-achtige Maddie, met wie de lezer toch het grootste gedeelte van de tijd doorbrengt, niet zo’n sympathiek personage is. Vooral rond tweederde van het verhaal is haar eigengereidheid irritant. Daar staat tegenover dat ze in een tijd en op een plaats dat racisme en seksisme nog gemeengoed waren, dwars tegen die stroom ingaat. En omdat ze ook de nodige moed laat zien, wil je uiteindelijk toch weten hoe het haar vergaat.
Hoewel het verhaal dus nauwelijks spannend is (alleen op het einde even), ontrafelt zich wel een fraai mysterie rondom Cleo Sherwood. Dat levert alsnog een verrassende ontknoping op die best thrillerwaardig is. Toch is dat niet genoeg om het boek als thriller weg te zetten. Een originele en beeldend geschreven historische roman als deze verdient het op zijn eigen merites te worden beoordeeld.
Reageer op deze recensie