Lezersrecensie
Een beklijvende verkenning van kwetsbaarheid en verbinding
Naomi Rebekka Boekwijt (geboren in 1990) heeft een achtergrond in de wijsbegeerte en heeft zich al snel bewezen als een veelbelovend literair talent. Haar debuut, de verhalenbundel Pels uit 2013, viel meteen op en werd genomineerd voor de shortlist van de Academica Literatuurprijs. Een jaar later verscheen haar eerste roman, Hoogvlakte, die ook hoge ogen gooide en genomineerd werd voor de BNG Bank Literatuurprijs. In 2017 volgde haar tweede roman, Noordwaarts. In 2020 publiceerde ze Bloedblaren, haar derde roman. Stemmen is inmiddels haar vijfde boek en vierde roman.
Boekwijt woont momenteel in Denemarken, waar ze naast haar schrijfwerkzaamheden ook als huisschilder actief is.
In Stemmen neemt Boekwijt ons mee in de wereld van Sis, een jonge vrouw die zich geïsoleerd voelt van de werkelijkheid. Ze worstelt met hallucinaties, waardoor haar grip op de realiteit steeds verder lijkt te vervagen. Wanneer ze Hanne ontmoet, een hulpverlener die erin slaagt om een vertrouwensband met haar op te bouwen, begint Sis langzaam uit haar verstikkende isolement te breken. De ontmoeting met Hanne markeert een keerpunt in Sis’ leven. Haar verhuizing naar een woongroep biedt haar de kans om zich voor het eerst echt geaccepteerd en thuis te voelen bij anderen.
Maar ook Hanne heeft een eigen verhaal; Sis is voor haar meer dan zomaar een patiënt. De roman ontvouwt zich als een delicaat samenspel van kwetsbaarheid en verbondenheid, waarbij zowel Sis als Hanne proberen hun plek in de wereld te vinden.
Boekwijt’s schrijfstijl is sterk poëtisch, maar nooit ontoegankelijk. Ze nodigt uit tot slow reading, waarbij je als lezer de tijd neemt om elke zin zorgvuldig in je op te nemen. Haar proza bestaat uit korte, krachtige zinnen, die met zorg zijn gekozen en op meesterlijke wijze samenkomen en een pakkend universum vormen. De sfeer die ontstaat uit deze bondige en krachtige zinnen weerspiegelt de onrust in Sis’ gedachten en versterken de intense beleving van haar innerlijke wereld.
Het is indrukwekkend hoe Boekwijt met zo weinig woorden zoveel weet te zeggen, en hoe ze de lezer met haar gerichte woordkeuze moeiteloos meevoert in de psyche van haar protagonisten. Het resultaat is een beklijvende en pakkende roman die blijft nazinderen.
De thematiek van Stemmen draait sterk om het omgaan met psychische problemen. Sis’ strijd om haar eigen identiteit en werkelijkheid te begrijpen, wordt aangrijpend neergezet en raakt aan bredere kwesties zoals geestelijke gezondheid en het stigma dat daarmee gepaard gaat. Het boek draagt het label 'psychiatrische roman' en is gebaseerd op persoonlijke ervaringen van de auteur.
In een interview vertelde Boekwijt: "Iedereen kan helen, hoe kapot je ook bent. Maar daar heb je wel de juiste mensen voor nodig. Ik zou zo graag zien dat meer hulpverleners durven een stukje authenticiteit te laten zien, een stukje van zichzelf, wat meer menselijkheid in plaats van alleen maar 'professionaliteit'."
Dit thema komt duidelijk naar voor in het verhaal, waarin zowel Sis als Hanne worstelen met de juiste balans tussen afstand en nabijheid. De vraag of lichamelijke aanwezigheid daadwerkelijk zo'n taboe moet zijn als vaak wordt gepredikt, wordt op een genuanceerde manier verkend, en vormt een intrigerend onderdeel van de relatie tussen hulpverlener en cliënt. Stemmen biedt daarmee niet alleen een inkijkje in de kwetsbaarheid van psychische aandoeningen, maar ook in de complexiteit van de zorgrelatie zelf.
Stemmen is een beklijvende roman die zich onderscheidt door zijn subtiele, maar krachtige verwoording van de kwetsbaarheden en veerkracht van de menselijke geest.
Boekwijt woont momenteel in Denemarken, waar ze naast haar schrijfwerkzaamheden ook als huisschilder actief is.
In Stemmen neemt Boekwijt ons mee in de wereld van Sis, een jonge vrouw die zich geïsoleerd voelt van de werkelijkheid. Ze worstelt met hallucinaties, waardoor haar grip op de realiteit steeds verder lijkt te vervagen. Wanneer ze Hanne ontmoet, een hulpverlener die erin slaagt om een vertrouwensband met haar op te bouwen, begint Sis langzaam uit haar verstikkende isolement te breken. De ontmoeting met Hanne markeert een keerpunt in Sis’ leven. Haar verhuizing naar een woongroep biedt haar de kans om zich voor het eerst echt geaccepteerd en thuis te voelen bij anderen.
Maar ook Hanne heeft een eigen verhaal; Sis is voor haar meer dan zomaar een patiënt. De roman ontvouwt zich als een delicaat samenspel van kwetsbaarheid en verbondenheid, waarbij zowel Sis als Hanne proberen hun plek in de wereld te vinden.
Boekwijt’s schrijfstijl is sterk poëtisch, maar nooit ontoegankelijk. Ze nodigt uit tot slow reading, waarbij je als lezer de tijd neemt om elke zin zorgvuldig in je op te nemen. Haar proza bestaat uit korte, krachtige zinnen, die met zorg zijn gekozen en op meesterlijke wijze samenkomen en een pakkend universum vormen. De sfeer die ontstaat uit deze bondige en krachtige zinnen weerspiegelt de onrust in Sis’ gedachten en versterken de intense beleving van haar innerlijke wereld.
Het is indrukwekkend hoe Boekwijt met zo weinig woorden zoveel weet te zeggen, en hoe ze de lezer met haar gerichte woordkeuze moeiteloos meevoert in de psyche van haar protagonisten. Het resultaat is een beklijvende en pakkende roman die blijft nazinderen.
De thematiek van Stemmen draait sterk om het omgaan met psychische problemen. Sis’ strijd om haar eigen identiteit en werkelijkheid te begrijpen, wordt aangrijpend neergezet en raakt aan bredere kwesties zoals geestelijke gezondheid en het stigma dat daarmee gepaard gaat. Het boek draagt het label 'psychiatrische roman' en is gebaseerd op persoonlijke ervaringen van de auteur.
In een interview vertelde Boekwijt: "Iedereen kan helen, hoe kapot je ook bent. Maar daar heb je wel de juiste mensen voor nodig. Ik zou zo graag zien dat meer hulpverleners durven een stukje authenticiteit te laten zien, een stukje van zichzelf, wat meer menselijkheid in plaats van alleen maar 'professionaliteit'."
Dit thema komt duidelijk naar voor in het verhaal, waarin zowel Sis als Hanne worstelen met de juiste balans tussen afstand en nabijheid. De vraag of lichamelijke aanwezigheid daadwerkelijk zo'n taboe moet zijn als vaak wordt gepredikt, wordt op een genuanceerde manier verkend, en vormt een intrigerend onderdeel van de relatie tussen hulpverlener en cliënt. Stemmen biedt daarmee niet alleen een inkijkje in de kwetsbaarheid van psychische aandoeningen, maar ook in de complexiteit van de zorgrelatie zelf.
Stemmen is een beklijvende roman die zich onderscheidt door zijn subtiele, maar krachtige verwoording van de kwetsbaarheden en veerkracht van de menselijke geest.
1
Reageer op deze recensie