Leerzame metafictie die het uiterste vraagt
Julian Barnes (1946) stond al vier keer op de shortlist voor de Man Booker Prize en won deze prijs met zijn boek Alsof het voorbij is, met zijn andere romans won hij verschillende andere prijzen in Groot-Brittannië en daarbuiten. In 2018 verscheen zijn roman Het enige verhaal, in 2019 volgde De man in de rode mantel en in 2022 verscheen zijn nieuwste roman Elizabeth Finch bij Atlas Contact. De Nederlandse vertaling is van de hand van Ronald Vlek.
Neil, gescheiden vader en voormalig acteur, schrijft zich in voor de cursus 'Cultuur en beschaving' en raakt vanaf de eerste dag in de ban van zijn oudere professor: Elizabeth Finch. Zij spreekt in schrijftaal en filosofeert over Sint-Ursula, Julianus de Afvallige, de Verlichting en de parallellen tussen heden en verleden. Over het privéleven van Finch komt Neil echter weinig aan de weet, tot hij jaren later onverwacht haar schriftelijke nalatenschap erft. Hij gaat op zoek naar wie zijn grote voorbeeld werkelijk was en welke opdracht er voor hem besloten ligt in de dozen vol aantekeningen.
'[…]: een gevoel dat een leven, hoe graag we het ook anders zouden willen, geen verhaal is – althans niet zoals wij het begrijpen en verwachten.'
Neil blijkt al snel een onbetrouwbare verteller te zijn. Zijn versie van de professor, die hij EF noemt, is een mythisch ideaalbeeld van een onafhankelijke en uiterst originele denker. In haar aantekeningen vindt hij lijstjes die in de vorm van een opsomming de kern van haar wezen vormen en tegelijk leert hij in gesprekken met anderen die haar kenden andere kanten van EF die hij het liefst weigert te aanvaarden.
Deel twee van deze driedelige roman is een onverwacht en langdradig essay van Neil over een van EFs grote helden, namelijk Julianus de Afvallige, 'de laatste heidense keizer', die in 363 op het slagveld stierf en tegenover het opkomende christendom zijn verlies moest erkennen. De verhandeling laat zien dat het verhaal over Julianus door de eeuwen heen steeds veranderde en nieuwe betekenissen kreeg.
'Stelt u zich de laatste vijftien eeuwen eens voor zonder godsdienstoorlogen, misschien wel zonder op geloof of zelfs maar op ras gebaseerde onverdraagzaamheid. Stelt u zich eens een niet door het geloof aan banden gelegde wetenschap voor.'
Voor de lezer is het een uitdagend tweede deel, vooral de samenhang met en betekenis in relatie tot de andere twee delen lijken vergezocht. Barnes zet via Neil zijn lezer aan het denken zonder deze al te veel aanknopingspunten te geven, precies zoals EF dat bij Neil deed. Daarbij weet Barnes in iets meer dan tweehonderd pagina’s een indrukwekkend staaltje metafictie te bewerkstelligen.
Elizabeth Finch gaat over de onkenbaarheid van (het leven van) de ander, zowel in de oude geschiedenis als in het heden. Vriendschap, liefde en geschiedenis zijn altijd afhankelijk van de eigen persoon en het eigen wereldbeeld en kunnen nooit objectief beschreven worden. Biografieën zijn daarom per definitie problematisch, zoals Neil ontdekt bij Julianus en evengoed bij zijn beeld van EF.
Barnes schreef een ingewikkeld verhaal vol met filosofische overwegingen, geloofskwesties, geschiedenis en levensverhalen waarin steeds de tegenstelling tussen kunstmatigheid en authenticiteit centraal staat. Een leerzame verhandeling die de lezer zeker aan het denken zet maar tegelijk ook het uiterste van de lezer vraagt.
Reageer op deze recensie