Waan en werkelijkheid
Moya De Feyter (1993) is theaterwetenschapper en schrijft proza, poëzie en toneelteksten. In 2015 won ze Frappant, in 2017 de Poëziewedstrijd van de Universiteit Antwerpen en in 2012 én 2017 haalde ze de finale van Write Now. Haar alter ego Ambrosia is een van de literaire lichtekooien in het Poëziebordeel. Eerder werk van haar hand verscheen in onder andere Kluger Hans, Op Ruwe Planken en Deus ex Machina. De Feyter zoekt naar manieren om haar teksten via het podium bij een publiek te krijgen, maar in 2018 verscheen ook haar eerste dichtbundel Tot iemand eindelijk bij uitgeverij Vrijdag.
De Feyter zoekt in haar poëzie grenzen op, tussen waan en werkelijkheid, tussen wreedheid en verlangen. Deze grenzen en tegenstellingen wekken een melancholische sfeer op, een onheilspellend gevoel van verraad, verlatenheid, verdriet en verlangen overheerst in de dichtbundel Tot iemand eindelijk.
“herinneringen trillen voor ze jaar na jaar
slinken en niemand nog zal weten
van het verbond van verbijsterende betekenis
hoe het achter de doeken leugenachtig werd”
Tot iemand eindelijk bevat opvallend veel tekst voor een dichtbundel. Sommige gedichten doen denken aan een stream of consciousness-techniek, een spraakwaterval die zich vooral leent voor hardop (voor)lezen. Tekst zonder interpunctie, ogenschijnlijk zonder structuur maar met een ritme bij lezing zo helder en duidelijk dat de kracht uiteindelijk daarin schuilt. De literaire poëzie van De Feyter doet daarom soms denken aan fragmentarisch proza, meer dan aan traditionele poëzie.
“we verzonnen een land om in te geloven, blij als appels
geloofden we alles, ik ben een dromedaris met dorst
het water van de wereld is op, zelfs de vliegen die
voor mijn lichaam kwamen zijn ervandoor gegaan
we drinken fluorode drankjes, hopelijk valt morgen mee”
Er zijn veel verschillende thema’s aan te wijzen in de gedichten van De Feyter. Belangrijk zijn in elk geval vrouwelijkheid en vruchtbaarheid. Op veel vlakken is de poëzie lichamelijk te noemen, maar vaak gaat deze juist ook over gebreken. Stukken die ontbreken, vingers of handen die afbrokkelen. Symbolen voor verlies, van geliefden, van functies, van de wereld om je heen. Relaties, huiselijkheid, opgroeien en geborgenheid spelen tot slot ook een belangrijke rol.
“de wereld is veranderd er is veel meer te willen nu
het willen maakt ons weerloos als wij al kiezen dan
alleen om die keuzes meteen weer ongedaan te maken”
Daarnaast herkent de lezer tussen alle absurdistische metaforen en surrealistische taferelen met zeemonsters en mismaakte lichamen ook de werkelijkheid in de poëzie van De Feyter. Scherpe observaties van onze huidige wereld en alles wat daarin is veranderd en nog gaat veranderen maken de gedichten interessant. De combinatie tussen mythe en werkelijkheid zet de lezer aan het denken. Hoewel sommige gedichten zich wellicht juist beter lenen voor een voordracht op een podium, weten de teksten van De Feyter ook op papier te overtuigen en te beklijven.
Reageer op deze recensie