Hebban recensie
Grote stappen
Yngvar Stubo en Johanne Vik uit Je verdiende loon zijn terug in Wat nooit gebeurt. Het is inmiddels vier jaar later, ze wonen samen en hebben net een kind gekregen. Dan slaat een seriemoordenaar toe in Noorwegen. Bekende Noren worden op een gruwelijke manier vermoord. Als Stubo weer aan het werk gaat (ná zijn ouderschapsverlof, flaptekstschrijver), stort hij zich op deze zaak. Hij wordt geholpen door Vik die thuis naast de verzorging van de kinderen tijd heeft om erover na te denken. Jaren geleden heeft ze in Amerika een profilertraining gedaan en hetgeen ze daar geleerd heeft, blijkt grote overeenkomsten te hebben met de seriemoorden.
Je zou verwachten dat Holt met haar achtergrond als voormalig adjunct-commissaris van politie meer aandacht zou besteden aan het politiewerk. Dat valt tegen in dit boek. In grote stappen wordt beschreven wat er aan speurwerk wordt gedaan. Tegen het einde van het boek gebeurt zelfs dat niet meer: er wordt nog een lijk gevonden en daar blijft het dan ook bij. Hoe het onderzoek van dat slachtoffer verloopt naar familie, vrienden en bekenden doet niet meer ter zake.
Aan het begin vraagt een politieman aan Vik bij welke moordenaar zij de meeste moeite zou hebben om een profiel te schetsen. Vik antwoordt dat dat een intelligente vrouw zou zijn die willekeurig moordt. Omdat Holt je meteen aan het begin van het boek laat meeleven met de moordenares, weet je dat ze daar nu mee te maken heeft. Als Vik op het juiste spoor komt, is dat dan ook voornamelijk te danken aan zuiver toeval en puur gokwerk.
Dat maakt het boek enigszins teleurstellend. In het begin lijken de profielen die Vik schetst nog geloofwaardig, maar aan het eind niet meer. Dat heeft ook te maken met de gekunstelde en geforceerde plot van het verhaal. Met grote stappen haast Holt zich naar het eind, waarbij het erop lijkt dat ze zelf ook niet meer wist hoe ze het één en ander aan elkaar moest breien.
Je zou verwachten dat Holt met haar achtergrond als voormalig adjunct-commissaris van politie meer aandacht zou besteden aan het politiewerk. Dat valt tegen in dit boek. In grote stappen wordt beschreven wat er aan speurwerk wordt gedaan. Tegen het einde van het boek gebeurt zelfs dat niet meer: er wordt nog een lijk gevonden en daar blijft het dan ook bij. Hoe het onderzoek van dat slachtoffer verloopt naar familie, vrienden en bekenden doet niet meer ter zake.
Aan het begin vraagt een politieman aan Vik bij welke moordenaar zij de meeste moeite zou hebben om een profiel te schetsen. Vik antwoordt dat dat een intelligente vrouw zou zijn die willekeurig moordt. Omdat Holt je meteen aan het begin van het boek laat meeleven met de moordenares, weet je dat ze daar nu mee te maken heeft. Als Vik op het juiste spoor komt, is dat dan ook voornamelijk te danken aan zuiver toeval en puur gokwerk.
Dat maakt het boek enigszins teleurstellend. In het begin lijken de profielen die Vik schetst nog geloofwaardig, maar aan het eind niet meer. Dat heeft ook te maken met de gekunstelde en geforceerde plot van het verhaal. Met grote stappen haast Holt zich naar het eind, waarbij het erop lijkt dat ze zelf ook niet meer wist hoe ze het één en ander aan elkaar moest breien.
1
Reageer op deze recensie