Lezersrecensie
Prachtig debuut over identiteit (en kevers, paardenbloempluisjes en vuurvliegjes)
‘Denk aan een zacht wuivend web in de ochtendzon. Denk aan de dauwdruppels op het web. Denk aan de wind.'
Ik las ‘Oever’, een prachtig jeugdboek van illustrator en schrijver Ludwig Volbeda. Het is een fijnzinnige roman over een dertienjarige op een zoektocht naar identiteit, in het bijzonder genderidentiteit. In korte hoofdstukken die geschreven zijn in briefvorm maken we kennis met Jip, een dromerige tiener die gefascineerd is door kevers, stenen, paardenbloempluisjes en vuurvliegjes en de wereld vastlegt in tekeningen.
Als lezer krijg je een kijkje in het dagelijks leven van Jip. Hoewel dit boek iets alledaags heeft, is het in de kern een bijzonder verhaal. Het is voor de lezer niet duidelijk aan wie de brieven die Jip schrijft gericht zijn, en wie Jip zelf is blijft ook lange tijd mysterieus. Echter ziet Jip schoonheid in het alledaagse, wat tot uiting komt in pareltjes van zinnen: ‘De donkerblauwe wol van mijn trui zat vol met pluisjes van paardenbloemen van het veldje. Er was zomaar een klein sterrenstelsel meegelift.’ Ook de natuur en haar kleine organismen ziet Jip in kleurrijke details: ‘Er zijn kevers met metalig blauwe schildjes, fijn geborduurd met stukjes gouddraad.’
Het zelfportret dat Jip moet tekenen staat symbool voor de zoektocht naar identiteit en is een terugkerend thema in het verhaal. De auteur is van oorsprong illustrator, wat terug te zien is in de zwart-wit illustraties die de korte hoofdstukken afwisselen.
Aanrader, ook voor volwassenen. Een boek waar je een tentje in zou willen opzetten om er in te kamperen.
Ik las ‘Oever’, een prachtig jeugdboek van illustrator en schrijver Ludwig Volbeda. Het is een fijnzinnige roman over een dertienjarige op een zoektocht naar identiteit, in het bijzonder genderidentiteit. In korte hoofdstukken die geschreven zijn in briefvorm maken we kennis met Jip, een dromerige tiener die gefascineerd is door kevers, stenen, paardenbloempluisjes en vuurvliegjes en de wereld vastlegt in tekeningen.
Als lezer krijg je een kijkje in het dagelijks leven van Jip. Hoewel dit boek iets alledaags heeft, is het in de kern een bijzonder verhaal. Het is voor de lezer niet duidelijk aan wie de brieven die Jip schrijft gericht zijn, en wie Jip zelf is blijft ook lange tijd mysterieus. Echter ziet Jip schoonheid in het alledaagse, wat tot uiting komt in pareltjes van zinnen: ‘De donkerblauwe wol van mijn trui zat vol met pluisjes van paardenbloemen van het veldje. Er was zomaar een klein sterrenstelsel meegelift.’ Ook de natuur en haar kleine organismen ziet Jip in kleurrijke details: ‘Er zijn kevers met metalig blauwe schildjes, fijn geborduurd met stukjes gouddraad.’
Het zelfportret dat Jip moet tekenen staat symbool voor de zoektocht naar identiteit en is een terugkerend thema in het verhaal. De auteur is van oorsprong illustrator, wat terug te zien is in de zwart-wit illustraties die de korte hoofdstukken afwisselen.
Aanrader, ook voor volwassenen. Een boek waar je een tentje in zou willen opzetten om er in te kamperen.
1
Reageer op deze recensie