Lezersrecensie
Inkijkje in een rouwproces en een tweelingenband
‘Ik vertelde haar hoe je momenten vast kunt houden. Alleen mensen houd je er niet mee vast, zei ik. Die kunnen gewoon opstaan en het beeld uit lopen. Dat is niet erg, zei mijn moeder. Dat hoeft niet erg te zijn. Als je daar rekening mee houdt is het minder erg.’
Nadat ‘Waar ik liever niet aan denk’ van Jente Posthuma werd genomineerd voor International Booker Prize, kon ik het niet laten om toe te geven aan de hype. Gelukkig heb ik er geen spijt van.
‘Waar ik liever niet aan denk’ ik een fragmentarisch verteld verhaal over hoe vrouw worstelt met het overlijden van haar tweelingbroer, op wie ze altijd bouwde. Naast rouw gaat het ook over de isolatie en eenzaamheid die daarmee gepaard gaat, de relatie tussen broer en zus en hoe depressie iemand langzaam over kan nemen.
Het boek voelt aan als een verwerkingsproces. Door de korte hoofdstukken van soms één alinea en soms een bladzijde, voelt het aan alsof je als lezer door een fotoalbum heen en weer bladert. De fragmenten uit het dagelijks leven van de hoofdpersoon worden a-chronologisch vertelt. In het verhaal ligt de focus dan ook zwaar op de karakterontwikkeling en niet op het plot. Het hoofdpersonage vond ik niet altijd overkomen als een prettig persoon, maar dingen zoals haar haar obsessie voor warme truien en haar onverklaarbare neigingen tot het lezen van oorlogstragedies vond ik haar persoonlijker maken, hoewel Posthuma naar mijn smaak iets te vaak uitstapjes maakt naar feitelijke anekdotes of Joseph Mengele en de Twin Towers, wat me afleidde van het verhaal.
De tweeling in het verhaal is naamloos, maar wordt aangeduid met ‘Een’ en ‘Twee.’ Dit zorgt voor een afstand tot de personages, wat ik persoonlijk jammer vind. Opvallend ook is ontbreken van aanhalingstekens in de dialogen. Beide aspecten dragen wel bij aan het simplistische van hoe het verhaal vertelt wordt, wat een prettige tegenhanger is van de zware lading van het rouwproces en de mentale problematiek waar het boek over gaat.
Af en toe schuurde het een beetje voor mijn gevoel, maar toch vloog ik door het boek heen. Het greep me aan, het leefde, het voelde zwaar en toch luchtig tegelijkertijd. Ik vind het knap.
Nadat ‘Waar ik liever niet aan denk’ van Jente Posthuma werd genomineerd voor International Booker Prize, kon ik het niet laten om toe te geven aan de hype. Gelukkig heb ik er geen spijt van.
‘Waar ik liever niet aan denk’ ik een fragmentarisch verteld verhaal over hoe vrouw worstelt met het overlijden van haar tweelingbroer, op wie ze altijd bouwde. Naast rouw gaat het ook over de isolatie en eenzaamheid die daarmee gepaard gaat, de relatie tussen broer en zus en hoe depressie iemand langzaam over kan nemen.
Het boek voelt aan als een verwerkingsproces. Door de korte hoofdstukken van soms één alinea en soms een bladzijde, voelt het aan alsof je als lezer door een fotoalbum heen en weer bladert. De fragmenten uit het dagelijks leven van de hoofdpersoon worden a-chronologisch vertelt. In het verhaal ligt de focus dan ook zwaar op de karakterontwikkeling en niet op het plot. Het hoofdpersonage vond ik niet altijd overkomen als een prettig persoon, maar dingen zoals haar haar obsessie voor warme truien en haar onverklaarbare neigingen tot het lezen van oorlogstragedies vond ik haar persoonlijker maken, hoewel Posthuma naar mijn smaak iets te vaak uitstapjes maakt naar feitelijke anekdotes of Joseph Mengele en de Twin Towers, wat me afleidde van het verhaal.
De tweeling in het verhaal is naamloos, maar wordt aangeduid met ‘Een’ en ‘Twee.’ Dit zorgt voor een afstand tot de personages, wat ik persoonlijk jammer vind. Opvallend ook is ontbreken van aanhalingstekens in de dialogen. Beide aspecten dragen wel bij aan het simplistische van hoe het verhaal vertelt wordt, wat een prettige tegenhanger is van de zware lading van het rouwproces en de mentale problematiek waar het boek over gaat.
Af en toe schuurde het een beetje voor mijn gevoel, maar toch vloog ik door het boek heen. Het greep me aan, het leefde, het voelde zwaar en toch luchtig tegelijkertijd. Ik vind het knap.
1
Reageer op deze recensie