Lezersrecensie
Mijnheer Sommer is te afwezig
De Duitse auteur Patrick Süskind (1949) zijn boekje ‘Het verhaal van meneer Sommer’ werd voorzien van illustraties gemaakt door Jean-Jacques Sempé. Het werd vertaald door Ronald Jonkers en uitgegeven in 1991.
Het verhaal speelt zich af in Unternsee en deels in Obernsee, waarbij het begint met de toen zevenjarige Patrick Süskind die vertelt - in de ik-vorm - dat hij kan vliegen en graag in bomen klimt. Het waait nogal en hij hoeft alleen maar zijn jas open te maken, maar het verhaal gaat om Mijnheer Sommer. De zonderlinge man is een wandelaar, verder is niet veel over hem bekend dan dat hij elke dag gaat wandelen en kilometers lang. De vrouw van Sommer is een poppenmaakster. Er gaan wat geruchten over Mijnheer Sommer de rondte in het dorp. Na wat flinke uitweidingen - een meisje, leren fietsen en pianoles - komt uiteindelijk het punt waarom Mijnheer Sommer een belangrijke rol in Süskinds leven speelde op zijn zevende en wat er later is gebeurd toen Süskind vijftien jaar was.
Suskind vertelt dit verhaal op ongeveer vijftigjarige leeftijd, hij was zeven toen hij uit een boom viel en veertig jaar lang heeft hij een ‘barometer’ in zijn hoofd daardoor. Het is geschreven als een kinderverhaal, waardoor het luchtig is qua taal, maar niet altijd heel vrolijk. Het is wat twijfelachtig of dit werkelijk is gebeurd, dat komt meer door de manier waarop Mijnheer Sommer wordt neergezet, door het einde en bepaalde momenten daar tussenin, het lijkt soms wat kinderfantasie. Toch is het, op de te lange piano gedeelte na, een vermakelijk verhaal dat blijft boeien. Het is wel jammer dat Mijnheer Sommer voor een groot deel afwezig is in het verhaal, waardoor het niet ‘Het verhaal van mijnheer Sommer’ is, maar meer ‘Het verhaal van mijn jeugd en mijnheer Sommer’. Door de titel wordt een andere verwachting geschept dan wat het daadwerkelijke verhaal is.
Het verhaal speelt zich af in Unternsee en deels in Obernsee, waarbij het begint met de toen zevenjarige Patrick Süskind die vertelt - in de ik-vorm - dat hij kan vliegen en graag in bomen klimt. Het waait nogal en hij hoeft alleen maar zijn jas open te maken, maar het verhaal gaat om Mijnheer Sommer. De zonderlinge man is een wandelaar, verder is niet veel over hem bekend dan dat hij elke dag gaat wandelen en kilometers lang. De vrouw van Sommer is een poppenmaakster. Er gaan wat geruchten over Mijnheer Sommer de rondte in het dorp. Na wat flinke uitweidingen - een meisje, leren fietsen en pianoles - komt uiteindelijk het punt waarom Mijnheer Sommer een belangrijke rol in Süskinds leven speelde op zijn zevende en wat er later is gebeurd toen Süskind vijftien jaar was.
Suskind vertelt dit verhaal op ongeveer vijftigjarige leeftijd, hij was zeven toen hij uit een boom viel en veertig jaar lang heeft hij een ‘barometer’ in zijn hoofd daardoor. Het is geschreven als een kinderverhaal, waardoor het luchtig is qua taal, maar niet altijd heel vrolijk. Het is wat twijfelachtig of dit werkelijk is gebeurd, dat komt meer door de manier waarop Mijnheer Sommer wordt neergezet, door het einde en bepaalde momenten daar tussenin, het lijkt soms wat kinderfantasie. Toch is het, op de te lange piano gedeelte na, een vermakelijk verhaal dat blijft boeien. Het is wel jammer dat Mijnheer Sommer voor een groot deel afwezig is in het verhaal, waardoor het niet ‘Het verhaal van mijnheer Sommer’ is, maar meer ‘Het verhaal van mijn jeugd en mijnheer Sommer’. Door de titel wordt een andere verwachting geschept dan wat het daadwerkelijke verhaal is.
1
Reageer op deze recensie