Lezersrecensie
Geen poelau kapok
Jeroen Brouwers (1940 - 2022) won de Multatuliprijs in 1979 met de verhalenbundel ‘Het verzonkene’, dat 16 korte verhalen bevat en in 1988 kwam een vijfde herziene druk uit.
Elk verhaal is een vertelling van Jeroen Brouwers leven over zijn kindertijd in Nederlands-Indië vanaf zijn 2de jaar, op een paar verhalen na die gaan over zijn relatie met zijn moeder op volwassen leeftijd, en vooral herinneringen zijn zoals hij deze zich herinnert. De meeste verhalen zijn van voor de inval van de Japanners, het kamp wordt overgeslagen, en de tijd daarna.
"Mijn leven lang ben ik een andersoortige eend geweest." - P89
Brouwer heeft een mooie manier van vertellen in de soms bijna poëtische taal. De gevoelens die hij had en hoe hij ermee omging. worden heel duidelijk verwoord. De verhalen springen echter wel van herinnering, droom, naar volwassenheid en weer naar de kindertijd. Het is even nadenken of het nu werkelijkheid is of misschien illusie. Wel sijpelt door dat Brouwer niets met zijn familie te maken wil hebben of iets voor hen voelt, behalve zijn grootvader (op wie hij zou lijken) en wie hij beter had willen kennen. Een boekje van nog net geen 100 pagina’s die veel indruk maakt en een mooie aansluiting heeft met ‘Bezonken rood’ van Brouwers over de periode in het kamp.
Elk verhaal is een vertelling van Jeroen Brouwers leven over zijn kindertijd in Nederlands-Indië vanaf zijn 2de jaar, op een paar verhalen na die gaan over zijn relatie met zijn moeder op volwassen leeftijd, en vooral herinneringen zijn zoals hij deze zich herinnert. De meeste verhalen zijn van voor de inval van de Japanners, het kamp wordt overgeslagen, en de tijd daarna.
"Mijn leven lang ben ik een andersoortige eend geweest." - P89
Brouwer heeft een mooie manier van vertellen in de soms bijna poëtische taal. De gevoelens die hij had en hoe hij ermee omging. worden heel duidelijk verwoord. De verhalen springen echter wel van herinnering, droom, naar volwassenheid en weer naar de kindertijd. Het is even nadenken of het nu werkelijkheid is of misschien illusie. Wel sijpelt door dat Brouwer niets met zijn familie te maken wil hebben of iets voor hen voelt, behalve zijn grootvader (op wie hij zou lijken) en wie hij beter had willen kennen. Een boekje van nog net geen 100 pagina’s die veel indruk maakt en een mooie aansluiting heeft met ‘Bezonken rood’ van Brouwers over de periode in het kamp.
2
Reageer op deze recensie