Hebban recensie
Ontheemd in een romanwereld zonder ziel
Ruim twintig jaar heb je over dezelfde personages geschreven; dezelfde hoofdpersoon en vaak ook dezelfde mensen om hem heen. Sidekicks, alter egos; vrienden en vijanden en vaak hadden ze van beide wel wat. Je creëerde een wereld om hen heen die steeds vertrouwder werd; niet alleen voor jezelf maar ook voor je lezers. Zo vertrouwd zelfs dat ze de plaatselijke VVV inspireerde tot een speciale stadswandeling: Rebuss Edinburgh. En die trekt ieder jaar tientallen bewonderaars. Maar na achttien titels vind je het welletjes; je wilt eens wat anders. En daarom besluit je je protagonist met pensioen te sturen, in een thriller die de toepasselijke titel Exit Music krijgt.
Maar dan; hoe ga je verder, of beter: hoe begin je opnieuw? Thrillers schrijven is je stiel; je kunt niets anders, dus schrijf je toch weer een thriller, maar dan een die in geen enkel opzicht lijkt op al die boeken die je voorheen hebt geschreven. En dan maar hopen dat je je oude fans om krijgt en nieuwe aan je weet te binden. De koning is dood, leve de koning?
Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik in de loop van de jaren verslaafd ben geraakt aan de John Rebus novels van Ian Rankin. Die kunnen bij mij op voorhand al rekenen op een ster of vier. Zelfs wanneer het misdaadverhaal op zich niet echt kan boeien, is het steeds weer een genoegen me tijdelijk te verliezen in de morsige wereld van John Rebus, hoofdinspecteur bij de Lothian and Border Police in Edinburgh. Ik ben gaan houden van die man en toen ik vorig jaar enkele dagen in Edinburgh was, betrapte ik me er meer dan eens op dat ik naar hem uitkeek. In iedere krakkemikkige Saab kon Rebus voorbij komen. Dat ik met gemengde gevoelens aan de nieuwe Rankin ben begonnen, is dan ook meer dan een understatement.
Het boek heet De kunstroof en daar gaat het dan ook over. Een heel ingenieuze kunstroof om precies te zijn en een typisch voorbeeld van een stunt die in een balorige bui bedacht wordt en uiteindelijk helemaal uit de hand loopt. Het idee komt van computermiljonair Mike McKenzie en het kost hem niet al te veel moeite om ook twee bevriende kunstliefhebbers enthousiast te maken. Ze willen niet minder dan de perfecte misdaad plegen en daartoe hebben ze de hulp nodig van een jonge kunstschilder die meesterwerken zo goed kan naschilderen dat niemand het verschil tussen het origineel en de kopie kan zien. Nou ja, bijna niemand. Maar de perfecte misdaad pleeg je niet zo maar, zeker als je de wet nog niet eerder hebt overtreden. Daarom besluiten ze ook de hulp in de roepen van de beroepscrimineel Chib Calloway. En dat hadden ze beter niet kunnen doen, maar dat merken ze pas als het te laat is. Want Chib wordt lastig gevallen door een onguur type dat is ingehuurd om hem eraan te herinneren dat hij een aantal collega-criminelen nog geld schuldig is. De man noemt zich Hate en hij ziet er inderdaad uit als iemand die bereid is letterlijk over lijken te gaan. Zeker wanneer ook zijn opdrachtgevers de schilderijentruc bovengemiddeld interessant gaan vinden. Al met al wordt de hele geschiedenis spannender dan het drietal kunstrovers ooit kon vermoeden.
Zoals gezegd laat De kunstroof zich nauwelijks met Rankins vorige werk vergelijken. De Rebus novels ontlenen hun kracht vooral aan de manier waarop Ian Rankin de style indirect libre tot een geraffineerde en bijzonder effectieve verteltrant heeft ontwikkeld. Hij creëert voldoende afstand om een kritische blik op het doen en laten van zijn hoofdpersoon mogelijk te maken, terwijl hij de lezer tegelijkertijd voldoende ruimte geeft om zich met Rebus te kunnen identificeren. En dat laatste ontbreekt in De kunstroof totaal. Ik vond het allemaal erg afstandelijk. De personages kwamen niet tot leven en konden me dan ook nooit echt boeien. Op het verhaal an sich is weinig aan te merken. Je ziet het krankzinnige idee ontstaan en wilt natuurlijk weten hoe het met het drietal afloopt. Zullen ze in hun opzet slagen, zal het bedrog ontdekt worden en komen ze ermee weg? Maar de Rankin-kenner die daarnaast meer verwacht, komt bedrogen uit. Het boek mist in zekere zin een ziel. Als blijk van waardering voor het vakmanschap dat Rankin ook in deze roman weer toont, waardeer ik De kunstroof met drie sterren, maar voor een extra ster vind ik het verhaal te leeg.
Maar dan; hoe ga je verder, of beter: hoe begin je opnieuw? Thrillers schrijven is je stiel; je kunt niets anders, dus schrijf je toch weer een thriller, maar dan een die in geen enkel opzicht lijkt op al die boeken die je voorheen hebt geschreven. En dan maar hopen dat je je oude fans om krijgt en nieuwe aan je weet te binden. De koning is dood, leve de koning?
Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik in de loop van de jaren verslaafd ben geraakt aan de John Rebus novels van Ian Rankin. Die kunnen bij mij op voorhand al rekenen op een ster of vier. Zelfs wanneer het misdaadverhaal op zich niet echt kan boeien, is het steeds weer een genoegen me tijdelijk te verliezen in de morsige wereld van John Rebus, hoofdinspecteur bij de Lothian and Border Police in Edinburgh. Ik ben gaan houden van die man en toen ik vorig jaar enkele dagen in Edinburgh was, betrapte ik me er meer dan eens op dat ik naar hem uitkeek. In iedere krakkemikkige Saab kon Rebus voorbij komen. Dat ik met gemengde gevoelens aan de nieuwe Rankin ben begonnen, is dan ook meer dan een understatement.
Het boek heet De kunstroof en daar gaat het dan ook over. Een heel ingenieuze kunstroof om precies te zijn en een typisch voorbeeld van een stunt die in een balorige bui bedacht wordt en uiteindelijk helemaal uit de hand loopt. Het idee komt van computermiljonair Mike McKenzie en het kost hem niet al te veel moeite om ook twee bevriende kunstliefhebbers enthousiast te maken. Ze willen niet minder dan de perfecte misdaad plegen en daartoe hebben ze de hulp nodig van een jonge kunstschilder die meesterwerken zo goed kan naschilderen dat niemand het verschil tussen het origineel en de kopie kan zien. Nou ja, bijna niemand. Maar de perfecte misdaad pleeg je niet zo maar, zeker als je de wet nog niet eerder hebt overtreden. Daarom besluiten ze ook de hulp in de roepen van de beroepscrimineel Chib Calloway. En dat hadden ze beter niet kunnen doen, maar dat merken ze pas als het te laat is. Want Chib wordt lastig gevallen door een onguur type dat is ingehuurd om hem eraan te herinneren dat hij een aantal collega-criminelen nog geld schuldig is. De man noemt zich Hate en hij ziet er inderdaad uit als iemand die bereid is letterlijk over lijken te gaan. Zeker wanneer ook zijn opdrachtgevers de schilderijentruc bovengemiddeld interessant gaan vinden. Al met al wordt de hele geschiedenis spannender dan het drietal kunstrovers ooit kon vermoeden.
Zoals gezegd laat De kunstroof zich nauwelijks met Rankins vorige werk vergelijken. De Rebus novels ontlenen hun kracht vooral aan de manier waarop Ian Rankin de style indirect libre tot een geraffineerde en bijzonder effectieve verteltrant heeft ontwikkeld. Hij creëert voldoende afstand om een kritische blik op het doen en laten van zijn hoofdpersoon mogelijk te maken, terwijl hij de lezer tegelijkertijd voldoende ruimte geeft om zich met Rebus te kunnen identificeren. En dat laatste ontbreekt in De kunstroof totaal. Ik vond het allemaal erg afstandelijk. De personages kwamen niet tot leven en konden me dan ook nooit echt boeien. Op het verhaal an sich is weinig aan te merken. Je ziet het krankzinnige idee ontstaan en wilt natuurlijk weten hoe het met het drietal afloopt. Zullen ze in hun opzet slagen, zal het bedrog ontdekt worden en komen ze ermee weg? Maar de Rankin-kenner die daarnaast meer verwacht, komt bedrogen uit. Het boek mist in zekere zin een ziel. Als blijk van waardering voor het vakmanschap dat Rankin ook in deze roman weer toont, waardeer ik De kunstroof met drie sterren, maar voor een extra ster vind ik het verhaal te leeg.
1
Reageer op deze recensie