Hebban recensie
Macht over de menselijke ziel
Dublin, begin van de jaren vijftig. De stad probeert net als de meeste andere Europese steden de draad weer op te pakken nadat de fascistische regiems in Duitsland en Italië ten val zijn gebracht. Helemaal lukken wil dat nog niet. Want met Hitler en Mussolini mag dan officieel een eind gekomen zijn aan het Rijk van het Kwaad; in Ierland zijn ze nog lang niet verlost van de haast even beangstigende samenwerking tussen Kerk en Staat. Iedere Ier wordt geacht te leven volgens de wetten van een onwrikbare ideologie. Dat wil zeggen: degenen die niet tot het establishment behoren. Want de middenklasse gaat gewoon zijn eigen gang, zij het discreet en met inachtneming van het gebruikelijke uiterlijk vertoon. Het gewone volk daarentegen moet gehoorzamen. Wie niet horen wil, wordt gedwongen te vertrekken.
Die werkelijkheid vormt het decor waartegen de thriller Neergang van Benjamin Black zich afspeelt. Het is al ver na middernacht als patholoog-anatoom Quirke de trappen van het ziekenhuis afdaalt, op weg naar het mortuarium. Op de bovenverdieping is een feest aan de gang. Een van de verpleegsters gaat op huwelijksreis en dat wordt gevierd met grote hoeveelheden drank. Hoewel Quirke een geoefend drinker is, heeft hij ervoor gekozen een time out in te lassen. Hij probeert al enige tijd zijn alcoholgebruik te matigen en voegt nu de daad bij het woord. Beneden aangekomen ziet hij dat het licht op zijn kantoor brandt. Aan het bureau zit Malachy Griffin, zijn zwager, eminent kinderarts en iemand die hier op dit uur zeker niets te zoeken heeft. Mal zit geconcentreerd in een dossier te schrijven en reageert betrapt als hij Quirke opmerkt. Snel slaat hij het dossier dicht en probeert het voor Quirkes nieuwsgierige blikken te verbergen. Alleen de naam op de voorkant is nog te lezen: Christine Falls. Van de uren die volgen, is de volgende dag weinig meer over dan een wereld vol schimmen; de alcohol heeft zijn werk toch grondiger gedaan dan bedoeld was. Maar Quirke herinnert zich nog wel zijn schrijvende zwager en het geheimzinnige dossier en als blijkt dat Mal zijn kostbare pen in het lijkenhuis heeft laten liggen, beseft hij dat er iets niet klopt. Hij gaat op onderzoek uit en ontdekt al snel dat zijn zwager het dossier over Christine Falls heeft vervalst. Daarbij had het kunnen blijven. Mal kiest ervoor te zwijgen over het hoe en waarom en laat doorschemeren dat het beter is als dat zo blijft; ook voor Quirke. Maar die besluit de wijze raad van zijn zwager te negeren en niet te rusten voordat hij weet wie Christine Falls was, hoe zij gestorven is en vooral waarom haar overlijden in de doofpot moest worden gestopt. Daarmee begint een zoektocht die hem, behalve een paar gebroken benen, kennis oplevert; ontluisterende kennis vooral. Over zijn schoonvader, de gegoede burgerij van Dublin en uiteindelijk ook over zichzelf.
Benjamin Black is het pseudoniem van John Banville, een Ierse schrijver die sinds zijn debuut in 1970 een kleine twintig boeken heeft geschreven en diverse prijzen in ontvangst mocht nemen, waaronder de prestigieuze Man Booker Prize. Banvilles werk kenmerkt zich door een nauwgezette stijl met een ondertoon van melancholie. Dat die melancholie nooit doorslaat naar zwaarmoedigheid, komt vooral door de zelfspot van de personages. Dat maakt Banvilles boeken best te pruimen, hoewel een sfeer van onvervuldheid nooit helemaal afwezig is. Dat geldt ook voor Neergang, zijn eerste literaire thriller. Niemand minder dan George Simenon zou de belangrijkste inspiratiebron voor deze nieuwe stap in zijn schrijverscarrière geweest zijn. En dan niet de avonturen van Maigret, zoals je zou verwachten, maar Simenons romans durs, zoals La fuite de monsieur Monde en La neige était sale. Banville las ze en was meteen verkocht. Dit was existentialisme van een beter soort dan Sartre en zelfs Camus ooit geschreven hadden, vertelt hij in een interview, veel lichtvoetiger en directer. Zijn personages zijn veel minder bezig met wat anderen van hen denken. Als existentialisme zo kon zijn, wilde ik het ook wel eens proberen. En zo geschiedde.
Het existentialisme is een filosofische stroming die individuele vrijheid, verantwoordelijkheid en subjectiviteit vooropstelt. Iedere persoon is een uniek wezen, dat verantwoordelijk is voor zijn eigen daden en lot. De uitdaging is die vrijheid te gebruiken om een eigen ethos op te bouwen en het individuele bestaan zodoende zin te geven. Dat is precies wat Quirke drijft. Ondanks zijn indrukwekkende voorkomen is hij een looser; een man die achter een masker van onverschillige norsheid een immense leegte verbergt. Behalve werken doet hij weinig meer dan roken, eten en drinken; nachten lang. Ooit trouwde hij met de initiatiefrijke Delia, terwijl hij eigenlijk verliefd was op haar zuster Sarah. Maar hij had destijds simpelweg niet de moed om voor haar te kiezen. Gemakzuchtig was hij; laf ook en eigenlijk is hij dat nog steeds. De onverzettelijkheid waarmee hij probeert Christine Falls te rehabiliteren, is een poging daarmee af te rekenen. Of dat uiteindelijk een goede keus is, kun je betwijfelen. Want Quirke ontdekt een wereld waarvan hij voordien hooguit een vaag vermoeden had. Een wereld waarin vooraanstaande burgers in naam van de kerk de samenleving zuiveren van alles wat niet aan haar hoogste normen voldoet. Neergang vertelt over het lot van jonge meisjes die ongewild zwanger raken, in wasserijen te werk gesteld worden onder het toeziend oog van hardvochtige nonnen en hun babys meteen na de geboorte voor adoptie moeten afstaan. Ze noemen het een liefdadige organisatie, bekent een van die nonnen ergens aan het eind van het boek, maar dat is het niet. Het is macht, gewoon je reinste macht. En opnieuw heeft Quirke niet de moed om de strijd tot het einde toe te voeren.
Neergang is geen vrolijk boek; het doet zijn titel alle eer aan. Maar het is wel een gigantisch goed boek. Het geeft een schitterend melancholiek beeld van de stad Dublin aan het begin van de jaren vijftig, waar mist en kolendampen verhinderen dat de zon ooit echt een kans krijgt; een ontluisterend beeld van de gegoede middenklasse uit die tijd en een indringend portret van een man die wil afrekenen met zijn gebrek aan lef maar uiteindelijk niet langs zijn eigen persoon kan komen. Ten slotte is het ook nog een spannende roman. Geen pageturner, maar een boek waarvan je met aandacht moet genieten.
Die werkelijkheid vormt het decor waartegen de thriller Neergang van Benjamin Black zich afspeelt. Het is al ver na middernacht als patholoog-anatoom Quirke de trappen van het ziekenhuis afdaalt, op weg naar het mortuarium. Op de bovenverdieping is een feest aan de gang. Een van de verpleegsters gaat op huwelijksreis en dat wordt gevierd met grote hoeveelheden drank. Hoewel Quirke een geoefend drinker is, heeft hij ervoor gekozen een time out in te lassen. Hij probeert al enige tijd zijn alcoholgebruik te matigen en voegt nu de daad bij het woord. Beneden aangekomen ziet hij dat het licht op zijn kantoor brandt. Aan het bureau zit Malachy Griffin, zijn zwager, eminent kinderarts en iemand die hier op dit uur zeker niets te zoeken heeft. Mal zit geconcentreerd in een dossier te schrijven en reageert betrapt als hij Quirke opmerkt. Snel slaat hij het dossier dicht en probeert het voor Quirkes nieuwsgierige blikken te verbergen. Alleen de naam op de voorkant is nog te lezen: Christine Falls. Van de uren die volgen, is de volgende dag weinig meer over dan een wereld vol schimmen; de alcohol heeft zijn werk toch grondiger gedaan dan bedoeld was. Maar Quirke herinnert zich nog wel zijn schrijvende zwager en het geheimzinnige dossier en als blijkt dat Mal zijn kostbare pen in het lijkenhuis heeft laten liggen, beseft hij dat er iets niet klopt. Hij gaat op onderzoek uit en ontdekt al snel dat zijn zwager het dossier over Christine Falls heeft vervalst. Daarbij had het kunnen blijven. Mal kiest ervoor te zwijgen over het hoe en waarom en laat doorschemeren dat het beter is als dat zo blijft; ook voor Quirke. Maar die besluit de wijze raad van zijn zwager te negeren en niet te rusten voordat hij weet wie Christine Falls was, hoe zij gestorven is en vooral waarom haar overlijden in de doofpot moest worden gestopt. Daarmee begint een zoektocht die hem, behalve een paar gebroken benen, kennis oplevert; ontluisterende kennis vooral. Over zijn schoonvader, de gegoede burgerij van Dublin en uiteindelijk ook over zichzelf.
Benjamin Black is het pseudoniem van John Banville, een Ierse schrijver die sinds zijn debuut in 1970 een kleine twintig boeken heeft geschreven en diverse prijzen in ontvangst mocht nemen, waaronder de prestigieuze Man Booker Prize. Banvilles werk kenmerkt zich door een nauwgezette stijl met een ondertoon van melancholie. Dat die melancholie nooit doorslaat naar zwaarmoedigheid, komt vooral door de zelfspot van de personages. Dat maakt Banvilles boeken best te pruimen, hoewel een sfeer van onvervuldheid nooit helemaal afwezig is. Dat geldt ook voor Neergang, zijn eerste literaire thriller. Niemand minder dan George Simenon zou de belangrijkste inspiratiebron voor deze nieuwe stap in zijn schrijverscarrière geweest zijn. En dan niet de avonturen van Maigret, zoals je zou verwachten, maar Simenons romans durs, zoals La fuite de monsieur Monde en La neige était sale. Banville las ze en was meteen verkocht. Dit was existentialisme van een beter soort dan Sartre en zelfs Camus ooit geschreven hadden, vertelt hij in een interview, veel lichtvoetiger en directer. Zijn personages zijn veel minder bezig met wat anderen van hen denken. Als existentialisme zo kon zijn, wilde ik het ook wel eens proberen. En zo geschiedde.
Het existentialisme is een filosofische stroming die individuele vrijheid, verantwoordelijkheid en subjectiviteit vooropstelt. Iedere persoon is een uniek wezen, dat verantwoordelijk is voor zijn eigen daden en lot. De uitdaging is die vrijheid te gebruiken om een eigen ethos op te bouwen en het individuele bestaan zodoende zin te geven. Dat is precies wat Quirke drijft. Ondanks zijn indrukwekkende voorkomen is hij een looser; een man die achter een masker van onverschillige norsheid een immense leegte verbergt. Behalve werken doet hij weinig meer dan roken, eten en drinken; nachten lang. Ooit trouwde hij met de initiatiefrijke Delia, terwijl hij eigenlijk verliefd was op haar zuster Sarah. Maar hij had destijds simpelweg niet de moed om voor haar te kiezen. Gemakzuchtig was hij; laf ook en eigenlijk is hij dat nog steeds. De onverzettelijkheid waarmee hij probeert Christine Falls te rehabiliteren, is een poging daarmee af te rekenen. Of dat uiteindelijk een goede keus is, kun je betwijfelen. Want Quirke ontdekt een wereld waarvan hij voordien hooguit een vaag vermoeden had. Een wereld waarin vooraanstaande burgers in naam van de kerk de samenleving zuiveren van alles wat niet aan haar hoogste normen voldoet. Neergang vertelt over het lot van jonge meisjes die ongewild zwanger raken, in wasserijen te werk gesteld worden onder het toeziend oog van hardvochtige nonnen en hun babys meteen na de geboorte voor adoptie moeten afstaan. Ze noemen het een liefdadige organisatie, bekent een van die nonnen ergens aan het eind van het boek, maar dat is het niet. Het is macht, gewoon je reinste macht. En opnieuw heeft Quirke niet de moed om de strijd tot het einde toe te voeren.
Neergang is geen vrolijk boek; het doet zijn titel alle eer aan. Maar het is wel een gigantisch goed boek. Het geeft een schitterend melancholiek beeld van de stad Dublin aan het begin van de jaren vijftig, waar mist en kolendampen verhinderen dat de zon ooit echt een kans krijgt; een ontluisterend beeld van de gegoede middenklasse uit die tijd en een indringend portret van een man die wil afrekenen met zijn gebrek aan lef maar uiteindelijk niet langs zijn eigen persoon kan komen. Ten slotte is het ook nog een spannende roman. Geen pageturner, maar een boek waarvan je met aandacht moet genieten.
1
Reageer op deze recensie