Lesjes in loslaten
James Worthy (1980) is columnist voor Het Parool en debuteerde in 2011 met de autobiografische roman James Worthy. Zijn stijl, gevoed door de jaren waarin hij blogde en als freelancer voor verschillende tijdschriften schreef, is uitermate to-the-point, doorspekt met rake observaties en diepzinnigheden verpakt in simpele zinnen. In deze derde roman voert hij opnieuw zijn alter ego op in de vorm van een depressieve schrijver. In de ongelukkige jeugd van het door zijn vader ongewenste kind zijn daar reeds alle sporen voor terug te vinden.
‘Zijn groene ogen keken naar me zoals alleen hij naar me kon kijken. Met de blik van een ramptoerist. Als ik weer eens uit de bocht was gevlogen, bedankte hij de bocht. Mijn vader heeft nooit tegen me gezegd dat ik een ongelukje was. Hij wilde heel graag een hond, maar dat mocht niet van mijn moeder, dus toen maakte hij haar maar zwanger.’
De moeder van de jongen is zwaar depressief en hij zet er alles op in haar in leven te houden. Voor de vrouw die voornamelijk steunt op de boeken op haar nachtkastje, lijkt het door de kracht van zijn verhalen ook te lukken. Later wordt hij schrijver, maar na de dood van zijn moeder en de confrontatie met zijn dementerende vader valt er aan de jarenlang sluimerende donkere gedachten niet meer te ontsnappen. Hij worstelt met de spoken uit het verleden en kan het niet meer opbrengen nog iets te betekenen voor zijn eigen vrouw en kind. Bovenal verlangt hij ernaar om ‘in de buik van de wolf’ te zitten; een veilige plek waar niemand hem iets kan maken. Treffend weet Worthy te verwoorden wat er omgaat in een man die zijn hele leven al de nodige lichtvoetigheid mist en enkel nog doelloosheid voor ogen heeft.
‘Ik haat alles wat ik denk, maar ik kan niet stoppen met denken. Vroeger dacht ik dat een schedel er was om hersenen te beschermen, maar nu denk ik dat een schedel er juist is om ze gevangen te houden. (…) Depressief zijn is je leven in een zeef gooien en alleen achterblijven met dat wat je ongelukkig maakt.’
Wanneer een oude man die meent ‘de inkt van z’n overlijdensbericht al te kunnen ruiken’ hem een reddingslijn toewerpt en beweert dat hij hem weer gelukkig kan maken, wordt hem duidelijk dat hij niet meer naar huis terug hoeft te keren als het ditmaal weer niet lukt. Als een man met niks meer te verliezen gaat hij op de uitnodiging in en vertrekt naar Reins landgoed in Groningen. Het blijft onduidelijk of Rein filosoof, dokter of gewoon niet goed bij zijn hoofd is, feit is dat zijn methoden hoogst onconventioneel zijn. Zijn hele verblijf wordt een lesje in loslaten. In hun dagelijkse bezigheden en gesprekken over het leven komen stilaan verdrongen herinneringen boven.
Als je enkel een aantal van de clichématige oneliners in aanmerking neemt, de weg naar het geluk vinden via manuele arbeid, of terug in contact komen met je emoties door je te ontfermen over enkele hulpeloze pauwenkuikens, dan lijkt In de buik van de wolf wel de plot uit een feelgoodfilm uit de jaren 90. Toch vermijdt Worthy met zijn frisse stijl en rauwe eerlijkheid behendig die val. Zijn zinnen vloeien, de associaties zijn niet gekunsteld en hele boekdelen zijn het citeren waard. ‘Ik kijk zo ver de verte in dat ik mijn eigen rug kan zien.’ Of ‘Tijdens het voorlezen klonk moeder als een lege pot honing. Ze klonk als de bodem van iets waar vroeger zoetigheid in had gewoond.’ Worthy spreekt tot de tijdsgeest en draagt de ultieme waarheid uit dat iedereen altijd opnieuw kan beginnen.
Reageer op deze recensie