Alleen voor de echte fans van Koomen
Martin Koomen is een Nederlandse auteur die niet bij een heel breed thrillerpubliek bekendheid geniet. Toch heeft hij al vier nominaties voor de Gouden Strop in zijn bezit. Hij schreef menig literair en historisch werk, veelal met spanning als uitgangspunt. Zo is ook de Portland-reeks ontstaan, met meesterspion Robert Portland en luitenant Fokkema in de hoofdrollen. In zijn laatste boek Het dode punt moeten we het zonder deze vertrouwde personages stellen. Dit verhaal is gesitueerd in het onrustige Amsterdam ten tijde van het huwelijk van Prinses Beatrix (1966), de periode waarin de Provo's regelmatig van zich laten horen met demonstraties op het Spui, rondom het beeld van het Lieverdje.
De Rivierenbuurt in Amsterdam is een stemmig woonkwartier. In die buurt ligt De Dommelstraat, en daar is op huisnummer 8 een studentenpension gevestigd. Paula Spitters zwaait er de scepter, maar ze is zelf ook huurster van een appartement. Voor Robertine Breman, alias Bobbie, afkomstig uit het Friese Gorredijk, gaat er letterlijk een wereld open als ze bij Schoevers in Amsterdam gaat studeren. Ze kan een kamer huren in het studentenpension en maakt kennis met de meest uiteenlopende bewoners. Zo wordt medebewoner Lex Kaptijn neergeslagen door Hans Karrenbelt omwille van enkele vulgaire grappen naar Bobbie toe. Als op de trouwdag van Beatrix de pensionhoudster Paula Spitters dood in haar ligbad wordt gevonden, doet de politie de zaak snel af als een ongeluk. Maar Bobbie heeft er geen goed gevoel bij en gaat op onderzoek uit, hierbij gesteund door Hans Karrenbelt. Als even later ook Brigitte Verkade dood wordt aangetroffen onderaan de trap, is Bobbie ervan overtuigd dat twee 'ongelukken' wel wat veel van het goede is. Ze weet zeker dat er in het pension een vrouwenmoordenaar rondloopt en wil hem ontmaskeren. Sneller gezegd dan gedaan...
Van Martin Koomen is bekend dat hij zijn verhalen kleurt met een variatie van historische gebeurtenissen. Zo ook in Het dode punt waar de staking en demonstraties van de bouwvakkers en de geschiedenis van de Rivierenbuurt aan de orde komen. Koomen staat ook nog even stil bij de gebeurtenissen rond de Amsterdamse Joden in de Tweede Wereldoorlog, en natuurlijk bij het huwelijk van prinses Beatrix met Claus von Amsberg.
Dat alles maakt van Het dode punt niet zomaar een spannend boek. Naast een verhaal dat met momenten wat spanning in zich heeft, wordt een belangrijk deel ingenomen door beschrijvingen van het leven in het Amsterdam van de jaren zestig. Ook de problemen die de regeringsleiders in die tijd hadden, komen nog even voor het voetlicht. Leuk om te lezen en interessant om te weten, maar of de liefhebbers van het spannende boek daarvoor naar de boekwinkel rennen valt te betwijfelen. Dat zal waarschijnlijk beperkt blijven tot de echte fans van Martin Koomen, want met zijn schrijfstijl is zeker niks mis.
Reageer op deze recensie