Lezersrecensie
Pareltjes
Het boek Rumi Gedichten is een mooi vormgegeven en handzaam boekje in de serie AnkhHermes Klassiekers ‘Wijsheid van over de hele wereld’. Op de voorkant staat een Perzische afbeelding en de warme kleuren maken het boekje heel geschikt om cadeau te doen. Door de vertaler Wim van der Zwam is een aantal gedichten geselecteerd voor deze uitgave. Zoals hij zelf aangeeft waren begrijpelijkheid en lengte belangrijke criteria, naast zijn eigen intuïtie, om een goede selectie te maken. Die goede selectie maken is zeker gelukt, vind ik. Wat een prachtige, mystieke gedichten staan er in dit boekje! Het is ongelofelijk als je bedenkt dat deze poëzie 700 jaar geleden haar oorsprong vond.
De Perzische dichter Mevlana Rumi was een soefist; het Soefisme is een mystieke levenswijze die haar oorsprong vindt in de vroege islam. Het is fijn om deze achtergrond te kennen om zo de poëzie van Rumi te kunnen begrijpen. Veel van zijn gedichten gaan over de goddelijke liefde en over de persoon Shams Tabriz. Shams was een Perzische soefi-mysticus en derwisj en is bekend geworden als de leraar en spirituele gids van Rumi. Volgens de overlevering zorgde hij voor de spirituele transformatie van Rumi en hadden zij een innige vriendschap. Toen Shams Rumi verliet (of misschien moest vluchten omdat er jaloerse leerlingen van Rumi op de loer lagen), brachten de pijn en het lijden onder dit afscheid de mooiste gedichten voort. Zo verhaalt het gedicht met de titel ‘Naar huis’ (p.64) over het toevluchtsoord dat Shams bood aan Rumi in letterlijke zin. De interpretatie is, denk ik, dat het gaat om de reis naar je Zelf waar binnen het zuiver en rein is.
Een verrassende religieuze tolerantie spreekt ook uit de gedichten. Rumi laat dit bijvoorbeeld op pagina 29 ‘Slechts een’ en pagina 102 ‘Mozes en de herder’ zien. De open houding waar de soefisten om bekend staan is hier goed in terug te lezen en nog altijd bijzonder actueel. Het gedicht ‘Olifant’ (p.30) is ook zo te interpreteren: “wat we nodig hebben is licht…en weg zijn de verschillen.”
Zelf vind ik het gedicht ‘Twee vleugels’ (p.57) prachtig. Het doet me denken aan het weten dat je met je intuïtie doet; het innerlijke weten dat niet gebaseerd hoeft te zijn op denken of kennis. ‘Het huis van mijn hart’ (p.73) blijft me bij. Het gaat over de liefde die zo groot is, maar toch past in “mijn hart”. Het einde krijgt een verrassende wending naar koning Salomo en het mierenvolk. Ik vraag me af wie nu de mier is…
Ik raad aan om zelf dit boek te gaan lezen. Het is een heel fijne en toegankelijke kennismaking met Rumi. In de gedichten zit enorm veel diepgang en ieder gedicht is een pareltje op zich. Bijvoorbeeld in de laatste regels van het gedicht ‘Zoeken’ (p.82): “Minnaars ontmoeten elkaar niet ergens. Ze zijn altijd al bij elkaar.” Deze woorden kan je op zo veel manieren interpreteren; er zit zo veel gelaagdheid in. Ik begrijp heel goed dat Rumi nog altijd enorm tot de verbeelding spreekt en een van de belangrijkste vertolkers is van mystieke poëzie!
De Perzische dichter Mevlana Rumi was een soefist; het Soefisme is een mystieke levenswijze die haar oorsprong vindt in de vroege islam. Het is fijn om deze achtergrond te kennen om zo de poëzie van Rumi te kunnen begrijpen. Veel van zijn gedichten gaan over de goddelijke liefde en over de persoon Shams Tabriz. Shams was een Perzische soefi-mysticus en derwisj en is bekend geworden als de leraar en spirituele gids van Rumi. Volgens de overlevering zorgde hij voor de spirituele transformatie van Rumi en hadden zij een innige vriendschap. Toen Shams Rumi verliet (of misschien moest vluchten omdat er jaloerse leerlingen van Rumi op de loer lagen), brachten de pijn en het lijden onder dit afscheid de mooiste gedichten voort. Zo verhaalt het gedicht met de titel ‘Naar huis’ (p.64) over het toevluchtsoord dat Shams bood aan Rumi in letterlijke zin. De interpretatie is, denk ik, dat het gaat om de reis naar je Zelf waar binnen het zuiver en rein is.
Een verrassende religieuze tolerantie spreekt ook uit de gedichten. Rumi laat dit bijvoorbeeld op pagina 29 ‘Slechts een’ en pagina 102 ‘Mozes en de herder’ zien. De open houding waar de soefisten om bekend staan is hier goed in terug te lezen en nog altijd bijzonder actueel. Het gedicht ‘Olifant’ (p.30) is ook zo te interpreteren: “wat we nodig hebben is licht…en weg zijn de verschillen.”
Zelf vind ik het gedicht ‘Twee vleugels’ (p.57) prachtig. Het doet me denken aan het weten dat je met je intuïtie doet; het innerlijke weten dat niet gebaseerd hoeft te zijn op denken of kennis. ‘Het huis van mijn hart’ (p.73) blijft me bij. Het gaat over de liefde die zo groot is, maar toch past in “mijn hart”. Het einde krijgt een verrassende wending naar koning Salomo en het mierenvolk. Ik vraag me af wie nu de mier is…
Ik raad aan om zelf dit boek te gaan lezen. Het is een heel fijne en toegankelijke kennismaking met Rumi. In de gedichten zit enorm veel diepgang en ieder gedicht is een pareltje op zich. Bijvoorbeeld in de laatste regels van het gedicht ‘Zoeken’ (p.82): “Minnaars ontmoeten elkaar niet ergens. Ze zijn altijd al bij elkaar.” Deze woorden kan je op zo veel manieren interpreteren; er zit zo veel gelaagdheid in. Ik begrijp heel goed dat Rumi nog altijd enorm tot de verbeelding spreekt en een van de belangrijkste vertolkers is van mystieke poëzie!
2
Reageer op deze recensie