Lezersrecensie
Recensie van een buitengewoon boek
Frida’s excentrieke vader is niet geschikt voor de rol van vader en ook niet voor die van gevangenisdirecteur. Hij drinkt en rookt te veel, leert Frida stelen, en voelt meer affiniteit met de gedetineerden dan met zijn collega’s. Na een ongeluk raakt het evenwicht in huis nog verder verstoord en speelt de gevangenis een steeds grotere rol in het gezinsleven.
Ik zou dit boek vaker willen zien voorbijkomen op bookstagram, want het is echt kei-, keigoed! En om verschillende redenen, zelfs.
Ten eerste: de setting is uniek. Het huis waarin Frida opgroeit, hoort bij de gevangenis waarvan haar vader directeur is. Frida hoort niet alleen verhalen over de gevangenis, maar komt er dagelijks mee in contact. Spelen, dat doet ze op de parking van de koepel. ‘s Avonds in bed hoort ze de gevangenen op het tralies tikken. En bij ontsnappingen kan het al eens zijn dat er een gedetineerde de tuin in springt.
Ten tweede: de personages worden mooi weergegeven. Je leert Frida traag maar gestaag kennen. Ze is niet makkelijk te doorgronden, wat haar volgens mij eens zo interessant maakt. Ook van haar moeder krijg je een goed beeld, maar het is vooral de vader die uitgebreid aan bod komt. Hij is een speciale figuur, laat ons zeggen. Je merkt dat hij het als vader vaak goed bedoelt, maar het nog vaker totaal verkeerd aanpakt. Wanneer Frida een of ander Duits filosofisch boek niet las, noemt hij haar gewoonlijk een domme gans. Want, zo stelt haar vader, het zou geen kwaad kunnen als ze eens een boek las.
Ten derde: het is krachtig geschreven. Dat ligt aan het taalgebruik, maar zeker ook aan de opbouw van het boek. Die is telkens passend bij het verhaal. Nu eens vertelt Frida je chronologisch wat er gebeurde, dan weer wisselen haar herinneringen zich af met feiten over de gevangenis, en verderop krijg je snippers informatie die je zelf in elkaar moet passen.
Eindoordeel: een verrassend, pakkend geheel dat je lang bijblijft.
Ik zou dit boek vaker willen zien voorbijkomen op bookstagram, want het is echt kei-, keigoed! En om verschillende redenen, zelfs.
Ten eerste: de setting is uniek. Het huis waarin Frida opgroeit, hoort bij de gevangenis waarvan haar vader directeur is. Frida hoort niet alleen verhalen over de gevangenis, maar komt er dagelijks mee in contact. Spelen, dat doet ze op de parking van de koepel. ‘s Avonds in bed hoort ze de gevangenen op het tralies tikken. En bij ontsnappingen kan het al eens zijn dat er een gedetineerde de tuin in springt.
Ten tweede: de personages worden mooi weergegeven. Je leert Frida traag maar gestaag kennen. Ze is niet makkelijk te doorgronden, wat haar volgens mij eens zo interessant maakt. Ook van haar moeder krijg je een goed beeld, maar het is vooral de vader die uitgebreid aan bod komt. Hij is een speciale figuur, laat ons zeggen. Je merkt dat hij het als vader vaak goed bedoelt, maar het nog vaker totaal verkeerd aanpakt. Wanneer Frida een of ander Duits filosofisch boek niet las, noemt hij haar gewoonlijk een domme gans. Want, zo stelt haar vader, het zou geen kwaad kunnen als ze eens een boek las.
Ten derde: het is krachtig geschreven. Dat ligt aan het taalgebruik, maar zeker ook aan de opbouw van het boek. Die is telkens passend bij het verhaal. Nu eens vertelt Frida je chronologisch wat er gebeurde, dan weer wisselen haar herinneringen zich af met feiten over de gevangenis, en verderop krijg je snippers informatie die je zelf in elkaar moet passen.
Eindoordeel: een verrassend, pakkend geheel dat je lang bijblijft.
1
Reageer op deze recensie