‘Jeremy Jago moet nog verder groeien’
Auteurs moeten beter worden. Als je eerste boek je beste blijft, heb je een probleem. Dus het is mooi om te zien dat Melissa Skaye groeit in het tweede deel van de serie Jeremy Jago, De Kracht van Assingna. Maar er is nog een flinke weg te gaan.
In de Kracht van Assingna pakt de schrijfster het verhaal over de zesvingerige, magisch begaafde Jeremy Jago weer op. Hij woont niet langer in het weeshuis, maar bij zijn hervonden vader op het magische eiland Magistraal. Maar de rust is nog lang niet weergekeerd, want op Magistraal zijn kwade krachten aan het werk. In Zitana, waar de zwarte magiërs wonen, streven de Lichthinders naar de terugkeer van hun meester Gunther Dion. In Jeremy’s dorp Helios loopt een verrader rond. En dan hoort Jeremy over een geheimzinnige ketting, genaamd de Kracht van Assingna. Een ketting die de doden terug zou kunnen brengen en dus ook Jeremy’s moeder. Is het gek dat hij alles op alles zet om dat voorwerp in handen te krijgen?
Het boek begint goed: een stiekem bijgewoonde bijeenkomst van de kwaadaardige Lichthinders. Een spannende scene die de lezer meteen het boek inzuigt. Dat belooft veel goeds voor het vervolg.
Jammer genoeg slaagt ze er niet in de focus vast te houden. Net als in het eerste deel, stuitert ze van inval naar inval en sleept de lezer daarin mee. Jammer: een heldere lijn, waarin een schrijver zijn vondsten in dienst stelt van het plot, komen de leesbaarheid ten goede. Ik noem maar iets: Jeremy gaat stiekem kijken in de keuken van de Grote Kliek en raakt gewond tijdens een aanval van Dolle Mina’s (het keukenpersoneel). Halfbloedje Ethel helpt hem en blijkt een heel verhaal te hebben. Leuk, maar het karakter komt nergens terug en de scène leidt daardoor af van de essentie: Jeremy’s verlangen zijn dode moeder terug te krijgen.
Ook missen karakters nog altijd de nodige diepgang. Na 440 bladzijden in dit boek en zo’n 240 in het vorige weet ik bijvoorbeeld nog nauwelijks iets over hoofdpersoon Mateo. Ja, hij is familie van de Aleopaten en een genezer en er is iets waardoor hij ruzie heeft met zijn verwanten, maar verder? Ik kén hem niet.
De vrienden van Jeremy, die steeds bij hem zijn hebben ook niet veel te doen. Er is weinig dat Jeremy niet zonder hen zou kunnen en dus fungeren ze voornamelijk als bladvulling. Daarbij komt: ze doen onvriendelijk tegen mensen die er anders uitzien, roddelen, sluiten mensen buiten… Realistisch? Misschien, maar dat maakt het niet fijner om te lezen. Wat weer wel sterk is: taalgebruik en conflicten zijn eigentijds en hebben de potentie om echt interessant te worden.
Mogelijkheden liggen er wel: de wonderlijke Thijs uit het Glasbos hééft zijn eigen verleden, vader Jerry hééft zijn frustraties. Maar het lukt Skaye nog niet om optimaal gebruik te maken van de achtergrond die ze voor haar karakters heeft verzonnen.
Toch is de groei duidelijk. De motivatie van Jeremy om de magische ketting te zoeken is krachtig. De frustratie hierover, later in het verhaal, goed gevonden. Skaye komt met een paar plotwendingen die alles hebben om grote emoties en betrokkenheid van de lezer op te roepen. Ze moet die kansen alleen nog verzilveren.
Tenslotte: ook dit deel heeft te lijden van onvoldoende redactie. Weer staan er veel taalfouten in. Een karabijnrode straal bestaat niet, een karmijnrode straal wel. Ik kan je niet hulpvaardig zijn, klopt niet. Ik kan je niet helpen, wel. Het is onomkeerbaar om zijn daden een halt toe te roepen, niet. Het is onmogelijk wel…
Soms zijn zinnetjes plotseling in de tegenwoordige tijd, terwijl de rest van de passage in het verleden is geschreven. Hints worden vaker herhaald dan nodig is. Allemaal dingetjes waar de flow en leesbaarheid van het verhaal onder lijden.
Deel drie van de serie die in totaal zeven delen moet krijgen, wordt volgend jaar verwacht. Voor mij is het vooral afwachten of Skaye de lijn doortrekt. Maak het sneller, geef het meer focus en werk de karakters dieper uit. Dan kan het nog best gezellig worden op Magistraal.
Reageer op deze recensie