Maffe, originele heksen mogen best wat grimmiger
Het idee is redelijk briljant. Stel… de werkelijkheid is gevouwen, als een blad papier. Dan zit er ín die vouw dus een heel oppervlak dat we niet kunnen zien. Maar als je ín die vouw weet te komen, tussen de vellen papier. Tja… wat vind je daar dan?
Voor Martijn Adelmund en Iris Compiet – samen The Grim Collective - is het duidelijk wat er in de vouwen van de werkelijkheid zit. Dat is de wereld van de nornir, zoals zij heksen noemen. Ze hebben er hun eigen samenleving die doortrokken is van magie, oude rituelen, politiek gekonkel en een vleugje steampunk. En nee, het is er niet altijd fijn, want nornir zijn nog altijd dol op kindervlees – die reputatie komt ergens vandaan. Bovendien is er hen álles aan gelegen om hun samenleving verborgen te houden voor de mensen. Ze zijn de tijd van de heksenvervolgingen nog niet vergeten.
Enter Nikki Zevenslooten, een 13-jarige typische puber die haar zielenroerselen bij voorkeur uit door middel van de tekeningen in haar schetsboek. Plotseling blijkt ze heksen te kunnen herkennen. Dat kunnen de nornir natuurlijk niet toestaan en dus wordt ze ontvoerd en dreigt zelfs de hoofdprijs te worden van de Wilde Jacht van de heksen.
Het resultaat is een fijn boek. Het is soepel geschreven en leest als een trein. In typetjes als Nikki’s geheime bondgenoot Balthus met zijn vliegenierspet en stoomfiets, of de wereldvreemde, maar slinkse barones Grimwitch proef je hoe lang ze al bestaan hebben in de hoofden van de schrijvers, vóórdat ze hun weg naar het papier vonden. Ze zijn origineel, boeiend en vertederend – ondanks hun soms kwaadaardige karakter.
Het verhaal zelf is prettig, onderhoudend en snel. Misschien zelfs iets té snel. De hoofdstukken zijn ultrakort. Dat betekent dat je het makkelijk weglegt en net zo makkelijk weer oppakt, maar soms ook een beetje haastig wordt en een beetje oppervlakkig.
Heksenwaan geldt als 13+ fantasy. Maar juist voor die oudere jeugd strijkt het misschien wat te veel over de oppervlakte en blijft het te speels. Wat mij betreft mag het allemaal best wat duisterder en spannender. Als een heksenduel ter sprake komt, denkt Nikki aan de heksenduellen van Harry Potter als ‘kleurrijk en tot de verbeelding sprekend’, maar ‘nornir waren smerig en gemeen’. In feite zijn de boeken van Harry Potter heel wat harder en grimmiger dan dit verhaal.
De karakters en hun emoties zijn aan de dunne kant. Nikki zelf lijkt nauwelijks verbaasd over wat haar overkomt en de gebeurtenissen komen soms wat uit de lucht vallen: de alliantie met Hendrik die dan ook net zo snel weer verbroken wordt bijvoorbeeld. Of het gemak waarmee Nikki de toverstenen van de barones ontdekt. Emoties zijn weinig invoelbaar: Nikki’s paniek over haar gevangenschap bijvoorbeeld en haar dreigende transformatie tot vleespastei. Dat houdt het boek licht. Maar ‘hun wreedheid kende werkelijk geen grenzen’ als ze Nikki de slagerij laten zien waar de pasteien worden gemaakt? Ach, dat valt wel een beetje mee.
Dan de tekeningen van Iris Compiet. Daarmee heeft ze weer prachtig werk afgeleverd, as always. Haar realistische schetsen – uit het zogenaamde schetsboek van Nikki – passen perfect en brengen het verhaal tot leven. Jammer dat ze zo weggestopt zijn achterin en niet ingevoegd op de relevante plekken in het boek zelf. Ongetwijfeld een kwestie van geld – zo’n uitgave is duur – maar toch.
Ik heb zitten twijfelen. Drie sterren? Toch vier? Het worden er drieënhalf. In november verschijnt deel II – Heksenkind. Ik wacht vol ongeduld. Me verheugend op nog meer van die maffe, spannende, originele nornir uit de hersenpannen van Adelmund en Compiet. En hopend dat de wereld van de nornir zich verder verdiept, dat de duistere kant van de heksen een extra duwtje krijgt. Dan worden het de volle vier sterren.
Reageer op deze recensie