Lezersrecensie
Ellendig mooie roman
“Een nagelaten bekentenis” (1894) van Marcellus Emants (1848 – 1923) is in de loop der jaren uitgegroeid tot één van de naturalistische klassiekers in de Nederlandstalige literatuur. In 1894 was de literaire kritiek complimenteus en vol bewondering over hoe Emants de bekentenis van Willem Termeer heeft geschreven. Over de inhoud waren niet alle recensenten allemaal tevreden. Vanaf de beroemde openingszin ‘Mijn vrouw is dood en al begraven’ lezen we het relaas van Termeer hoe hij er toe is gekomen om zijn vrouw te vermoorden. In een niets en niemand ontziende (zelf-)analyse geeft de zelfverklaarde degeneré Termeer aan dat de moord van zijn vrouw onvermijdelijk was. Het is de uitkomst van de naturalistische driehoek: zijn aangeboren karakter, het sociale milieu waarin hij leeft en zijn vrouw leefde, en de omstandigheden. Dit inhoudelijk aspect hoe fraai geschreven geen een groot deel van de recensenten een paar stappen te ver in 1894.
De 35 jaar oude ik-verteller Willem Termeer neemt ons mee terug naar zijn kindertijd om vandaar uit stap voor stap tot het nu te komen. Termeer die zelf meer dan eens aangeeft een notoire leugenaar te zijn en ook dat hij sommige gebeurtenissen misschien ook wel niet meer zo heel goed herinnert brengt hierdoor de lezer aan het twijfelen. Klopt het allemaal wel wat Termeer opschrijft? Lezen we wel een zeer diepgaande zelfanalyse of hebben we te maken met een fantast? En wat is waar én wat is leugen, falend geheugen en fantasie? Daar komen we nooit achter.
Leugenachtig en vergeetachtig, wat Termeer ook nog eens heel subtiel doet, is meer en meer in de loop van zijn verhaal impliciet nog verder onze zekerheden en vanzelfsprekendheden ter discussie te stellen. Wat is normaal? Wat is abnormaal? Waar is de grens tussen die twee? En hoe of wie bepaalt die grens? Vragen waarop Termeer geen antwoord geeft, maar waar hij wel aan de lezer duidelijk wil maken dat die grenzen helemaal niet zo duidelijk zijn. Of is het dan niet abnormaal dat twee mensen die ongelukkig met elkaar getrouwd zijn met elkaar toch niet mogen scheiden? Om maar een van die vele vragen die Termeer stelt te noemen.
Het zijn de vele impliciete vragen en de grote twijfels over de betrouwbaarheid van Termeer die er voor zorgen dat je als lezer in het verhaal wordt gezogen en door blijft lezen op zoek naar antwoorden en zekerheden om aan het eind net als Termeer vertwijfeld achter te blijven. De titel is dan wel “Een nagelaten bekentenis”, maar noch Termeer noch wij als lezer weten aan het einde wat exact de redenen zijn waarom hij zijn vrouw heeft vermoord. Heeft hij haar eigenlijk wel vermoord? Of is dat ook weer een van die vele leugens, fantasieën en tekort schietende herinneringen van Termeer. Termeer is een ellendige onsympathieke kerel en Emants is er op perfecte wijze in geslaagd om er voor te zorgen dat desondanks Termeer ons niet onverschillig laat.
De 35 jaar oude ik-verteller Willem Termeer neemt ons mee terug naar zijn kindertijd om vandaar uit stap voor stap tot het nu te komen. Termeer die zelf meer dan eens aangeeft een notoire leugenaar te zijn en ook dat hij sommige gebeurtenissen misschien ook wel niet meer zo heel goed herinnert brengt hierdoor de lezer aan het twijfelen. Klopt het allemaal wel wat Termeer opschrijft? Lezen we wel een zeer diepgaande zelfanalyse of hebben we te maken met een fantast? En wat is waar én wat is leugen, falend geheugen en fantasie? Daar komen we nooit achter.
Leugenachtig en vergeetachtig, wat Termeer ook nog eens heel subtiel doet, is meer en meer in de loop van zijn verhaal impliciet nog verder onze zekerheden en vanzelfsprekendheden ter discussie te stellen. Wat is normaal? Wat is abnormaal? Waar is de grens tussen die twee? En hoe of wie bepaalt die grens? Vragen waarop Termeer geen antwoord geeft, maar waar hij wel aan de lezer duidelijk wil maken dat die grenzen helemaal niet zo duidelijk zijn. Of is het dan niet abnormaal dat twee mensen die ongelukkig met elkaar getrouwd zijn met elkaar toch niet mogen scheiden? Om maar een van die vele vragen die Termeer stelt te noemen.
Het zijn de vele impliciete vragen en de grote twijfels over de betrouwbaarheid van Termeer die er voor zorgen dat je als lezer in het verhaal wordt gezogen en door blijft lezen op zoek naar antwoorden en zekerheden om aan het eind net als Termeer vertwijfeld achter te blijven. De titel is dan wel “Een nagelaten bekentenis”, maar noch Termeer noch wij als lezer weten aan het einde wat exact de redenen zijn waarom hij zijn vrouw heeft vermoord. Heeft hij haar eigenlijk wel vermoord? Of is dat ook weer een van die vele leugens, fantasieën en tekort schietende herinneringen van Termeer. Termeer is een ellendige onsympathieke kerel en Emants is er op perfecte wijze in geslaagd om er voor te zorgen dat desondanks Termeer ons niet onverschillig laat.
2
2
Reageer op deze recensie