Lezersrecensie
Kwetsbaar, eerlijk en mooi
Joost Prinsen schrijft over het eerste jaar na de dood van zijn vrouw Emma.
Na de dood van zijn vrouw kwamen er midden in de nacht een paar mails van Kees (Kees Torn, cabaretier) die voor aangename afleiding zorgde tijdens deze slapeloze nachten. In Na Emma noem Prinsen hem ‘mijn God de Heer’ , maar er waren veel meer goden en godinnen in die tijd. Zijn dochters, Ireen en Fleur, zijn zus Ansybil, die uit Zwitserland was overgekomen om hem een paar weken te helpen.
De schrijver neemt in al zijn eerlijkheid geen blad voor de mond. Het adagium ‘over de doden niets dan goeds’ lapt hij aan zijn laars.
Emma was te dik, ja, maar dat niet alleen: ‘Zet voor alles het woord “te” en je hebt haar ten voeten uit.’ Zij was bijzonder ruimhartig, maar had haar hart zodanig op de tong dat ze menigeen menigmaal op de kast joeg. Hij kuste de grond waarop ze liep, zoveel hield hij van haar. Maar bij ruzies vlogen de spullen door de kamer. Ook zichzelf spaart hij niet. In zijn zucht zich te vertonen aan het publiek was hij er nooit, en als hij er wel was, beschikte ook hij over een geoefende werparm.
Een boek vol emoties, die geen mens vreemd is, geschreven met de droge ondertoon van Prinsen.
Na de dood van zijn vrouw kwamen er midden in de nacht een paar mails van Kees (Kees Torn, cabaretier) die voor aangename afleiding zorgde tijdens deze slapeloze nachten. In Na Emma noem Prinsen hem ‘mijn God de Heer’ , maar er waren veel meer goden en godinnen in die tijd. Zijn dochters, Ireen en Fleur, zijn zus Ansybil, die uit Zwitserland was overgekomen om hem een paar weken te helpen.
De schrijver neemt in al zijn eerlijkheid geen blad voor de mond. Het adagium ‘over de doden niets dan goeds’ lapt hij aan zijn laars.
Emma was te dik, ja, maar dat niet alleen: ‘Zet voor alles het woord “te” en je hebt haar ten voeten uit.’ Zij was bijzonder ruimhartig, maar had haar hart zodanig op de tong dat ze menigeen menigmaal op de kast joeg. Hij kuste de grond waarop ze liep, zoveel hield hij van haar. Maar bij ruzies vlogen de spullen door de kamer. Ook zichzelf spaart hij niet. In zijn zucht zich te vertonen aan het publiek was hij er nooit, en als hij er wel was, beschikte ook hij over een geoefende werparm.
Een boek vol emoties, die geen mens vreemd is, geschreven met de droge ondertoon van Prinsen.
4
Reageer op deze recensie