Orkaankrachten weerstaan
Met een ondertitel als Leven met migraine verwacht je geen gezellig boek voorgeschoteld te krijgen. Mariëtte Baarda, letterkundige, fietskoerier, yogadocent en nog vijftien ambachten, is echter in staat geweest het boek vol te stoppen met heel veel toffe levenservaringen.
De titel van het boek komt uit de windkrachtenschaal van Beaufort. Bij windkracht 9 waaien kinderen om. Baarda schaalt haar migraineaanvallen in volgens deze termen. Windkracht 3, 'spinnen lopen niet meer', is nog met een paracetamolletje te bevechten. Een creatieve manier om je pijnen te duiden, maar wel eentje die alleen migrainepatiënten zouden begrijpen. Voor veel mensen is migraine immers slechts een synoniem voor hoofdpijn. Baarda maakt met haar beschrijvingen van het verloop van een aanval goed duidelijk dat het heel veel meer is dan dat. Dat een aanval je hele leven om harkt, je plannen annuleert, je vriendschappen op pauze zet en werk onmogelijk maakt. Haar strijd met al deze elementen in het leven, in combinatie met de migraine, komt goed uit de verf. Tussen de pijn door heeft ze ook nog relaties, spannende ontmoetingen en leuke ervaringen.
Veel van die ervaringen zijn te danken aan de migraine. In de zoektocht naar genezing of op zijn minst verlichting probeert Baarda de ene therapie na de andere. Van reguliere medicatie tot de meest vage 'Star gate'-machine waar je een tijdje in moet verblijven. Het geneest niet en dat brengt Baarda tot een betere omgang met haar chronische ziekte: aanvaarding.
Voor een migrainepatiënt zit er heel veel herkenning in dit boek. De exacte pijntjes, processen en werkingen zijn levendig beschreven, waardoor het hier en daar nog best onprettig is om te lezen. Als je eigen zenuwbanen zo bekend zijn met die pijnen, wakkeren ze op tijdens het lezen erover. Baarda brengt dat iets te nauwkeurig tot leven. Een compliment voor haar talenten als schrijver, een lichte waarschuwing voor de lezer van dit boek.
Opvallend is dat het boek boordevol met levenservaringen staat. De jacht op genezing, de koortsachtige zoektocht naar een werkende kuur is doodvermoeiend om te lezen. Wellicht heeft ze dat zelf ook zo ervaren. Telkens weer verder met een nieuw plan. Die gejaagdheid maakt dat het boek wat snel overal overheen vliegt. Baarda beschrijft dan ook decennia ziektebestrijding (met wat leven tussendoor).
Wat Baarda niet doet, is je een handleiding bieden. Er zijn geen tips te vinden, geen werkende therapieën, het is geen zelfhulpboek, zegt ze zelf ook in het eerste hoofdstuk. Wat het boek wel is, is een beetje lastig te duiden. En dat is het grootste euvel aan dit boek. Het is het allemaal net niet. Het laatste hoofdstuk verschaft wat helderheid. Tijdens een schrijfopleiding krijgt ze de opdracht de sensatie 'pijn' te gebruiken in een stuk. Baarda begint te schrijven over haar 'pandaoog', het kenmerkende gevoel rond een oog als voorbode voor een aanval. En daarmee heeft ze iets te pakken.
Kinderen waaien om is Baarda's 'kurk-uit-de-fles', het debuut dat eruit moest voordat er meer kan komen. Baarda is steengoed in het beschrijven van menselijke taferelen, haar eigen omgang met vreemden en vrienden. Die observaties zijn helder als glas en komen kleurrijk tot leven. Graag meer daarvan.
Reageer op deze recensie