Had veel spannender en indringender kunnen zijn
Glenn Cooper studeerde archeologie aan Harvard University. Na deze studie wordt hij arts, gespecialiseerd in besmettelijke ziekten. Momenteel is hij directeur van een biotechnologisch bedrijf. Schrijven doet hij in zijn vrije tijd. Zijn eerste boek Boek der doden was aanvankelijk bedoeld als filmscript. Later werd het een internationaal succesvol boek. Het vervolg, Boek der zielen, verscheen in mei 2011 en nu is zijn derde verschenen, De tiende kamer. Zijn inspiratie haalt hij wellicht uit zijn omgeving: hij woont in een van de oudste huizen van de Verenigde Staten.
Na een brand in de bibliotheek van de abdij van Ruac, vindt abt Menaud een boekje dat hij niet kent. Een van de brandweermannen heeft het in de gesloopte muur tussen de bibliotheek en de keuken gevonden. Via de aartsbisschop van Bordeaux wordt historicus Hugo Pineau ingeschakeld, die gevraagd wordt zoveel mogelijk boeken te restaureren, zo ook het mysterieuze boekje. Hugo vraagt zijn oude schoolvriend, de archeoloog Luc Simard, om naar Parijs te komen om het boekje te bekijken. In het boek staat een plattegrond afgebeeld met een kruis erop. Hugo en Luc gaan naar Ruac om de plek te vinden en dat lukt. Ze vinden een grot met muurschilderingen van ongekende schoonheid, die zeker tienduizenden jaren oud moeten zijn. Luc vraagt Sara, oud-vriendin en botaniste, om te helpen bij het onderzoek. Hij stelt verder een heel team samen en ze beginnen aan de klus. Al op de eerste dag gaat het fout. Een van de onderzoekers gaat s avonds alleen naar de grot en wordt vermoord. Later krijgt ook Hugo een auto-ongeluk dat hij niet overleeft. Daarna volgt de ene rampspoed na de andere. Door een foto op de mobiele telefoon van Hugo, die Luc in zijn bezit krijgt, gaat het balletje helemaal aan het rollen.
Uiteraard doet het boek, al na het lezen van de inhoud, denken aan de ontdekking van het graf van Toetanchamon. Vervang de Vallei der Koningen door Ruac, Carter en zijn team door Simard en zijn mensen, de tempel door de grot, vergelijk de impact van beide ontdekkingen en ziedaar het verhaal van De tiende kamer . Ook in dit verhaal lijkt er trouwens een vloek te rusten op het openen van de grot.
Het basisverhaal over Hugo, Luc en hun mensen is, ondanks alles wat er gebeurt (moorden, ongelukken, aanslagen, ontploffingen) niet echt spannend te noemen, wellicht mede door de nogal beknopte en plastische manier van de beschrijvingen van alle rampspoed. Heel jammer, want ik denk dat dit een tekortkoming is voor het verhaal; een en ander had met een andere benadering of beklijvender schrijfstijl veel spannender en indringender kunnen zijn. De wisseling van perspectief haalt mijns inziens de vaart uit het verhaal. Door de breedvoerige verhalen over de stichter(s) van de grot, de monniken die ook de grot op het spoor kwamen, de vertaling van het boekje dat gevonden werd in de abdij en wat er zich sinds die tijd allemaal heeft afgespeeld, blijft het verhaal te lang hangen in deze beschouwingen. Het is logisch dat de schrijver wil refereren aan de geschiedenis achter het verhaal, maar dit had mijns inziens veel beknopter gekund, met alleen de relevante informatie. Ook de karakters komen niet helemaal uit de verf: Luc, die als een van de weinigen van begin tot eind deel uitmaakt van het verhaal, leer je eigenlijk niet echt goed kennen. Hij is een begenadigd archeoloog, heeft net een relatie achter de rug met Sara, en is geschokt door alles wat er met zijn project en zijn mensen gebeurt, maar dit alles komt bij mij als lezer niet echt binnen. Over de andere personages hoef ik het dan al helemaal niet meer te hebben.
En dan het verhaal over mensen die 116, 242 jaar en nog ouder zijn, of (bijna) onsterfelijk alleen door het drinken van een bepaalde thee. Tja
Ik las ergens dat De tiende kamer een must read is voor liefhebbers van historische, religieuze thrillers. Kennelijk behoor ik dan niet tot deze doelgroep
.
Reageer op deze recensie