Hebban recensie
Leuk
maar weinig overtuigend,Theresa Schwegel (Chicago, 1973) behoort tot de nieuwste lichting Amerikaanse thrillerschrijfsters. Eigen vuur won in 2006 de Edgar Award voor het beste Amerikaanse misdaaddebuut. Eerder verscheen het boek De veroordeelde, dat door Publishers Weekly werd gekozen tot een van de Best Books of the Year.
Samantha Mack, rechercheur in Chicago, wordt op een avond gevraagd in te vallen voor een zieke collega. Haar partner van die avond, Fred (tevens haar ex) heeft afgesproken met een tipgever die weet waar Marko Trovic, een pedofiel die al eerder opgepakt is maar die is ontsnapt, zich ophoudt. Sam en Fred gaan naar het adres dat de tipgever Fred heeft gegeven. Ter plaatse ontstaat een vuurgevecht; Sam raakt gewond en Fred wordt dodelijk getroffen. Als Sam in het ziekenhuis bezoek krijgt van brigadier MacInerny, ontstaat er een vreemde situatie. De brigadier twijfelt aan Samanthas verhaal en meldt dat er een ballistisch onderzoek gaat plaatsvinden. Zij geeft tevens aan dat de recherche zich ermee gaat bemoeien. Dit alles bevreemdt Samantha zozeer dat ze, als de brigadier weg is, het ziekenhuis uitsluipt. Eenmaal thuis gaat ze zelf op onderzoek uit, met alle gevolgen van dien.
Eigen vuur is een boek dat niet echt lekker weg leest. Wellicht dat dit mede komt doordat het verhaal in de ik-vorm geschreven is, een vertelvorm waar je van moet houden. De plot is redelijk verrassend en goed uitgedacht. De weg ernaar toe is helaas ietwat minder overtuigend.
De gevoelens van Sam zijn divers. Zij is hard, maar ook gevoelig, onzeker en naïef. Dit laatste komt onder andere naar voren in haar relatie met Mason, haar collega en minnaar. Verder strijdt ze voor gerechtigheid, ze weigert te accepteren dat men haar verhaal niet gelooft, dat haar collegas denken dat zij Fred zelf heeft vermoord en dat ze het voorval willen afdoen als een ongeval. Dit alles is haar drijfveer om zelf op onderzoek uit te gaan en de waarheid boven tafel te krijgen, hoe dan ook.
Aan de andere kant is Sam niet het prototype van de keiharde politieagente; ze komt soms zelfs ongeloofwaardig over en lijkt niet geschikt voor het werk dat ze doet. Dit gevoel wordt bij de lezer mede versterkt door het feit dat ze ondoordacht dingen doet, (te) veel drinkt, grof is in haar taalgebruik en haar doen en laten. Dit komt haar speurwerk bepaald niet ten goede en zet mensen zelfs tegen haar op. Haar onzekerheid, afhankelijkheid en ongeduld maken de zaak alleen nog maar erger. In de loop van haar onderzoek begint ze steeds meer aan alles en iedereen te twijfelen, ook aan zichzelf.
Een grote portie humor, in de vorm van ironie, maakt alle fouten en hebbelijkheden echter zeer draaglijk.
Toch overheerst na lezing van het boek een dubbel gevoel. Het verhaal is aardig, de plot goed en het einde is keurig uitgewerkt. Maar, net als de halfslachtige hoofdpersoon, is het geheel niet echt overtuigend en realistisch.
Een leuk boek voor een regenachtige middag, een doorsnee thriller van een auteur die, gezien haar volle prijzenkast, beter kan.
Samantha Mack, rechercheur in Chicago, wordt op een avond gevraagd in te vallen voor een zieke collega. Haar partner van die avond, Fred (tevens haar ex) heeft afgesproken met een tipgever die weet waar Marko Trovic, een pedofiel die al eerder opgepakt is maar die is ontsnapt, zich ophoudt. Sam en Fred gaan naar het adres dat de tipgever Fred heeft gegeven. Ter plaatse ontstaat een vuurgevecht; Sam raakt gewond en Fred wordt dodelijk getroffen. Als Sam in het ziekenhuis bezoek krijgt van brigadier MacInerny, ontstaat er een vreemde situatie. De brigadier twijfelt aan Samanthas verhaal en meldt dat er een ballistisch onderzoek gaat plaatsvinden. Zij geeft tevens aan dat de recherche zich ermee gaat bemoeien. Dit alles bevreemdt Samantha zozeer dat ze, als de brigadier weg is, het ziekenhuis uitsluipt. Eenmaal thuis gaat ze zelf op onderzoek uit, met alle gevolgen van dien.
Eigen vuur is een boek dat niet echt lekker weg leest. Wellicht dat dit mede komt doordat het verhaal in de ik-vorm geschreven is, een vertelvorm waar je van moet houden. De plot is redelijk verrassend en goed uitgedacht. De weg ernaar toe is helaas ietwat minder overtuigend.
De gevoelens van Sam zijn divers. Zij is hard, maar ook gevoelig, onzeker en naïef. Dit laatste komt onder andere naar voren in haar relatie met Mason, haar collega en minnaar. Verder strijdt ze voor gerechtigheid, ze weigert te accepteren dat men haar verhaal niet gelooft, dat haar collegas denken dat zij Fred zelf heeft vermoord en dat ze het voorval willen afdoen als een ongeval. Dit alles is haar drijfveer om zelf op onderzoek uit te gaan en de waarheid boven tafel te krijgen, hoe dan ook.
Aan de andere kant is Sam niet het prototype van de keiharde politieagente; ze komt soms zelfs ongeloofwaardig over en lijkt niet geschikt voor het werk dat ze doet. Dit gevoel wordt bij de lezer mede versterkt door het feit dat ze ondoordacht dingen doet, (te) veel drinkt, grof is in haar taalgebruik en haar doen en laten. Dit komt haar speurwerk bepaald niet ten goede en zet mensen zelfs tegen haar op. Haar onzekerheid, afhankelijkheid en ongeduld maken de zaak alleen nog maar erger. In de loop van haar onderzoek begint ze steeds meer aan alles en iedereen te twijfelen, ook aan zichzelf.
Een grote portie humor, in de vorm van ironie, maakt alle fouten en hebbelijkheden echter zeer draaglijk.
Toch overheerst na lezing van het boek een dubbel gevoel. Het verhaal is aardig, de plot goed en het einde is keurig uitgewerkt. Maar, net als de halfslachtige hoofdpersoon, is het geheel niet echt overtuigend en realistisch.
Een leuk boek voor een regenachtige middag, een doorsnee thriller van een auteur die, gezien haar volle prijzenkast, beter kan.
1
Reageer op deze recensie