Een mager uitgewerkt en oppervlakkig verhaal
Roué Hupsel was radio-omroeper, programmamaker en journalist. Met zijn boek Blinde Muren won hij in 2005 de Schaduwprijs voor het beste spannende debuut. In vrijwel al zijn boeken komen we duistere en bovenaardse krachten tegen, zo ook in het onlangs verschenen Het Plantage-spookhuis.
In mei 1867 voltrekt zich een drama in een plantagewoning aan de Cotticarivier. Drie mensen worden vermoord, maar op mysterieuze wijze verdwijnt een van de lijken. Bijna 140 jaar later gaat Dirk de Vries, samen met een marron naar de plantagewoning die ooit een van zijn voorouders toebehoorde. Hij beleeft er angstaanjagende ogenblikken en vlucht in het holst van de nacht weg uit het huis. Hij vaart terug naar Wanhati waar hij zijn verhaal vertelt aan basja Koosbanti. Samen gaan ze naar de politie in Moengo, maar de agent gelooft niets van het verhaal van Dirk. Toch gaan ze gedrieën de volgende dag naar de plantagewoning. Aangezien ze er geen vreemde dingen aantreffen, denkt de agent dat Dirk gehallucineerd heeft.
Ook Ginti Abena is in Suriname bij haar oma. Zij heeft een aantal keren een rare droom gehad en dus gaat ze naar een vroegere medicijnvrouw. Ze hoopt dat zij haar droom kan verklaren. Maar wat zij te horen krijgt roept bij Ginti alleen maar meer vragen op.
Dirk en Ginti zijn beiden weer terug in Nederland als zij elkaar tegenkomen en Dirk vertelt, na een vreemde gebeurtenis, zijn verhaal aan Ginti. Samen proberen ze te achterhalen wat er in het verleden gebeurd is. Maar dat is nog niet zo eenvoudig.
Het plantage-spookhuis is mager uitgewerkt en oppervlakkig. Er wordt veel in herhalingen getreden wat woordkeuze, zinsneden en gebeurtenissen betreft. Ook de karakters gaan niet of nauwelijks de diepte in. Je komt weinig te weten over de hoofdpersonen Dirk en Ginti. Het verhaal gaat meer over hun belevenissen en ervaringen en laat maar weinig los over de personen zelf.
Uiteraard is de Surinaamse sfeer wel volop in het verhaal aanwezig. De tijden van de slavernij en de gevolgen daarvan vormen min of meer de basis van het verhaal. Veel gebeurtenissen in het verhaal hebben betrekking op mysterieuze zaken, bijgeloof en reïncarnatie. De Nederlandse nuchterheid van Dirk, die hier niet zo in gelooft, staat tegenover de opvattingen van Ginti, die wél overtuigd is van de macht en de invloed die (overleden) personen kunnen hebben op de hedendaagse problemen die beiden ondervinden.
Bij Ginti vielen, aan het einde van het verhaal, de puzzelstukken op hun plaats en ze begreep opeens alles. De lezer zal er daarentegen veel minder van begrijpen. Het boek heeft een nogal open einde dat vrijwel niets onthult over datgene wat er gebeurd is.
De oppervlakkigheid van het verhaal, het verzanden in herhalingen en de geringe ontwikkeling van de personages maken helaas dat het Het Plantage-spookhuis weinig indruk achterlaat.
Reageer op deze recensie