Imponerend gevecht tegen het Poetin-regime
In Vijand van de Russische staat beschrijft Bill Browder zijn heroïsche gevecht tegen het Poetin-regime. Het is één grote aanklacht tegen de wijze waarop de Russische leider de spot drijft met waarheidsbevinding, onschuldige mensen laat martelen en zelfverrijking tot kunst verheft. Een zwart-witbeeld, dat zeker, met een hoog mea culpa gehalte. Browder stapt te gemakkelijk over zijn hebzucht heen: over de geldwolf die het onderste uit de kan wil en daarbij het lid op de neus krijgt. Het levert een eenzijdige klaagzang op tegen de op zich ongehoorde methode van het Poetin-regime. Ooit was hij een succesvol hedgefundmanager. Tot dat moment glimmend van trots omdat hij als een van de weinigen goud peurde uit het Rusland van na de wending. Hij, de kleinzoon van de grootste communist in Amerika, op dat moment de grootste kapitalist in Oost-Europa. Met Hermitage Capital Management in 2005 de grootste buitenlandse investeerder aan de Wolga. Dik tevreden kapitalisten, die hun inleg honderdvoudig in waarde zien stijgen. De brandende zucht naar meer komt hem duur te staan. De strijd met de 22 oligarchen die 150 miljoen euro opslurpen is een peulenschilletje in vergelijking met het gevecht dat Browder daarna wacht.
Aanvankelijk lopen de belangen van de opkomende man Poetin parallel aan die van de super belegger. Deze kent op 33-jarige leeftijd een schijnbaar onaantastbare positie. Tegen alle goede raad in vertikt rijk-en-nooit-genoeg het om posities van de hand te doen. Poetin stoot in een listig spel de oligarchen van de troon en pakt aansluitend het buitenlandse rolmodel aan. De oligarchen criminaliseren en dat is een bijkomend gevaar. Zo gewonnen, zo geronnen, zal Browders concurrentie hebben gedacht als hem door deze maffia 230 miljoen belastinggeld afhandig wordt gemaakt. Zijn huwelijk met Sabrina loopt op de klippen. Bij een afweging leunt hij zwaarder over naar materieel bezit dan naar zijn geliefde. Een nieuwe grote slag is het afnemen van zijn visum. Hij raakt buiten zinnen en het moet gezegd: de slimheid waarmee hij uiteindelijk de poet uit Rusland weghaalt, is een tik op de neus van Poetin. Die laat het er niet bij zitten, beboet Hermitage Capital met allerlei trucs. Browder haalt twee van zijn Russische advocaten op tijd naar het westen; de derde, Sergei Magnitsky deinst niet terug voor monstrueuze praktijken. Hij moet het met zijn leven betalen: gevangenis in en uit; marteling tot de dood erop volgt. Het ontsteekt in Browder een onvoorstelbare woede. Via YouTube bestookt hij de vijand met intrigerende opnames. Het kost waanzinnig veel inspanning en eist een niet te evenaren doorzettingsvermogen om de politiek in Engeland en met name in Amerika te winnen voor maatregelen die de Russische misdaad in veelvoud aan de kaak te stellen. Uiteindelijk bevriest Amerika de tegoeden van Russische ambtenaren die een loopje nemen met recht en rechtvaardigheid. De hedgefundmanager van beton transformeert in een mensenrechtenactivist van staal. President Obama is een van de laatste hobbels die moet worden genomen. Die ziet zijn goede betrekkingen met het Oostblok niet graag onder druk gezet en diens minister van Buitenlandse Zaken, John Kerry, kant zich vierkant tegen de zogeheten Wet Magnitsky, genoemd naar de martelaar. Vergeefs, want het geweten van de meerderheid van de politici weegt zwaarder dan de kapitalistische eerzucht van de enkeling. Als het Europees parlement de wet Sergei Magnitski omarmt gebeurt dat in aanwezigheid van diens weduwe en kinderen. De Russische klauw reikt ver Europa in.
Een boek dat deze week mondiaal veel los zal maken. Geld wat stom is maakt recht wat krom is, maar even niet in Rusland. Browder blijft helaas te lang hangen in het Magnitsky-verhaal. Het in-één-adem-doorlezen gaat over in moeizaam slikken van een woordenbrij. Finalistisch toeschrijven naar de schijnbare triomf. De kijk in de keuken van het Kremlin had wat ‘droger’ gekund.
Reageer op deze recensie