Lezersrecensie
Dit hoort in ieders boekenkast te staan
Een hemelsblauwe kaft en een simpel zwart wolkje met ‘Een weeffout in onze sterren’ er slordig in gekrabbeld. Meer is het eigenlijk niet. Maakt het me nieuwsgierig? Ja. Vind ik het mooi? Nee. Maar het is toch wel precies zoals bij mensen: het gaat om de inhoud. En daarmee zit het helemaal goed bij ‘Een weeffout in onze sterren’. En oh. Mijn. God. Wat heb ik me de ogen uit mijn kop gejankt.
Het is lang geleden dat ik me tot diep in de nacht heb laten meeslepen door een emoboek. De laatste keer was een jaar of tien geleden toen ik op mijn studentenkamertje om drie uur ’s nachts de laatste bladzijden van Kluuns ‘Komt een vrouw bij de dokter’ omsloeg. Tranen met tuiten huilde ik, compleet met gierende uithalen en snottebellen die aan mijn neus bleven hangen.
Tien jaar later gingen alle sluizen weer open bij ‘Een weeffout in onze sterren’. Dit keer met een slapend vriendje naast me, dus moest ik tegen wil en dank het gesnik tot een minimum beperken. Ontroerend is een understatement, maar fantastisch dekt de lading niet. Het is een soort emotionele rollercoaster waar je in terecht komt en waar je niet uit wilt stappen. Ik durf met recht te zeggen dat John Green een absoluut meesterwerk heeft afgeleverd. Het wordt niet voor niets omschreven als “damn near genius”. Want dat is het.
In ‘Een weeffout in onze sterren’ maken we kennis met Hazel Grace Lancaster en Augustus (Gus) Waters. Hazel heeft uitgezaaide kanker, waardoor haar longen er ‘niet veel van bakken’. Ze werd drie jaar geleden opgegeven, maar een nieuw medicijn rekt haar leven voor nog onbekende tijd. De laconieke Gus heeft ten koste van een van zijn benen kanker overleefd. Vanaf het moment dat Hazel en Gus elkaar bij groepstherapie in het ‘hart van Jezus’ ontmoeten, is de aantrekkingskracht tussen de twee tieners bijna vleselijk aanwezig. Hazel houdt de boot echter af, omdat ze niemands tijdbom wil zijn.
Hazel laat Gus kennismaken met haar lievelingsboek: An Imperial Affliction van de Nederlandse Peter van Houten, een roman over een ziek meisje, die midden in een zin eindigt. Samen besluiten ze op zoek te gaan naar Van Houten om hem te vragen hoe het de personages vergaat nadat het boek is opgehouden. Peter van Houten leidt een teruggetrokken bestaan in een grachtenpand in Amsterdam en is niet bereid om hun vragen te beantwoorden. De gesloten en afhoudende houding van de schrijver, zorgt er wel voor dat Hazel en Gus dichter bij elkaar komen. En dan gebeurt het onvermijdelijke voor Hazel: “I fell in love with him like you fall asleep. Slowly and then: all at once”.
Je hoeft niet bang te zijn dat ‘Een weeffout in onze sterren’ een zoveelste tranentrekker over kanker en doodgaan is. En ook niet dat je wordt ondergedompeld in een zoetsappig liefdesverhaal. Want dat is het niet. Het gaat over leven en genieten. Het gaat over dat de mooiste dingen verscholen zitten in het onverwachte. Het is tegelijk rauw en ontwapenend en er zit een kracht in het hele verhaal, die ik nog meer zelden tegengekomen ben. Hartverscheurend, aangrijpend en meeslepend. Ik kan nog wel even doorgaan met een hele reeks aan beschrijvingen, maar aan al het goede komt een eind. Mijn advies: lezen. Dit boek hoort in ieders boekenkast te staan.
Het is lang geleden dat ik me tot diep in de nacht heb laten meeslepen door een emoboek. De laatste keer was een jaar of tien geleden toen ik op mijn studentenkamertje om drie uur ’s nachts de laatste bladzijden van Kluuns ‘Komt een vrouw bij de dokter’ omsloeg. Tranen met tuiten huilde ik, compleet met gierende uithalen en snottebellen die aan mijn neus bleven hangen.
Tien jaar later gingen alle sluizen weer open bij ‘Een weeffout in onze sterren’. Dit keer met een slapend vriendje naast me, dus moest ik tegen wil en dank het gesnik tot een minimum beperken. Ontroerend is een understatement, maar fantastisch dekt de lading niet. Het is een soort emotionele rollercoaster waar je in terecht komt en waar je niet uit wilt stappen. Ik durf met recht te zeggen dat John Green een absoluut meesterwerk heeft afgeleverd. Het wordt niet voor niets omschreven als “damn near genius”. Want dat is het.
In ‘Een weeffout in onze sterren’ maken we kennis met Hazel Grace Lancaster en Augustus (Gus) Waters. Hazel heeft uitgezaaide kanker, waardoor haar longen er ‘niet veel van bakken’. Ze werd drie jaar geleden opgegeven, maar een nieuw medicijn rekt haar leven voor nog onbekende tijd. De laconieke Gus heeft ten koste van een van zijn benen kanker overleefd. Vanaf het moment dat Hazel en Gus elkaar bij groepstherapie in het ‘hart van Jezus’ ontmoeten, is de aantrekkingskracht tussen de twee tieners bijna vleselijk aanwezig. Hazel houdt de boot echter af, omdat ze niemands tijdbom wil zijn.
Hazel laat Gus kennismaken met haar lievelingsboek: An Imperial Affliction van de Nederlandse Peter van Houten, een roman over een ziek meisje, die midden in een zin eindigt. Samen besluiten ze op zoek te gaan naar Van Houten om hem te vragen hoe het de personages vergaat nadat het boek is opgehouden. Peter van Houten leidt een teruggetrokken bestaan in een grachtenpand in Amsterdam en is niet bereid om hun vragen te beantwoorden. De gesloten en afhoudende houding van de schrijver, zorgt er wel voor dat Hazel en Gus dichter bij elkaar komen. En dan gebeurt het onvermijdelijke voor Hazel: “I fell in love with him like you fall asleep. Slowly and then: all at once”.
Je hoeft niet bang te zijn dat ‘Een weeffout in onze sterren’ een zoveelste tranentrekker over kanker en doodgaan is. En ook niet dat je wordt ondergedompeld in een zoetsappig liefdesverhaal. Want dat is het niet. Het gaat over leven en genieten. Het gaat over dat de mooiste dingen verscholen zitten in het onverwachte. Het is tegelijk rauw en ontwapenend en er zit een kracht in het hele verhaal, die ik nog meer zelden tegengekomen ben. Hartverscheurend, aangrijpend en meeslepend. Ik kan nog wel even doorgaan met een hele reeks aan beschrijvingen, maar aan al het goede komt een eind. Mijn advies: lezen. Dit boek hoort in ieders boekenkast te staan.
1
Reageer op deze recensie