Tegenvaller
Frankissstein: A love story is de dertiende roman van de door de New York Times bejubelde Jeanette Winterson. We volgen twee totaal verschillende verhaallijnen die veel met elkaar gemeen hebben. Aan de ene kant hebben we het verhaal van de jonge Mary Shelly. Hoe zij als nomade samen met haar echtgenoot door Europa trekt en het verhaal van Frankenstein tot stand komt. Aan de andere kant hebben we het hedendaagse verhaal van de transgender arts Ry die verliefd wordt op Victor, een professor die vooraanstaand is op het gebied van kunstmatige intelligentie. Ron is een zakenman die een imperium op het gebied van seksrobots heeft en zeer geïnteresseerd is in het werk van Victor.
Het boek begint veelbelovend. In de eerste hoofdstukken leren we Mary Shelly kennen. Het taalgebruik is ouderwets en het dompelt je echt even onder in 1816. Daarna word je meegenomen in de tegenwoordige tijd. Het is gedaan met het beeldende taalgebruik en Winterson schrijft in korte, bondige zinnen. Het perspectief schuift naar dat van een man, en de belevingswereld van Ry is duidelijk anders dan die van Mary.
Het verhaal raakt deze charme al gauw kwijt. De schrijfstijlen tussen de twee tijden kruipen naar elkaar en het duidelijke verschil is halverwege verdwenen. Het is soms pas na een paar bladzijden duidelijk waarover een hoofdstuk gaat en vanuit wie er precies verteld wordt. Winterson schrijft zonder aanhalingstekens. Dat in combinatie met een verhaal dat vanuit de eerste persoon geschreven is, maakt dat je geen duidelijk onderscheid kunt maken tussen gesprekken tussen karakters of gedachten en gevoelens van de hoofdpersonages.
Het boek wordt geadverteerd als een verhaal waarin transseksualiteit een belangrijk thema vormt. Dit komt niet heel goed uit de verf. Het wordt wel genoemd, maar het krijgt weinig verdieping mee. De meeste reacties van de personages zijn daarnaast erg stereotypisch.
Eigenlijk zijn de meeste karakters stereotypisch in het gedrag dat ze laten zien, maar vinden we ze in situaties die niet logisch zijn. Zo gaat Claudia, een zwaargelovige vrouw, zich ineens bemoeien met de zaken in de wereld van seksrobots. Maar roept ze iedere keer als iemand het woord ‘seks’ of een daaraan gerelateerd onderwerp noemt diegene meteen tot de orde. Ook komen we meerdere malen een journaliste van een modeblad tegen die jaagt op Victor en zijn duistere zaakjes in de kunstmatige intelligentie. Nergens wordt duidelijk waarom zij achter hem aan zit.
Het andere grote thema wat in dit boek terug zou moeten komen is de vergelijking tussen Frankenstein en kunstmatige intelligentie. De vraag is of Shelley met haar boek een bijna voorspellende toekomstvisie had over de huidige ontwikkelingen op dit gebied. Helaas waren de vergelijkingen niet terug te vinden op een aantal overduidelijke en zeer clichématige gelijkenissen als namen van personages en zichzelf voortbewegende handen na. Waarschijnlijk ligt de vergelijking in een diepere laag. Maar hij lijkt in dit geval zo diep te liggen dat je je als lezer bijna dom gaat voelen als je hem er niet uit weet te vissen.
Het boek leek veel potentie te hebben en had het marketingtechnisch best leuk kunnen doen met de actuele onderwerpen die het aansnijdt. Maar het mist diepgang. Of de diepgang is zo ver weg gestopt dat hij er voor de gemiddelde lezer niet meer uit te halen is.
Reageer op deze recensie