Dorpsportretten onder een laagje nostalgie
In Crossroads keert de inmiddels tachtigjarige schrijver Walter van den Broeck terug naar zijn geboortedorp Olen in de Belgische Kempen. Centraal in de dorpsnovelle staan de twee dorpscafés In de Vlaamse Leeuw (dat later werd heropend als Crossroad) en In de Kroon die in Achter-Olen gevestigd zijn. Van den Broeck begint Crossroads met het ontstaan van de wereld, van België, van Antwerpen en tot slot het onbeduidende plaatsje dat de Kempen (ook wel ‘de nationale vuilnisbelt’ genoemd) in dit geheel inneemt. Onbeduidend of niet, Van den Broeck heeft hier nog een geschiedenis liggen die verteld moet worden.
Voordat Van den Broeck bij de cafés stilstaat, neemt hij de lezer mee over verlaten dorpsweggetjes rondom Olen om deze kennis te laten maken met het reilen en zeilen van het dorp. Zo is het van belang om te weten dat Olen in drieën is verdeeld met als gevolg dat er nogal eens opstootjes ontstaan tussen de inwoners van Achter-Olen, Olen-Centrum en Sint-Jozef-Olen. De levens van de Olenaren trekken hier voorbij als tuffende treinen over het Kempense spoornet: ze staan liever stil dan elkaar per ongeluk te moeten kruisen door een verkeerd afgestelde spoorwissel. Wie op zoek gaat naar eenheid binnen deze verdeelde dorpsgemeenschap, komt op die manier al snel uit op een zekere stilstand die de inwoners met elkaar verbindt.
Deze stilstand wordt aan de ene kant opgedrongen: zo zadelt de Belgische spoorwegen de Kempen met ‘de meest kaduke afdankertjes’ op, aan de andere kant schuwen de inwoners zelf ook iedere vorm van vooruitgang waardoor er een vicieuze cirkel ontstaat. De invoering van de BTW in 1971 en de euro dertig jaar later, deed nogal wat stof opwaaien. Dit was zeker het geval in In de Kroon, gerund door de twee zussen Maria en Jen die – na de plotselinge dood van hun vader en het advies van hun moeder om niet te gaan trouwen – het café met ijzeren hand bestieren, en waar Van den Broeck een groot deel van zijn novelle aan besteedt.
Crossroads is het recentste boek van Van den Broeck die een indrukwekkend oeuvre aan proza en toneel op zijn naam heeft staan. Zijn terugkeer naar Olen biedt hem een kans om op enkele dorpsportretten nog een laagje nostalgie aan te brengen. Realiteit en fictie raken met elkaar verweven wanneer alledaagse – en wellicht zelfs autobiografische – gebeurtenissen langzaam overgaan in beschrijvingen over het absurde leven van cafézussen Maria en Jen. Daarnaast keert Van den Broeck met deze dorpsnovelle terug naar zijn eerdere werk. In het bijzonder naar zijn vierdelige romancyclus die zich geheel in Olen afspeelt en waarvan Brief aan Boudewijn uit 1980 het eerste deel is.
In Crossroads gebeurt nagenoeg niets spannends – bloedstollender dan enkele kwajongensstreken bij een onbewaakte spoorweg wordt het niet. Ook het verloop van de plotwending – tevens de enige – kan de lezer, evenals de personages in de novelle, al op een afstand ruiken. Verrassender is de link naar de coronacrisis die Van den Broeck op het einde maakt waarmee hij Olen toch even naar de huidige tijd katapulteert. Verder voelt lezen over Olen (om de link door te trekken) als een lockdown in coronatijd; de (lees)ervaring hangt af van wat je er zelf van maakt. Dit neemt niet weg dat de schrijver ook hier weer over een levendige, vlotte pen beschikt en de dorpsnovelle vol zit met geraffineerde humor.
Reageer op deze recensie