Lezersrecensie
Jeugdboek brengt lezer ondanks zware thema’s in hogere sferen
Rondzweven door een oneindige donkere leegte. Dat is hoe Raaf zich voelt wanneer ze met haar moeder plotseling in een stacaravan komt te wonen op camping Het Kleine Heelal. Haar vader heeft last van ‘oponthoud met de sleepwagen’, haar moeder is druk met zorgen voor ‘haar makkers’ en in Raafs buik groeit een steeds holler gevoel. Een zwart gat waarin meer en meer verdwijnt. Een paar dagen eerder werd ze geschorst: ‘Op school zeg ik dingen die ik alleen maar wil denken.’ Beste vriendin en klasgenoot Miracle, die ze nog kent uit de Tomatenstraat en met wie ze alles kon bespreken, voelt ver weg. Met een schrift om in op te schrijven wat er allemaal beter kan, zit Raaf voornamelijk alleen in de caravan, te wachten tot haar moeder op haar Berini terug is van haar werk. Gelukkig is er nog schildpad Zoef om haar gezelschap te houden en ontmoet ze in de campingwinkel Nicolaas, de zoon van de campingbaas. Nicolaas heeft een fascinatie voor het heelal, verzorgt een geit en heeft een hut in het aangrenzende Kosmosbos. Raafs nieuwsgierigheid naar wat Nicolaas precies uitspookt groeit wanneer ze ontdekt dat het bos verboden is voor onbevoegden. Steeds vaker verlaat ze de caravan om op onderzoek uit te gaan. Een onderzoek naar Nicolaas, maar al snel wordt duidelijk dat ook hij een klein heelal met zich meedraagt.
Het kleine heelal is het derde boek van Annejan Mieras. Ze debuteerde in 2018 met Portiek Zeezicht waarna in 2019 Homme en het Noodgeval verscheen dat een jaar later de Vlag en Wimpel won. Met Het kleine heelal won Mieras in 2024 de Gouden Griffel. Het boek is voorzien van kleine illustraties van Evelien Jagtman. Zoals een astronaut die langzaam de ruimte verkent, zo komt Raaf in dit gelaagde verhaal langzaamaan de antwoorden op haar brandende vragen te weten. Waarom duurt de lekkage in hun appartement zo lang? Wat is er precies met haar vader aan de hand? En waarom zit Nicolaas niet op school? De camping ligt er in het herfstseizoen oneindig verlaten bij. Deze troosteloze aanblik vormt een treffend decor voor de problemen waar Raaf mee kampt. Mieras schrijft diepgravend en met oog voor detail. Over iedere zin is nagedacht. En de zin die het meest schittert, vormt telkens de titel van het hoofdstuk. Zelfs de naam van Raafs schildpad is niet alleen grappig, maar heeft ook een diepere betekenis. Net als het dier zelf: ‘Als je huis aan je vastzit, kun je het niet kwijtraken.’ Zo’n onderlaag is bij meerdere zaken in het boek te vinden. De sterren, manen en zonnen van juf Norah’s rekenklas, de kosmische namen op de camping, het treffende citaat van Copernicus en de verliezen waar de tienjarige Raaf en middelbare scholier Nicolaas mee worstelen: ‘Missen is als een soort heelal vanbinnen.’
Juist die onderlaag maakt Het kleine heelal een uitstekend boek voor kinderen (vanaf een jaar of 10) én volwassenen. Raaf mist haar vorige huis, is bang dat haar ouders gaan ‘echtbreken’ en haar vriendschap met Miracle voelt voorbij. De symboliek van zware sterren, die vanwege een gemeenschappelijke zwaartepunt vaak dubbele sterren zijn, draait gedurende het verhaal om de personages heen. Het zijn twee uitersten die in Het kleine heelal met elkaar verenigd worden. Een hol gevoel in je buik vanwege een vader en een moeder. Scheiden en bij elkaar blijven. Miracle’s geloof in de schepping en Nicolaas’ overtuiging van de oerknal (en Raaf daar ergens tussenin). Goed en fout. Waarheid en leugen. Vriend en vijand. Stoer lijken en stoer zijn. Zeggen en zwijgen. Hoewel het lage tempo het verhaal soms wat doet kabbelen, blijf je toch doorlezen. Passages met volwassenen die pijnlijke gebeurtenissen afschermen wisselen af met ontroerende kinderlogica waarbij alle emoties van de gevoelscirkel van juf Norah worden gevoeld. Behalve weetjes over het heelal, stopt Mieras feitjes uit de kunst in het boek die weer een nieuwe (krijt)laag aanbrengen. Na de onvermijdelijke ontknoping wordt de leegte opgevuld en volgt een prachtige scene die zowel de personages als de lezer in hogere sferen brengt. Zo blijf je, ondanks de zware thema’s, na het omslaan van de laatste bladzijde nog even zweven.
Het kleine heelal is het derde boek van Annejan Mieras. Ze debuteerde in 2018 met Portiek Zeezicht waarna in 2019 Homme en het Noodgeval verscheen dat een jaar later de Vlag en Wimpel won. Met Het kleine heelal won Mieras in 2024 de Gouden Griffel. Het boek is voorzien van kleine illustraties van Evelien Jagtman. Zoals een astronaut die langzaam de ruimte verkent, zo komt Raaf in dit gelaagde verhaal langzaamaan de antwoorden op haar brandende vragen te weten. Waarom duurt de lekkage in hun appartement zo lang? Wat is er precies met haar vader aan de hand? En waarom zit Nicolaas niet op school? De camping ligt er in het herfstseizoen oneindig verlaten bij. Deze troosteloze aanblik vormt een treffend decor voor de problemen waar Raaf mee kampt. Mieras schrijft diepgravend en met oog voor detail. Over iedere zin is nagedacht. En de zin die het meest schittert, vormt telkens de titel van het hoofdstuk. Zelfs de naam van Raafs schildpad is niet alleen grappig, maar heeft ook een diepere betekenis. Net als het dier zelf: ‘Als je huis aan je vastzit, kun je het niet kwijtraken.’ Zo’n onderlaag is bij meerdere zaken in het boek te vinden. De sterren, manen en zonnen van juf Norah’s rekenklas, de kosmische namen op de camping, het treffende citaat van Copernicus en de verliezen waar de tienjarige Raaf en middelbare scholier Nicolaas mee worstelen: ‘Missen is als een soort heelal vanbinnen.’
Juist die onderlaag maakt Het kleine heelal een uitstekend boek voor kinderen (vanaf een jaar of 10) én volwassenen. Raaf mist haar vorige huis, is bang dat haar ouders gaan ‘echtbreken’ en haar vriendschap met Miracle voelt voorbij. De symboliek van zware sterren, die vanwege een gemeenschappelijke zwaartepunt vaak dubbele sterren zijn, draait gedurende het verhaal om de personages heen. Het zijn twee uitersten die in Het kleine heelal met elkaar verenigd worden. Een hol gevoel in je buik vanwege een vader en een moeder. Scheiden en bij elkaar blijven. Miracle’s geloof in de schepping en Nicolaas’ overtuiging van de oerknal (en Raaf daar ergens tussenin). Goed en fout. Waarheid en leugen. Vriend en vijand. Stoer lijken en stoer zijn. Zeggen en zwijgen. Hoewel het lage tempo het verhaal soms wat doet kabbelen, blijf je toch doorlezen. Passages met volwassenen die pijnlijke gebeurtenissen afschermen wisselen af met ontroerende kinderlogica waarbij alle emoties van de gevoelscirkel van juf Norah worden gevoeld. Behalve weetjes over het heelal, stopt Mieras feitjes uit de kunst in het boek die weer een nieuwe (krijt)laag aanbrengen. Na de onvermijdelijke ontknoping wordt de leegte opgevuld en volgt een prachtige scene die zowel de personages als de lezer in hogere sferen brengt. Zo blijf je, ondanks de zware thema’s, na het omslaan van de laatste bladzijde nog even zweven.
1
Reageer op deze recensie