Lezersrecensie
All the feels!
Flaptekst:
Lissa ligt op sterven. De artsen hebben haar opgegeven. Maar vanaf haar bed heeft Lissa perfect uitzicht op de straat. Al snel bedenkt ze dat ze nog iets wil doen. Iets van betekenis. Iets groots. Ook al komt haar einde steeds dichterbij.
Wat een verhaal. Wat een boek. Eentje die nog lang blijft nasudderen. Waar je over nadenkt, over na blijft denken. Je lievelingsmensen nog eens een dikke knuffel geeft, omdat het kan.
Maren verloor haar beste vriendin een aantal jaar geleden. Zij kreeg longbloedingen als gevolg van kanker en na die eerste longbloeding leefde zij nog 27 dagen. In dit boek heeft de hoofdpersonage diezelfde 27 dagen, maar Maren heeft dit boek ook nog eens in 27 dagen geschreven. Dat is gelukt en daar is een ontzettend “mooi” verhaal uitgekomen.
Al vanaf de eerste bladzijde sluit je Lissa in je hart. De auteur heeft het zo geschreven dat je helemaal meevoelt en je je kan voorstellen hoe zij zich voelt en gevoeld moet hebben.
Gedurende het verhaal leer je Lissa’s familie kennen. Guusje (tante), haar vader en moeder en haar broer Mio. Je moet wel van Mio gaan houden. Dat moet.
“Hoe gaat het hier? Mio drukt een kus op mijn voorhoofd. Dat doet hij al sinds ik geboren ben. Eerst heel voorzichtig, vertelde mijn moeder, vlak bij mijn haargrens. Ik was een kleine baby en Mio leek dat met zijn anderhalf jaar al te beseffen. Daarna werden de kussen steeds dikker en natter. Uiteindelijk werden ze vluchtig, omdat hij niet wilde dat iemand zou zien dat hij zijn zus kuste. En tegenwoordig doet hij het weer voorzichtig, alsof hij bang is dat ik breek.”
Je weet eigenlijk al hoe het boek gaat eindigen. Want dat zegt Lissa ook. En toch…. Houd je je hart vast, houd je hoop of ik weet niet wat het is. Ik heb dit vooral vanuit mijn moederhart gelezen. En het huilt, het huilt heel erg hard.
“Wat ga ik dit missen. Of mis ik niets meer als ik dood ben? Is missen het alleenrecht van de mensen die achterblijven?”
Het is zo oneerlijk. Niet alleen voor Lissa en haar naasten. Maar voor alle mensen die op de een of andere manier met deze ziekte te maken hebben (gehad). En toch laat ze ook iets moois na.
“Ik zie dat pap in duizend onzichtbare stukjes breekt. Het liefst had ik hem ter plekke ingerold in bubbeltjesplastic. Heel veel lagen. Voor de zekerheid.”
Het boek krijgt 5 sterren van mij. Want het heeft alles. Hij is super mooi vormgegeven, van binnen en van buiten. Hij is tegelijkertijd hartverwarmend en hartverscheurend. En je gaat gewoon houden van Ellen, Xavi, Mio en Lissa.
Lissa ligt op sterven. De artsen hebben haar opgegeven. Maar vanaf haar bed heeft Lissa perfect uitzicht op de straat. Al snel bedenkt ze dat ze nog iets wil doen. Iets van betekenis. Iets groots. Ook al komt haar einde steeds dichterbij.
Wat een verhaal. Wat een boek. Eentje die nog lang blijft nasudderen. Waar je over nadenkt, over na blijft denken. Je lievelingsmensen nog eens een dikke knuffel geeft, omdat het kan.
Maren verloor haar beste vriendin een aantal jaar geleden. Zij kreeg longbloedingen als gevolg van kanker en na die eerste longbloeding leefde zij nog 27 dagen. In dit boek heeft de hoofdpersonage diezelfde 27 dagen, maar Maren heeft dit boek ook nog eens in 27 dagen geschreven. Dat is gelukt en daar is een ontzettend “mooi” verhaal uitgekomen.
Al vanaf de eerste bladzijde sluit je Lissa in je hart. De auteur heeft het zo geschreven dat je helemaal meevoelt en je je kan voorstellen hoe zij zich voelt en gevoeld moet hebben.
Gedurende het verhaal leer je Lissa’s familie kennen. Guusje (tante), haar vader en moeder en haar broer Mio. Je moet wel van Mio gaan houden. Dat moet.
“Hoe gaat het hier? Mio drukt een kus op mijn voorhoofd. Dat doet hij al sinds ik geboren ben. Eerst heel voorzichtig, vertelde mijn moeder, vlak bij mijn haargrens. Ik was een kleine baby en Mio leek dat met zijn anderhalf jaar al te beseffen. Daarna werden de kussen steeds dikker en natter. Uiteindelijk werden ze vluchtig, omdat hij niet wilde dat iemand zou zien dat hij zijn zus kuste. En tegenwoordig doet hij het weer voorzichtig, alsof hij bang is dat ik breek.”
Je weet eigenlijk al hoe het boek gaat eindigen. Want dat zegt Lissa ook. En toch…. Houd je je hart vast, houd je hoop of ik weet niet wat het is. Ik heb dit vooral vanuit mijn moederhart gelezen. En het huilt, het huilt heel erg hard.
“Wat ga ik dit missen. Of mis ik niets meer als ik dood ben? Is missen het alleenrecht van de mensen die achterblijven?”
Het is zo oneerlijk. Niet alleen voor Lissa en haar naasten. Maar voor alle mensen die op de een of andere manier met deze ziekte te maken hebben (gehad). En toch laat ze ook iets moois na.
“Ik zie dat pap in duizend onzichtbare stukjes breekt. Het liefst had ik hem ter plekke ingerold in bubbeltjesplastic. Heel veel lagen. Voor de zekerheid.”
Het boek krijgt 5 sterren van mij. Want het heeft alles. Hij is super mooi vormgegeven, van binnen en van buiten. Hij is tegelijkertijd hartverwarmend en hartverscheurend. En je gaat gewoon houden van Ellen, Xavi, Mio en Lissa.
1
Reageer op deze recensie