Meer bodem met voetnoten
Hanya Yanagihara heeft de Amerikaanse arts Daniel Carleton Gajdusek als inspiratie gebruikt voor haar hoofdpersoon in Notities uit de jungle, dr. Norton Perina. Gajdusek won in 1976 (de helft van) de Nobelprijs voor de Geneeskunde voor zijn onderzoek naar de ziekte kuru. Hij leefde lange tijd in Nieuw Guinea, bij de Fore waar de ziekte veel voorkwam. Hij kwam tot de conclusie dat kuru werd veroorzaakt door kannibalisme en dan met name door het eten van hersenen. Zelf heeft Gajdusek nooit kunnen bepalen hoe het eten van hersenen met de ziekte was verbonden, maar later onderzoek toonde aan dat de prion de oorzaak is. Gajdusek nam regelmatig kinderen uit ontwikkelingslanden mee om hen in Amerika onderdak en een goede opleiding te geven.
Notities uit de jungle bevat de memoires van dr. Norton Perina. Zijn herinneringen zijn hier en daar een tikje aangepast door zijn assistent, dr. Ronald Kubodera, die in het voorwoord uitlegt waarom dat zo nu en dan nodig is. Over zijn relatie met Perina schrijft Kubodera: “Waar het om gaat is dat praten met Norton, werken met Norton, bij Norton zijn simpelweg deel uitmaakte van mijn dagelijks leven, zoals andere mensen elke dag televisiekijken of de krant lezen […]”. Kubodera mist Perina, die op dat moment in de gevangenis zit, deerlijk en heeft zijn dagen gelukkig kunnen vullen met werken aan dit boek.
Perina begint het verhaal van zijn leven met wat hij zich herinnert van het gezin en het leven in Lindon, Indiana; hij vertelt over zijn warrige moeder, zijn tweelingbroer Owen en zijn luie vader. Perina’s moeder overlijdt als hij nog maar negen is aan een aneurysma. In 1945 gaat hij studeren en werkt een tijdlang in het laboratorium van de dan zeer gerespecteerde arts Gregory Smythe, die onderzoek doet naar de bestrijding van kanker. Na zijn afstuderen wordt hij gevraagd de antropoloog Paul Tallent te vergezellen, die op een Micronesisch eiland genaamd U’ivu, op zoek gaat naar een ‘verborgen stam’.
Vanaf dat moment neemt Perina’s leven een nieuwe wending, veroorzaakt door de ontdekking van de tot dan toe verborgen en geïsoleerd levende stam, maar meer nog door ‘de dromers’ die op hetzelfde eiland door de bossen zwerven. Het is echter niet alleen Perina’s leven dat voor altijd verandert, dat geldt ook voor de levens van de mensen op U’ivu én dat van de kinderen die Perina in de loop van de tijd meeneemt naar Amerika.
Yanagihara heeft met Notities uit de jungle een levendig, fantasierijk en intrigerend boek geschreven over een wetenschapper met een rafelrand. Maar het is niet alleen Perina, ook zijn assistent, dr. Kubodera, andere wetenschappers en belanghebbenden hebben zo hun motieven om de gebeurtenissen op hun eigen wijze voor te stellen, aan te passen of weg te laten. Een van Kubodera’s voetnoten vertelt bijvoorbeeld: “In een brief die ik aan Norton schreef nadat ik dit hoofdstuk had ontvangen, vroeg ik of hij ooit een artikel waarin hij de a’ina’ina beschreef had opgestuurd naar een antropologisch tijdschrift. Hij antwoordde dat hij dat zelfs meerdere malen had gedaan, maar dat de onthulling van de a’ina’ina het beeld van een idyllische en vreedzame samenleving zou weerspreken […] en dat het verslag daarom nooit was geaccepteerd.”
Perina en Kobudera zijn geen stilisten, de schrijfstijl is houterig, soms opsommerig en droog. Precies zoals je van de memoires van een wetenschapper, die niet gewend is voor het grote publiek te schrijven, verwacht. De bronverwijzingen en commentaren van Kobudera in de vorm van voetnoten zijn kostelijke onderbrekingen op het moment dat Perina’s verhaal dat broodnodig heeft. Voetnoten, vooral als het er veel zijn, worden vaak als uitermate vervelend beschouwd. Ze zijn hier echter niet alleen nodig om het geheel de uitstraling van een semi-wetenschappelijk werk te geven, maar ze zorgen er - geloof het of niet - juist voor dat Notities uit de jungle een lekkere, plezierig leesbare roman wordt. Inclusief een driedubbele bodem.
Reageer op deze recensie