Een zeer dronken persoon uit Wassenaar
'Do not underestimate what makes you happy', zei de ex-soldaat
en voorzag de gekleurde pony van een paarse staart
Aan alles is te merken dat Ellen Deckwitz niet voor het eerst over dichten vertelt. Dat blijkt uit wat, hoeveel én hoe graag ze over poëzie en het schrijven ervan vertelt. Zo word je een geweldige dichter staat vol bruikbare tips zonder saai of ingewikkeld te worden. Zo legt ze in Wat is een gedicht uitermate kort en kernachtig uit waaruit de taal van de poëzie bestaat, nl. regel, strofe, enjambement, symbool, metafoor, rijm, ritme en metrum. Daarna volgen nog een paar alinea's over dichtvormen en beelden, en dat is het dan. Voor meer theorie moet je een ander boek aanschaffen, Deckwitz wil over het schrijven vertellen, hoe je aan originele ideeën kunt komen, hoe je die het beste kunt uitwerken en waar je goede voorbeelden kunt vinden. Goed schrijven begint namelijk met goed lezen.
Deckwitz raadt aan om bloemlezingen te lezen, waarvan De dikke Komrij van Gerrit Komrij en Domweg gelukkig in de Dapperstraat van C.J. Aarts de bekendste zijn, en vult dat aan met een overzicht van binnenlandse en buitenlandse dichters. Een andere bruikbare leestip is de site literairetijdschriften.org waar diverse aan poëzie gewijde tijdschriften kunnen worden gevonden. Jammer genoeg vergeet Deckwitz de serie Eerste hulp bij het lezen van gedichten in NRC Next te noemen, want ook die serie is een aanrader.
Naast raadgevingen geeft Deckwitz regelmatig schrijfopdrachten die te herkennen zijn aan een kader voorzien van het kopje Aan de slag. In het hoofdstukje over Originaliteit zijn twee schrijfopdrachten opgenomen: lees elke dag en houdt een leeslijst bij. Opdrachten, dus, waarvan verwacht mag worden dat een aankomend dichter daar geen moeite mee heeft. Erg orgineel zijn ze echter niet, maar dat verandert in de daaropvolgende. Formuleren wordt bijvoorbeeld besloten met de opdracht om uit een paar observaties - die het resultaat zijn van Aan de slag (4): verzamelen - te kiezen en die te op te schrijven alsof ze worden uitgesproken door:
- een minister-president die de pers toespreekt
- een zeer dronken persoon uit een achterstandswijk
- een zeer dronken persoon uit Wassenaar
- iemand van wie het Nederlands niet de eerste taal is
Een van de aardigste en zeker niet voor de hand liggende suggesties is te vinden in het hoofdstukje Rijmvondst: ga rijmen, omdat het je denken in een andere richting stuurt. De zo gevonden beelden en ideeën kunnen vervolgens weer in een niet-rijmend gedicht worden gebruikt. Of, anders gezegd en vrij naar Reve: 'het rijm is niet uitsluitend een beperking, het is ook een bevrijding.' Een andere raadgeving, speciaal voor mensen die te kritisch op zichzelf zijn en nooit iets goed genoeg vinden, luidt: schrijf 's morgens vroeg! Die 'innerlijke criticus' is namelijk geen ochtendmens. En voor wie zich zorgen maakt over de originaliteit van een zojuist geschreven gedicht is er de Google-vertaaltoets, of de tip om over borstvoeding op een begraafplaats te gaan schrijven.
Zo word je een geweldige dichter bestaat uit vier delen: Zaken om vooraf bij stil te staan, Een basis maken: over inspiratie, Van idee naar gedicht en De puntjes op de i. Een logische opdeling met korte, duidelijk hoofdstukken waarin bruikbare, verrassende opdrachten en tips staan die helpen om - op termijn - een geweldige dichter van je te maken. Deckwitz maakt haar woorden in de Inleiding waar, wanneer ze zegt dat het haar erom gaat dat 'je jezelf leert verrassen. Want je bent tot veel meer in staat dan je denkt. Schrijven is op zijn tijd frustrerend, ingewikkeld en zeer teleurstellend. En toch weet ik zeker dat het je heel, heel blij zal maken.'
Reageer op deze recensie