Vroedvrouw in de 17e eeuw

De vroedvrouw van de Groenburgwal is de tweede roman van de hand van Jeanine de Vries. Haar debuut, Het rupsenhuis uit 2022 werd goed ontvangen.

De vroedvrouw van de Groenburgwal speelt zich af in het Amsterdam van 1695. In heldere taal wordt het leven aan het einde van de 17e eeuw geschetst. Er is een groot verschil tussen de welgestelde koopmannen, die hun geld verdiend hebben door handel met de VOC en de arme bevolking, die hun stuivers bij elkaar moet zien te schrapen. Voedselprijzen worden dagelijks verhoogd en huren worden wekelijks geïnd. Ook Eefje en haar moeder, die vroedvrouw is, moeten iedere cent die ze hebben omdraaien. Eefje is al vier jaar in opleiding tot vroedvrouw en hoopt in november examen te kunnen doen. Er is echter een regel die zegt dat alleen getrouwde vrouwen dit examen kunnen doen en daar wringt het: Eefje heeft nog geen man. Terwijl ze van bevalling naar de lessen van Doctor Frederik Ruysch, die in de Waag op de Nieuwmarkt worden gegeven, snelt, heeft haar moeder geldproblemen. Ze stuurt Eefje naar het hoerhuis om daar geld te kunnen verdienen, zodat de schulden van haar moeder kunnen worden afbetaald. Hierdoor mist Eefje een tijdje de lessen, maar leert wel de voormalig tot slaaf gemaakte Bebe kennen. Er ontstaat een vriendschap en Eefje leert van Bebe veel over bevallingen en het gebruik van kruiden. Doordat Eefje gebruik maakt van de nieuwste inzichten, wil het ook wel eens botsen met de buurvrouwen en de min die vaak bij een bevalling aanwezig zijn en zich bemoeien met de zorg die Eefje aan de barende vrouw geeft. Als Eefje het hof gemaakt wordt door Adriaan, de zwager van haar beste vriendin Caetje, lijkt het obstakel voor het examen opgelost te zijn, maar of dit een slimme keuze is?

De vroedvrouw van de Groenburgwal is een rauw verhaal dat het eind 17e eeuwse Amsterdam tot leven brengt. Een aanrader voor iedereen die van een historische roman houdt!