Hebban recensie
Sterk staaltje plotwerk
De Brit Iain Pears is kunsthistoricus, journalist en natuurlijk schrijver. Momenteel woont hij met zijn gezin in Oxford. Na een aantal boeken met kunsthistoricus Jonathan Argyll in de hoofdrol gepubliceerd te hebben, schrijft hij de laatste tijd op zichzelf staande verhalen. Na zijn vorige nog geen tweehonderd bladzijden tellende novelle Het portret ligt nu De val van Stone in de winkelrekken, een zevenhonderd paginas tellende pil, waarin hij toevallig vertrekt van hetzelfde basisgegeven als Esperanza, de meest recente parel van Felix Thijssen.
In De val van Stone wordt in drie bedrijven, die telkens wat verder terug gaan in de tijd, het fictieve levensverhaal geschilderd van baron Ravenscliff, alias William John Stone, een zakelijk genie zonder scrupules die leefde op het einde van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw. Het boek begint bij zijn dood: zijn val uit een raam van zijn woning wordt door de politie snel geklasseerd als een ongelukkige val, maar zijn weduwe, de flamboyante Elizabeth Robillard, heeft daar haar twijfels over. Zeker als blijkt dat de afhandeling van zijn testament een onverwachte erfgenaam onthult: de baron schenkt een aanzienlijk bedrag aan zijn kind dat hij nooit erkende en waarvan niemand lijkt af te weten. Elizabeth neemt Matthew Braddock, een journalist, onder de arm om op zoek te gaan naar deze mysterieuze telg. En zo bezoekt het verhaal het zakelijke Londen van het begin van de twintigste eeuw, het mondaine Parijs van net voor de eeuwwisseling en het verloederde Venetië van de tweede helft van de jaren achttienhonderd.
De eerste hoofdstukken van Pears meest recente werk vragen wat aanpassing van de lezer. Zo is het goed bij de beschreven periode passende taalgebruik lichtjes bombastisch en zeer beschrijvend. Maar als je hier eenmaal aan gewend bent, leest het verhaal best makkelijk weg.
Het einde van het eerste deel had ook het hoogtepunt en tevens einde van het boek kunnen zijn, met een mooi en aanvaardbaar open einde. Maar de auteur heeft anders beslist en vergast zijn publiek op een tweede, zeer intrigerend, deel dat hij hoofdzakelijk bij de Parijse beau monde situeert. Om af te sluiten met een wat saaier en op het eerste gevoel overbodige derde deel dat wel resulteert in een zeer originele en verrassende finale, die niet alleen de cirkel volledig rond maakt en het hele boek naar een hoger niveau stuwt, maar ook een sterk staaltje plotwerk te voorschijn tovert.
Iain Pears besteedt veel aandacht aan de uitwerking van zijn personages en aan het creëren van de perfecte sfeer bij de uiteenlopende locaties waar de hoofdfiguren hun weg mogen door banen. Dit alles draagt bij tot een degelijke ficieve biografie met een zeer hoog geloofwaardigheidsgehalte dat echter net niet groots genoeg van opzet is om de status van epos toebedeeld te krijgen.
Hoewel De val van Stone een groot aantal thrillerelementen bevat, neigt het verhaal toch meer naar een historische roman. Hierdoor zal de doorsnee liefhebber van het spannende boek wellicht een lichte ontgoocheling overhouden na zich door deze berg papier van meer dan een kilogram gewerkt te hebben. Maar zij die dwepen met historische romans en de lezers die iets meer zoeken dan een doorsnee detective, zullen hier zeker wel plezier aan beleven.
In De val van Stone wordt in drie bedrijven, die telkens wat verder terug gaan in de tijd, het fictieve levensverhaal geschilderd van baron Ravenscliff, alias William John Stone, een zakelijk genie zonder scrupules die leefde op het einde van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw. Het boek begint bij zijn dood: zijn val uit een raam van zijn woning wordt door de politie snel geklasseerd als een ongelukkige val, maar zijn weduwe, de flamboyante Elizabeth Robillard, heeft daar haar twijfels over. Zeker als blijkt dat de afhandeling van zijn testament een onverwachte erfgenaam onthult: de baron schenkt een aanzienlijk bedrag aan zijn kind dat hij nooit erkende en waarvan niemand lijkt af te weten. Elizabeth neemt Matthew Braddock, een journalist, onder de arm om op zoek te gaan naar deze mysterieuze telg. En zo bezoekt het verhaal het zakelijke Londen van het begin van de twintigste eeuw, het mondaine Parijs van net voor de eeuwwisseling en het verloederde Venetië van de tweede helft van de jaren achttienhonderd.
De eerste hoofdstukken van Pears meest recente werk vragen wat aanpassing van de lezer. Zo is het goed bij de beschreven periode passende taalgebruik lichtjes bombastisch en zeer beschrijvend. Maar als je hier eenmaal aan gewend bent, leest het verhaal best makkelijk weg.
Het einde van het eerste deel had ook het hoogtepunt en tevens einde van het boek kunnen zijn, met een mooi en aanvaardbaar open einde. Maar de auteur heeft anders beslist en vergast zijn publiek op een tweede, zeer intrigerend, deel dat hij hoofdzakelijk bij de Parijse beau monde situeert. Om af te sluiten met een wat saaier en op het eerste gevoel overbodige derde deel dat wel resulteert in een zeer originele en verrassende finale, die niet alleen de cirkel volledig rond maakt en het hele boek naar een hoger niveau stuwt, maar ook een sterk staaltje plotwerk te voorschijn tovert.
Iain Pears besteedt veel aandacht aan de uitwerking van zijn personages en aan het creëren van de perfecte sfeer bij de uiteenlopende locaties waar de hoofdfiguren hun weg mogen door banen. Dit alles draagt bij tot een degelijke ficieve biografie met een zeer hoog geloofwaardigheidsgehalte dat echter net niet groots genoeg van opzet is om de status van epos toebedeeld te krijgen.
Hoewel De val van Stone een groot aantal thrillerelementen bevat, neigt het verhaal toch meer naar een historische roman. Hierdoor zal de doorsnee liefhebber van het spannende boek wellicht een lichte ontgoocheling overhouden na zich door deze berg papier van meer dan een kilogram gewerkt te hebben. Maar zij die dwepen met historische romans en de lezers die iets meer zoeken dan een doorsnee detective, zullen hier zeker wel plezier aan beleven.
1
Reageer op deze recensie