Hebban recensie
Een literair werk met een zeer dun laagje spanning
Dat Henning Mankell gefascineerd is door het zwarte continent is algemeen bekend, want de problematiek van de Afrikanen, hun uitbuiting en hun uitzichtloos bestaan kwam al in meerdere van zijn boeken om het hoekje gluren. Zo ook in dit boek. De inspiratie die aan de basis ligt van Kennedys brein, is de machteloosheid die de auteur ervoer en nog steeds ervaart als hij geconfronteerd word met de gevolgen van AIDS; het virus dat in Afrika verschrikkelijk veel slachtoffers maakt.
We volgen archeologe Louise Cantor die bij haar terugkeer van een opgraving in Griekenland, haar zoon Henrik wil bezoeken, maar hem dood in zijn appartement aantreft. Volgens de gerechtsonderzoekers heeft hij zelf, door een overdosis slaappillen te nemen, afscheid genomen van het leven. Maar Louise kan met dit besluit geen vrede hebben en vermoedt dat hij vermoord is. In de zoektocht naar haar gelijk, blijkt dat er veel was van Henriks levenswandel waar zij geen weet van had. Toch slaagt ze er met veel moeite in zoals bij het reconstrueren van een oude vaas beetje bij beetje de stukjes in elkaar te passen: Henrik was in Mozambique duistere praktijken op het spoor gekomen in de medische industrie, die er vanuit gaat dat alles is toegestaan om zo snel mogelijk een probaat middel tegen AIDS te kunnen vinden en daar natuurlijk zoveel mogelijk winsten op te maken.
Trouw aan zijn stijl, en typisch voor de schrijvers uit het hoge Noorden, is dit weer een traag vorderend boek geworden met zeer veel beschrijvingen, herhalingen en mijmeringen. Maar deze formule, die in de Wallander reeks fascineerde, begint stilaan enige slijtage te vertonen, want nu komt het bij momenten storend over als het hoofdpersonage steeds maar weer terugdenkt aan de momenten met de man van haar leven die haar twintig jaar geleden verliet. Het maakt van Louise een zielig mens en doet afbreuk aan haar woede en machteloosheid om de dood van haar enig kind; gevoelens die wel krachtig en doeltreffend beschreven worden.
De beschrijvingen van Afrika en haar bewoners, zijn begeesterd en Mankell doet geen moeite zijn gevoelens hieromtrent onder stoelen of banken te steken: hij serveert een buffet van prachtige landschappen, ongebreidelde levenslustige Afrikanen en woede en onbegrip omtrent de onwil van de blanken om zich aan te passen, en hun egoïsme. Menig literair auteur zal hier jaloers op zijn.
Maar de plot voldoet niet aan de verwachtingen die we hebben van een goot schrijver als Mankell: Louise loopt als een kip zonder kop door het verhaal en telkens als ze het niet meer ziet zitten, krijgt ze een volgende stukje houvast. En dit trucje wordt een aantal keer herhaald. Ook blijven er voor een spannend boek, op het einde, te veel vragen onbeantwoord.
Het romangehalte van Kennedys brein is zeer groot en mijns inziens had uitgeverij De Geus er beter aan gedaan om dit boek niet onder de vlag van de spanning uit te brengen, maar de rode streep te vervangen door de blauwe, om zo het doelpubliek de literaire lezer beter te kunnen bereiken, want de liefhebber van het spannende boek blijft toch een beetje onbevredigd achter.
We volgen archeologe Louise Cantor die bij haar terugkeer van een opgraving in Griekenland, haar zoon Henrik wil bezoeken, maar hem dood in zijn appartement aantreft. Volgens de gerechtsonderzoekers heeft hij zelf, door een overdosis slaappillen te nemen, afscheid genomen van het leven. Maar Louise kan met dit besluit geen vrede hebben en vermoedt dat hij vermoord is. In de zoektocht naar haar gelijk, blijkt dat er veel was van Henriks levenswandel waar zij geen weet van had. Toch slaagt ze er met veel moeite in zoals bij het reconstrueren van een oude vaas beetje bij beetje de stukjes in elkaar te passen: Henrik was in Mozambique duistere praktijken op het spoor gekomen in de medische industrie, die er vanuit gaat dat alles is toegestaan om zo snel mogelijk een probaat middel tegen AIDS te kunnen vinden en daar natuurlijk zoveel mogelijk winsten op te maken.
Trouw aan zijn stijl, en typisch voor de schrijvers uit het hoge Noorden, is dit weer een traag vorderend boek geworden met zeer veel beschrijvingen, herhalingen en mijmeringen. Maar deze formule, die in de Wallander reeks fascineerde, begint stilaan enige slijtage te vertonen, want nu komt het bij momenten storend over als het hoofdpersonage steeds maar weer terugdenkt aan de momenten met de man van haar leven die haar twintig jaar geleden verliet. Het maakt van Louise een zielig mens en doet afbreuk aan haar woede en machteloosheid om de dood van haar enig kind; gevoelens die wel krachtig en doeltreffend beschreven worden.
De beschrijvingen van Afrika en haar bewoners, zijn begeesterd en Mankell doet geen moeite zijn gevoelens hieromtrent onder stoelen of banken te steken: hij serveert een buffet van prachtige landschappen, ongebreidelde levenslustige Afrikanen en woede en onbegrip omtrent de onwil van de blanken om zich aan te passen, en hun egoïsme. Menig literair auteur zal hier jaloers op zijn.
Maar de plot voldoet niet aan de verwachtingen die we hebben van een goot schrijver als Mankell: Louise loopt als een kip zonder kop door het verhaal en telkens als ze het niet meer ziet zitten, krijgt ze een volgende stukje houvast. En dit trucje wordt een aantal keer herhaald. Ook blijven er voor een spannend boek, op het einde, te veel vragen onbeantwoord.
Het romangehalte van Kennedys brein is zeer groot en mijns inziens had uitgeverij De Geus er beter aan gedaan om dit boek niet onder de vlag van de spanning uit te brengen, maar de rode streep te vervangen door de blauwe, om zo het doelpubliek de literaire lezer beter te kunnen bereiken, want de liefhebber van het spannende boek blijft toch een beetje onbevredigd achter.
2
Reageer op deze recensie