Lezersrecensie
Boterhammetjes
Het Boekenweekessay “Generaal zonder leger” van Özcan Akyol was voor verschijnen al veelbesproken. Boekhandelaren die het al hadden gelezen deden zelfs een poging om het uit de handel te laten nemen. Bij Matthijs van Nieuwkerk mocht Akyol uitleggen waar zijn opzienbarende mening over literaire auteurs en gelijkgestemde boekverkopers vandaan kwam en als preview van het essay leverde het een verbijsterend beeld op. Over de ontvreemding tussen literaire auteurs en het publiek maar ook over de minachting van bepaalde boekwinkels voor alles wat niet binnen de zelf bepaalde kaders van de literatuur past. Volgens Akyol draagt het met veel gewicht bij aan de ontlezing onder jongeren en maakt het gelijktijdig het boekenvak saai, stoffig en oninteressant. Met een vlijmscherp mes fileert hij de boekenwereld en vat hij de academici die literatuur doceren aan universiteiten samen als het schuim der literaire natie. Professoren die er met literaire en hoogdravende motieven alles aan doen om studenten te ontmoedigen en op zoek zijn naar de verborgen betekenis binnen de woorden van een auteur. Om te ontdekken wat een schrijver met een bepaalde tekst wil zeggen, waarbij ze in werkelijkheid geen idee hebben en alleen maar hun eigen interpretatie van tekst en gevoel proberen op te leggen
Gelukkig zullen veel boekverkopers zich niet in het geschetste beeld herkennen, maar het verhaal van de auteur wel herkenbaar vinden. Iedereen in het boekenvak heeft er op een bepaald moment mee te maken gehad. Collega’s gekend of gesproken met ideeën en meningen die totaal niet van deze wereld zijn. De zwarte kousen van het boekenvak, puristen, extremisten wellicht, die een duidelijk onderscheid maken tussen literaire meesterwerkjes en het geschutter van de rest van het schrijversgilde. “Generaal zonder leger” begint met een boekhandelaar die niet doorheeft hoe neerbuigend hij is over de mensen die geen Mulisch maar liever Lucinda Riley lezen. De mensen die zijn plezier in het leven vergallen. Het tuig. Zoals de vrouw van de plaatselijke bakker die tot zijn ergernis plotseling een klant van zijn winkel is geworden en zijn omzet vervuilde met de aankoop van een in zijn ogen waardeloos boek. Het essay van Özcan Akyol is ronduit onthutsend maar tegelijkertijd ook verhelderend. Mogelijk zal het niets veranderen maar hooguit de literaire en hoogdravende auteurs, boekverkopers en recensenten tijdelijk wat dieper in hun donkere schuilplaatsen duwen. Waar ze gezamenlijk concluderen dat die Akyol zich heel wat verbeeld en nooit een echte schrijver is geweest of zal worden.
Als de boekhandelaar uit het begin van het essay ooit nog eens zijn boterhammetjes gaat kopen bij de plaatselijke bakker dan is de kans bijzonder groot dat de bakkersvrouw al twee keer stiekem en met groot plezier in het deeg heeft gespuugd. Wat een parodie op een boekverkoper. Afgeven op zijn klanten door te zeggen dat ze liever thuis voor de televisie hangen dan dat prachtige literaire werkje te lezen van een Catalaanse auteur die al bijna veertig jaar geleden is overleden. Alleen maar omdat iemand van het NRC daar onlangs een wervelende recensie over heeft geschreven. Misschien is die recensent wel niet goed snik en slikt hij al maanden zware medicijnen. Het is in ieder geval de mening van één persoon en hoe kan je die hoger aanslaan of belangrijker maken dan de koop- en leesdrang van vele duizenden mensen die verslingerd zijn aan de boeken van Lucinda Riley. Daar sta je dan met een chagrijnig gezicht achter de toonbank van je winkeltje honderden boeken af te rekenen die je feitelijk als pulp beschouwd. Wees dan een vent en koop het gewoon niet in. Verkoop alleen de boeken waarvan jij van mening bent dat het een hoger doel dient en de mensheid uiteindelijk zal verlichten en tot grote hoogte gaat stuwen. Koop al die - in jouw ogen - minderwaardige rotzooi niet in en kijk dan maar eens hoe blij je over een aantal maanden nog bent met de boekrecensies in het NRC en de Volkskrant. Kranten die je onder je trui kan proppen om je een beetje warm te houden als de curator bezig is je inboedel te verkopen. Terwijl de vrouw van de bakker vanuit haar winkel toekijkt en bij wie de tranen van het lachen over de wangen rollen.
Gelukkig zullen veel boekverkopers zich niet in het geschetste beeld herkennen, maar het verhaal van de auteur wel herkenbaar vinden. Iedereen in het boekenvak heeft er op een bepaald moment mee te maken gehad. Collega’s gekend of gesproken met ideeën en meningen die totaal niet van deze wereld zijn. De zwarte kousen van het boekenvak, puristen, extremisten wellicht, die een duidelijk onderscheid maken tussen literaire meesterwerkjes en het geschutter van de rest van het schrijversgilde. “Generaal zonder leger” begint met een boekhandelaar die niet doorheeft hoe neerbuigend hij is over de mensen die geen Mulisch maar liever Lucinda Riley lezen. De mensen die zijn plezier in het leven vergallen. Het tuig. Zoals de vrouw van de plaatselijke bakker die tot zijn ergernis plotseling een klant van zijn winkel is geworden en zijn omzet vervuilde met de aankoop van een in zijn ogen waardeloos boek. Het essay van Özcan Akyol is ronduit onthutsend maar tegelijkertijd ook verhelderend. Mogelijk zal het niets veranderen maar hooguit de literaire en hoogdravende auteurs, boekverkopers en recensenten tijdelijk wat dieper in hun donkere schuilplaatsen duwen. Waar ze gezamenlijk concluderen dat die Akyol zich heel wat verbeeld en nooit een echte schrijver is geweest of zal worden.
Als de boekhandelaar uit het begin van het essay ooit nog eens zijn boterhammetjes gaat kopen bij de plaatselijke bakker dan is de kans bijzonder groot dat de bakkersvrouw al twee keer stiekem en met groot plezier in het deeg heeft gespuugd. Wat een parodie op een boekverkoper. Afgeven op zijn klanten door te zeggen dat ze liever thuis voor de televisie hangen dan dat prachtige literaire werkje te lezen van een Catalaanse auteur die al bijna veertig jaar geleden is overleden. Alleen maar omdat iemand van het NRC daar onlangs een wervelende recensie over heeft geschreven. Misschien is die recensent wel niet goed snik en slikt hij al maanden zware medicijnen. Het is in ieder geval de mening van één persoon en hoe kan je die hoger aanslaan of belangrijker maken dan de koop- en leesdrang van vele duizenden mensen die verslingerd zijn aan de boeken van Lucinda Riley. Daar sta je dan met een chagrijnig gezicht achter de toonbank van je winkeltje honderden boeken af te rekenen die je feitelijk als pulp beschouwd. Wees dan een vent en koop het gewoon niet in. Verkoop alleen de boeken waarvan jij van mening bent dat het een hoger doel dient en de mensheid uiteindelijk zal verlichten en tot grote hoogte gaat stuwen. Koop al die - in jouw ogen - minderwaardige rotzooi niet in en kijk dan maar eens hoe blij je over een aantal maanden nog bent met de boekrecensies in het NRC en de Volkskrant. Kranten die je onder je trui kan proppen om je een beetje warm te houden als de curator bezig is je inboedel te verkopen. Terwijl de vrouw van de bakker vanuit haar winkel toekijkt en bij wie de tranen van het lachen over de wangen rollen.
3
10
Reageer op deze recensie