Kluun spiegelt zonder narcisme
Komt een vrouw bij de dokter (2003) is tot op heden de bestverkochte Nederlandse debuutroman, ondanks de fikse tegenwind die Kluun ontving uit de recensentenhoek. Ook deze DJ (2017) zal naar alle waarschijnlijkheid verkopen als zoete broodjes. En terecht.
In het pseudo-autobiografische verhaal wordt het hoofdpersonage, Kluun, uitgenodigd om een tv-reportage te maken over wereldster dj Thor. Kluun is geknipt voor de job aangezien hij Thors oudste jeugdvriend is. Dus reist Kluun af naar Las Vegas, waar hij Thor zal interviewen in zijn natuurlijke habitat. Ondertussen probeert Kluun te bemiddelen met z’n ex, Marion, die behalve z’n geld ook nog z’n kinderen wil afpakken.
Het hoofdverhaal, Kluuns reis naar Vegas en de hierop volgende contacten met dj Thor, is doorspekt met fragmenten van de biografische roman die het personage Kluun over de dj wil schrijven. Een verhaal in een verhaal als het ware. Toch stopt de echte schrijver niet bij deze raamvertelling. Hij legt een nieuwe laag waarbij DJ af en toe slim commentaar geeft op zijn eigen bestaan. Zo merkt het personage Kluun op: “Mijn nieuwe uitgever vertelde dat hij een lijvig boek wilde. Minimaal driehonderd bladzijden. Mensen willen met de feestdagen dikke boeken aan elkaar geven.” En toeval wil nu net dat DJ meer dan 300 pagina’s telt.
Het blijft echter niet bij kritiek op z’n nieuwste werk. Ook Komt een vrouw bij de dokter en de schrijver moeten het ontgelden. Kluun, zowel de echte schrijver als de schrijver als personage, is meedogenloos, zoals beloofd in het voorwoord.
Behalve de gezonde portie zelfkritiek valt ook Kluuns sarcasme en humor te loven. Op pagina 104 constateert Kluun dat “[m]enig literatuurrecensent kon leren van Marions aangeboren sarcasme.” Deze recensent neemt alvast haar petje af voor de droge manier waarop bepaalde gesprekken geheel matter-of-fact zijn neergepend. Of voor de rauwe, vaak lachwekkende manier waarop bepaalde personages zijn neergezet. Over een paaldanseres schrijft hij: “Ze was topless, haar borsten stonden in een positie die niet veel verschilde van daarnet, toen ze nog rechtop stond.”
Het staat vast dat DJ geen poëtische hoogstandjes wil neerzetten en kwatongen zouden hierdoor kunnen beweren dat de roman ‘oppervlakkig’ en ‘platvoers’ is, een van de kritieken op Kluuns debuut. Maar Kluuns sterkte ligt hem net in die korte, bijtende stijl die alle mooischrijverij schuwt. Bovendien kon dit boek niet anders geschreven zijn. Van een coke-snuivende dj verwacht je nu immers dat hij af en toe vuilbekt. Van z’n manager verwacht je gebalde no bullshit.
En dat is meteen een tweede sterkte van het boek: de personages kloppen. Het is duidelijk dat Kluun grondige research heeft verricht naar de dj-wereld. Hij laat enkel namen vallen als ze leiden tot sfeerschepping en zijn personages hebben herkenbare kantjes zonder in het karikaturale te vervallen. Dj Thor is niet de wereldvreemde dj die met geld strooit, maar een idool die probeert om te gaan met het verlies van z’n populariteit. Kluun is de klootzak-schrijver die (deels omwille van de scheiding) geld probeert te slaan uit het schandaal waarin z’n jeugdvriend is verwikkeld, maar tegelijkertijd is hij ook de jeugdvriend die berouw toont.
In een notendop: als je op zoek bent naar een boek met feeërieke beschrijvingen en diepgaande dialogen ben je aan het verkeerde adres. Voor een verhaal zonder losse eindjes dat er bovendien in slaagt zowel entertainend te zijn als zichzelf kritisch te profileren, moet je bij Kluun zijn. Het boek poneert: “Mensen die van dance houden, kopen geen boeken” en gaat enkel op dat punt de mist in. De quote op de achterflap van Armin van Buuren bewijst namelijk het tegendeel.
Reageer op deze recensie